Hier rusten Karel, zijn zus Leonie en echtgenote Helene.
Leonie Rozeboom was geboren 24 mei 1927 in Semarang en ze overleed 20 jan 2002 in Den Haag. Haar ouders waren Melanie Leonie Crince le Roy (1888 Semarang-1950 Jakarta) en Leonard Pierre Rozeboom ( 1888 Soerabaja- 1944 Semarang). Haar vader was employee te Semarang (1920-1941) van de Cultuur Maatschappij Vorstenlanden, voornamelijk actief in de suikerindustrie. Stamouders waren de Javaanse vrouw Mina en de soldaat Jacobus Rozeboom (1817 Amsterdam-1861 Soerakarta) die in 1843 arriveerde met het schip “de Stad Utrecht”. Zoals het meer gebeurde met de zoontjes van Europese soldaten plaatste Jacobus in 1860 7-jarige zoon Pierre bij het pupillenkorps te Gombong. Hij was grootvader van Leonie en Karel.
Karel Leonard Constant was de eerste in dit graf in 1974, geboren in 1915 te Semarang. Hij studeerde theologie in de dertiger jaren en was in 1938 even in Amsterdam, waar hij werd vrijgesteld van militiedienst. In het roerige najaar van 1945 moet hij te Semarang geweest zijn en door de Britten overgebracht naar een opvangkamp te Kandy in Ceylon, waar zowat 4.500 Europeanen verbleven begin 1946.
Karel huwde 18 maart 1946 in dit kamp met Helene Marcella van Heuven van Staereling, als laatste bijgezet in dit graf. Ouders: Johanna Lucardie (1897 Semarang- ) en George van Heuven van Staereling (1893 Medan-1965 Leiden), klerk bij de spoorwegen te Blora en Semarang. Stamouders waren de Javaanse vrouw Sarikem (ca 1830-1901 Bojolali) die huwde in 1855 met Jean Jacques van Heuven van Staereling uit Kortrijk (1818-1892 Magelang) . Jean Jacques arriveerde als soldaat in 1845 en werd gegageerd in de rang van sergeant in 1869 te Magelang. Al zijn 5 zonen met Sarikem gingen het leger in. Ook een aantal kleinzonen