Ooit gaf ik rekenles aan een brugklas ergens in Brabant. Om het rekenen wat tastbaarder te maken had ik zakgeld als onderwerp genomen voor enkele sommetjes. De Brabandertjes waren niet op hun mondje gevallen en een meisje riep “Ik krijg nooit niks mèster” (meester).
Dat was een mooi moment om taal aan rekenen te koppelen. Het duurde even maar de klas was uiteindelijk overtuigd dat ze eigenlijk zei “altijd alles te krijgen”. We konden er met zijn allen hartelijk om lachen en ik weet zeker dat deze klas nooit meer “nooit niks” zou zeggen als ze “niks” bedoelden. Een klein maar mooi resultaat van mijn (kortstondig) leraarschap.
Grappig was de anekdote die ik veel later las over een pedante Indische adjudant met de naam Niks. Zijn bijnaam bij de soldaten was “Pet en Schoenen”, daartussen zat namelijk Niks.
Gelukkig was hij niet zo ijdel om zijn naam te wijzigen in Nix.
Over het luxe Nix valt nog meer te vertellen, zoals Nognix, een jongetje in het stripverhaal Asterix en Obelix en president Nixon die we nog kennen van de pingpong diplomatie.
Opmerkelijker is een dorp dat naar ene Niks is genoemd: Nixdorf in Tsjechisch Bohemen. Er blijken twee verklaringen voor die naam te zijn. De eerste is dat het een verbastering is van Niklausdorf (Nicolaasdorp). De tweede is dat het dorp genoemd is naar de kwade vrouwelijke geesten in de moerassen bij het dorp, de Nixen. Het dorp heet tegenwoordig Mikulášovice.
Doe mij maar Nix.
Niks Indisch? Jawel.
Niks kwam ook vaak voor in mijn Indische kringen. We weten allemaal hoe we “Het is niet erg” op zijn Indisch uitspreken: ”Gèf niks”. Kort maar krachtig.
En dit zal ook bekend voorkomen: “Adoeh, ik heb zelf niks”, als er een collectant aan de deur kwam. Of zoals mijn moeder vaak zei, “nèks” om nog meer nadruk te leggen op niks.
Nèks als ondertreffende trap.
Van weinig, via niks naar nèks.
Nog minder dan niks.
Ferry Geuther © 2016
bron: EigenZinnig Indisch 2eDruk(ker), 2021 – ISBN 978-94-6328-418-9
http://www.boekenbent.com/shop