Eugene Raymond Bouman (1900 Djombang-1966 Den Haag) was commies bij de Provinciale Waterstaat van Tegal, in 1941 gemobiliseerd voor het KNIL, en overleefde de Birma-Siamspoorweg.
Zijn ouders waren Sophia Swart (1869 Grissee -1941 Batavia) en Robert Charles Henri Bouman (1859 Soerabaja -1930 Semarang), kapitein bij de infanterie van het Oost Indisch Leger, later bekend onder de naam KNIL.
Grootvader Bouman van Eugene was Jacobus George, geboren ca 1814, mogelijk in Soerabaja en mogelijk zoon van schoolmeester George Coenraad Bouman uit Gothenburg (ca 1778-1831). De stammoeder zou een Chinese vrouw zijn, maar ook dit is niet te bevestigen.
Eugene huwde in 1926 met:
Catharina Hermina Thepass, roepnaam Toos, geboren in 1897 te Koedoes overleed kort na het verlies van haar man Eugene.
Haar moeder was Girah, haar vader was Herman Bernard Carl Albertus Thepass (1854 Toeban – 1912 Tasikmalaja). werkzaam in het boschwezen en later in de suikerindustrie.
Haar grootvader was de arts Carl Albertus Thepass (1816 Zutphen 1957 Rembang) die met echtgenote Catharina Douwes (1826 Batavia – 1899 Semarang ) naar Indië ging. Ook zijn twee broers kwamen naar Java.
Catharina was weduwe van Jan Rijff (1890 Amsterdam – 1922 Bandoeng), wagenmaker bij de staatsspoorwegen te Padang.
