Mail

Mail 1
Hierbij wil ik de hulp van de lezers van Indisch4ever.nu inroepen bij mijn vraag aangaande de juridische status van mijn vaders nationaliteit voor het jaar 1926.

Mijn vader werd geboren in 1926 (en is overleden in 2007). Mijn vader is de aangenomen zoon van een Nederlandse man die getrouwd was met een Javaanse vrouw. Mijn vader heeft geen geboorte akte en was een buitenechtelijk kind van zeer waarschijnlijk een nichtje van zijn Javaanse pleegmoeder en de vermoedelijke biologische vader was een Indo.

Via Delpher heb ik twee krantenpublicaties gevonden, 1 uit maart 1935 en 1 uit juli 1936. In het artikel uit 1935 wordt melding gemaakt van het verzoek van zijn pleegouders om mijn vader de familienaam van zijn Nederlandse pleegvader toe te kennen. In het artikel uit 1936 staat dat er bij GB (Gouvernementeel Besluit?) is besloten, dat mijn vader inderdaad officieel de familienaam van zijn Nederlandse pleegvader mag dragen. Ik heb ook in het Staatsblad (No. 595 uit 1936) van Nederlandsch-Indië teruggevonden, dat de zogenaamde Toepasselijkverklaring van de bepalingen voor Europeanen vanaf dat moment gold voor mijn vader en mijn vader dan blijkbaar de status van erkende ‘Europeaan’ had verkregen ook al was mijn vader vrij donker.

VRAAG: mijn vraag aan jullie en/of deskundigen op dit gebied is nu wat dan precies de juridische status van mijn vader was, VOORDAT de Toepasselijkverklaring van de bepalingen voor Europeanen voor mijn vader gold? Had mijn vader dan VOOR 1936 de status van inlander (d.w.z. was mijn vader voor 1936 eigenlijk de facto Indonesiër?) of bezat hij VOOR 1936 misschien helemaal GEEN status?

Deze vraag hierboven kwam bij mij op, omdat ik onlangs las dat Indonesië een nieuw type visum heeft geïntroduceerd namelijk het diaspora visum. Dit is een nieuw type visum met een geldigheid van 5 of 10 jaar en is gericht op mensen, die in het verleden de Indonesische nationaliteit hebben bezeten of die zogenaamde descendants (afstammelingen) zijn van een Indonesische ouder dan wel grootouder.

Ik vroeg mij na het lezen van dat nieuws over het diaspora visum af of ik zelf dan nu misschien aanspraak zou kunnen maken op dat visum aangezien mijn vader de eerste 10 jaar van zijn leven nog NIET de juridische status van Europeaan had.

Eventueel zou ik ook nog kunnen aangeven dat mijn (pleeg)grootmoeder een volbloed Javaanse was. Ik heb echter ook van mijn (pleeg)oma geen officiële documenten die dat kunnen bewijzen.

Maar ik zou al zeer tevreden zijn als iemand mij meer zou kunnen vertellen over de precieze juridische status van mijn vader voor 1936. Want wat betreft de Toepasselijkverklaring en het officieel toekennen van het recht om de familienaam van zijn Nederlandse pleegvader te mogen dragen, heb ik dus wel de nodige publicaties kunnen vinden.

Bij voorbaat hartelijk dank voor jullie medewerking en begrip,

F.M.

Dit bericht werd geplaatst in oproepen en mails. Bookmark de permalink .

8 Responses to Mail

  1. Anoniem schreef:

    @F.M.
    Als Uw vader op een gegeven moment naar Nederland wilde migreren, dan heeft hij een aanvraag voor een paspoort als reisdocument ingediend. Een tijdje geleden is het Archief van de paspoortenaanvragen on-line geplaatst . Wellicht zit de aanvraag van Uw vader er tussen?

    zie link https://indisch4ever.nu/2023/08/12/indisch-oud-paspoortarchief-online/

    Nu wordt het interessant-
    Aangezien Uw vader alleen maar gelijkgesteld was………..zou de aanvraag afgewezen zijn. Juridisch gezien had Uw vader op dat moment de Indonesische Nationaliteit.

    Wellicht heeft hij door Naturalisatie het Nederlanderschap (Nationaliteit) verkregen. Dan zou U bij de aanvragen tot Naturalisatie moeten kijken, Naturalisatie worden dacht ik in de StaatsCourant gepubliceerd. Dit kan ook gecontroleerd worden door bij de Nederlandse Gemeente van de eerste woonplaats in van Uw vader na te vragen, wanneer en hoe hij toen ingeschreven werd en met welke Nationaliteit.

    U kan ook de Nationaliteit van Uw vader bepalen door gegevens op de passagierslijsten van de migratieschepen te controleren. Staat Uw vader op de lijst, dan had hij hoogstwaarschijnlijk al het Nederlanderschap.

    Ik schrijf “hoogstwaarschijnlijk” omdat sommige personen zonder het Nederlanderschap naar Nederland migreerde, zoals de illustere en onvergetelijke Heer Bo Keller. Met welke reisdocumenten dhr Keller vanuit Nieuw-Guinea naar Nederlander migreerde is ook voor hem een goed bewaard geheim.
    Hij kreeg in Nederland op een gegeven moment het bericht dat hij zich bij de Indonesische ambassade moest melden omdat hij Indonesische Staatsburger was, hij was dus illegaal, bij wijze van spreken als bootvluchteling in Nederland. Kunt U zich voorstellen, de Heer Bo Keller die voor Nederland in Zuid-Korea heeft gevochten! Kreeg hij in Nederland te horen van één of andere ambtenaar die na de oorlog aan Verzetswerk deed: Regels zijn Regels”.

    Ook verkeerde regels voor Indo-Europeanen zijn regels en daar hebben we in Nederland meer dan genoeg van.

    Peter van den Broek

    • Anoniem schreef:

      Beste Peter,

      Hartelijk dank voor jouw reactie. Voor uw info, mijn vader is al in 1947 naar Nederland gekomen en op dat moment beschouwde Nederland tenminste Indonesie nog steeds als onderdeel van het Nederlandse Koninkrijk. Ik weet niet of je toen ook al een Nederlands paspoort moest bezitten om naar NL te kunnen komen.

      Ik heb voor de zekerheid even in dat oud paspoortarchief gekeken en daar de naam van mijn vader niet aangetroffen, maar dat lijkt me ook logisch aangezien dit archief betrekking heeft op de jaren 1950-`1959.

      Die passagierslijsten wil ik nog eens bekijken ja. Heeft u of iemand anders daarvan misschien de link, zodat ik dat ook kan checken.

      Bij voorbaat hartelijk dank.

  2. Walter Schwager schreef:

    Mijn vader, in Duitsland geboren, had de status van Europeaan maar was verder statenloos omdat hij de Duitse nationaliteit had verloren door zijn werk voor het KNIL, maar nooit genaturaliseerd was. Zijn statenlose status voorkwam niet dat hij bij de razzias op 10 mei 1940 werd geinterneerd als staatsvijandelijke burger.

  3. Peter van den Broek schreef:

    Als Arthur Fickel wat wilt weten over de Rechtspositie van (Indo-)Europeanen in Nederlands-Indie, dan is het artikel in tongtong-nl van Mr.Dr. Patricia Tjiiok-Liem zeer verhelderend. Zij legt in begrijpelijk Nederlands uit hoe de rechtspositie van verschillende bevolkingsgroepen in het voormalig Nederlands-Indie was geregeld.

    Klik om toegang te krijgen tot tjiook_09web.pdf

    Wat onvermeld blijft in het artikel was de bijzondere positie van Japanner in Ons Indie. In eerste instantie en logischerwijze werd deze bevolkingsgroep gelijkgesteld met Inlanders. Dat accepteerde onze Hemelse Zonen niet. Vooral niet nadat zij de onoverwinlijk geachte Russen verpletterend versloegen in de Russisch-Japanse Oorlog 1904-1905.
    De Nederlandse Regering en het Gouvernement haalden bakzeil. Het onderscheid op basis van ras en geloof ging de prullenbak in. Anders dan bij andere inferieur geachte bevolkingsgroepen beoordeelde het Indisch Gouvernement Japanners niet individueel maar als bevolkingsgroep. Van de ene op de ander dag werden alle Japanners op het grondgebied van Nederlands-Indie gelijkgesteld met Europeanen.

    Dat is niet zo vreemd want Japans als opkomend wereldmogendheid oefende politieke druk uit om de positie van haar onderdanen in Nederlands-Indie veilig te stellen. China wilde dat ook voor haar onderdanen regelen maar had geen machtspositie tegenover Nederland

    Door het hele stelsel van Gelijkstelling etc. had het Indisch Gouvernement wel een machtsmiddel om de bevolking, vooral de niet-erkende Indo-Europeanen in bedwang te houden. Gezien de criteria van Gelijkstelling hadden ambtenaren van het Gouvernement een grote mate van vrijheid van handelen, discretionary power een ander woord voor ambtelijke willekeur. Toekenning van Gelijkstelling aan Indo’s werd dan gezien als een gunst van het Gouvernement d.w.z. van het witte koloniale regime. Zo werden niet door Nederlanders erkende kinderen behandeld. Een moreel verwerpelijk systeem,

    Moraal speelde voor de witte minderheid wel degelijk een rol, de dubbele moraal.

  4. Arthur Fickel schreef:

    Beste,

    Ik heb de bronnenspecialist van de Indische Genealogische Vereniging IGV voor u gevraagd om te kijken naar dit vraagstuk.
    Zijn antwoord:
    Het is wel een bijzonder vraagstuk omdat er een indertijd een verschil was tussen Nederlanderschap (nationaliteit) en Nederlands onderdaanschap. Iets wat tegenwoordig ondenkbaar en onlogisch overkomt.

    Een toepasselijkverklaring (vanaf 1920) is een ander woord voor een gelijkstelling aan Europeanen (tot 1920) maar geeft iemand niet de nationaliteit van Nederlander. De wet van 12 december 1892 bepaalde wie Nederlander was en een toepasselijkverklaring of gelijkstelling wordt daar niet in genoemd als grond voor Nederlanderschap. Een toepasselijkheidsverklaring is wat anders dan een naturalisatie. Naturalisatie heeft betrekking op onderdanen van andere staten, Nederlands-Indië was Nederlands grondgebied.

    Wat er bij een gelijkstelling of toepasselijkverklaring gebeurt is dat de betreffende persoon van de adat (kun je ook niet op één hoop schuiven omdat elk volk, en zelfs binnen een volk, verschillende versies hebben) verschuift naar de wetten die betrekking hebben op Europeanen. Dit is een ander fenomeen wat we vandaag de dag niet meer kunnen bevatten, namelijk dat er verschillende bevolkingsgroepen hun eigen wetten hanteren terwijl ze onderdeel uitmaken van dezelfde samenleving. Bij ons is dat de nek omgedraaid met de komst van Napoleon (scheiding staat en kerk) waardoor alleen staatswetten van toepassing zijn op iedereen zonder uitzondering. Dit is in Nederlands-Indië onder de Nederlanders nooit gebeurt voor wat betreft anderen dan Nederlanders. Daarentegen in Indonesië bestaat het vandaag de dag nog steeds, elke bevolkingsgroep heeft zijn eigen versie van de adat die grotendeels nog steeds niet gecodificeerd is. Sterker het is zelfs uitgebreid met de sharia. Het oude burgerlijk wetboek is ook nog steeds van toepassing, recentelijk nog gewijzigd zelfs.

    Als u meer details heeft zoals exacte namen en geboorte data, dan kan de IGV u misschien verder helpen. info@igv.nl

    Groet
    Arthur

  5. Boeroeng schreef:

    Meer over gelijkstellingen en toepasselijkverklaringen (1870 t/m 1949)
    https://naturalisaties.decalonne.nl/index.php?function=show_static_page&id_static_page=1

    Beste F.
    De procedure van gelijkstelling werd later genoemd toepasselijk verklaren.
    Hierbij werd iemand juridisch in de categorie Europeanen ingedeeld.
    Jouw vader was voor die toepasselijk verklaring juridisch te beschouwen als inlander.

    Maar een gelijkstelling/toepasselijkverklaring is niet hetzelfde als een naturalisatie, dwz de Nederlandse nationaliteit verkrijgen. Die moet weer apart worden aangevraagd.

    Een kind als geboren aangegeven in een huwelijk, erkend of geadopteerd door een ouder met de Nederlandse nationaliteit verwerft die nationaliteit automatisch.
    Ergens ooit heeft je vader de Nederlandse nationaliteit verkregen.

Laat een reactie achter op Boeroeng Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *