Ron Geenen:
Drie authentieke boeken van gepensioneerd kapitein H. van den Bos zijn door mij ingescand in pdf formaat.
Mannen Kampen Padang en Bangkinang
Vrouwen Kampen Padang en Bangkinang
Verslag Kampen Padang en Bangkinang

Het mannenkam;p Bangkinang, een voormalig rubberfabriek
Ik heb een telling gedaan over de doden van kamp Bangkinang
Ik kom tot 240 , waarvan 137 mannen en 103 vrouwen.
22 van hen waren jonger dan 18 jaar. 15 nonnen hebben het niet overleefd.
138 slachtoffers waren geboren te Indië, 85 in Nederland en 17 slachtoffers hadden elders hun geboortegrond, waarvan 9 in de UK
Mannen 1079 in kamp
https://www.japanseburgerkampen.nl/Bangkinang%20mannen.htm
Vrouwen en kinderen 1082 in kamp
https://www.japanseburgerkampen.nl/Missiecomplex%20Register.htm
1079+1082 =2161
% doden = 240 van 2161=11,1 %
In andere berekeningen van alle burgerkampen is de inschatting 13 % overleden.
Misschien komt het dat in Bangkinang de meesten in Indië geboren en getogen waren, beter bestand tegen tropische ziektes, meer kennis van inheemse planten en huismiddeltjes
Het lijkt er ook op dat een meerderheid van de overledenen van gemengde afkomst was en dus ook een meerderheid van alle gevangenen
Ik ben geïnteresseerd in het topic omdat mijn moeder vòòr de oorlog in Padang woonde en in de oorlog in Bangkinang geïnterneerd was. Helaas kan ik haar naam en die van haar moeder, zusje en broertjes op lijsten van overlevenden niet terugvinden. Dat betekent natuurlijk niet dat ze er niet geweest was, lijsten zeggen niet alles.
Opmerkelijk voor die tijd was dat op een lijst achter de naam de aantekening staat “Indo” of “Hollander”. Kan iemand uitleggen wat het verschil was tussen die twee termen in die tijd, wanneer was je een indo en wanneer was je een Hollander, trouwens Holland bestond toch niet ? Als die termen geen juridische grondslag hadden wat voor grondslag had het dan wel? Is dit niet een vorm van etnisch profileren?
@@Ik ben geïnteresseerd in het topic omdat mijn moeder vòòr de oorlog in Padang woonde en in de oorlog in Bangkinang geïnterneerd was. Helaas kan ik haar naam en die van haar moeder, zusje en broertjes op lijsten van overlevenden niet terugvinden. Dat betekent natuurlijk niet dat ze er niet geweest was, lijsten zeggen niet alles.@@
Naar aanleiding van vele namen die ontbraken aan de lijsten, heb ik de heer Hans van den Bos er over gebeld. Hij was er van bewust. Maar vele jaren later die boeken schrijven kon hij ook alleen maar doen met gebruikmaking van de gegevens die beschikbaar waren.
Ook mijn moeder Geenen-Chevalier en haar kinderen ontbreken op de lijst. Maar dat mijn jongste zus werd geboren, werd wel vermeld. Persoonlijk kan ik mij als toen kleine jonge, geboren in April 1936, nog vele situaties herinneren. En ik vergeet beslist niet de smoelen van enkele japs. Eens was ik als 3de wtk op de 78.000 tons tanker de SS Avedrecht op Kharg Island, Iran, aan de kade afgemeerd. Aan de andere zijde lag de japanse tanker Tonogawah Maru. Op de vleugel van de brug stond een oudere jap in uniform met petje op naar ons te kijken. Toen ik hem zag, schrok ik even, want ik zag de zelfde figuur uit het Bangkinang kamp. Ik ben het tot heden niet vergeten. Ik hoef alleen maar in mijn oude monsterboekje te kijken om te weten dat het in de zomer van 1964 mij overkwam.
Hollander was de naam voor iemand uit Holland= Nederland.Zo werden zij in Ned Indie genoemd.
Ja klopt ook in Suriname werden ze Hollanders genoemd maar je had daar ook echte blanke boeren ,die al in 1836 zich vestigden in Suriname ,die werden boeroes genoemd ,deze blanke boeren voelden zich op en top Surinamer en zo werden zij ook beschouwd .In die Jappenkampen zag ik ook dat ze verschil maakten tussen de verschillende Indo,s b.v Indo belg ,Indo Jerman ,Indo Perancis en Indo Belanda ,achter mijn familieleden op die Bangkinang lijst staan zowel als bij mijn vader,moeder en oma het woord Indo .Wat ik ook interessant vond hun adres in Padang was Verl Belakang Olo straat ,dat was een zijstraat van die Olo straat waar diverse Indo,s tijdens de Bersiap werden vermoord .Mijn ouders zullen er best wel wat van af geweten hebben ,want het was bij hun op de hoek ,op nr 27 Oh ja Ron bedankt dat je dat over Bangkinang hier gepubliceerd hebt .
Geen dank Bert. Het heeft mij wel 3 halve dagen gekost, maar ik moest toch thuis blijven. Laten we zeggen dat dit een van mijn bijdragen zijn om meer over Sumatra te weten te komen.
Over de bewuste Djalan Olo 27. Dat huis lag net buiten het door Brits-Indiers beschermde gebied en ongeveer een 300 tot 500 meter verwijderd van de soldaten. Olo was een rechte straat en het huis werd tegen de avond rond 7 uur in brand gestoken. Die militairen keken er naar en deden niets. Rond de zelfde tijd is een andere familie, man, vrouw en kinderen ook bijna vermoord. Zijn via de achterdeur op tijd weggekomen en bij mijn zwager, Louis le Febre, die met vader, moeder en 6 zussen ook aan de Olo woonden, hebben aangeklopt en werden binnengelaten. De man was zwaar gewond aan zijn schouder. Ook rond dat tijdstip waren 2 mannen van de Sawahloento mijn, van Leenen (Opzichter) en George Wijshijer (Familie van Bo Keller), aan het wandelen en nooit teruggekomen. Ze werden door de Indonesische benden ontvoerd en werden een dag of wat later op het strand van Poeloe Pisang, verminkt teruggevonden.
Ik ben bij de lijsten dieper op de onderscheiding Indo/Hollander ingegaan en heb tevens aangegeven de naam van de persoon en wat lees ik tot mijn ontsteltenis:
Chinese (von Lebenstein)
Canadese (Memham-Cummins)
Indonesische (Plooster)
Menado (Robat)
Ambon. (Sapuletty)
Belg (Schouterden)
Aus (Lyon)
Eng (Davies)
Schot (Harley)
Ind/Duit (familie Poortman)
Ind-Eng (Sime)
Indo (Doughty)
Am. (Hawthorne)
Javaans (Radinem de Bruin)
Degenen die de lijsten opstelden, hanteerden wel een duidelijk criterium om de personen te in te delen: het was het rassencriterium.
Ik had dat enigszins verwacht, want mijn moeder viel het toen ook al op dat de rassenscheiding, al duidelijk zichtbaar in de vooroorlogs koloniale tijd, gewoon doorliep in de interneringskampen, let wel mijn moeder was toen pas 14 jaar. Ik sta er dan ook niet van te kijken dat Semieten zo lukraak in de bevolkingsregister met Jood werden aangeduid. Het racisme in Nederland is van alle tijden, te eindigen met Zwarte Piet.
Joden werden meestal als Israeliet ingeschreven ,zo ook in militaire dienst .
@ … het was het rassencriterium.
# functioneel gebruik? Of toch sociaal vooroordeel?
*** Ondanks de geleidelijke verspreiding van mensen over de aardbol en het ontstaan van verschillende groepen, is de onderverdeling van de menselijke soort in drie ‘hoofdrassen’ – Kaukasisch, Mongoloïde en Negroïde – met ook een verdere onderverdeling nu heel omstreden. Dat komt niet alleen door de ongezonde ideeën uit het nazi-tijdperk.
Volgens de nu heersende opvattingen is een mensenras meer een sociaal vooroordeel dan een biologische realiteit. Vanuit objectief wetenschappelijk oogpunt kun je hier immers allerlei gaten in schieten. De verschillen tussen de ‘rassen’ zijn geleidelijk, de indeling is voor een deel willekeurig en er vindt voortdurend vermenging plaats. Voor de meeste kenmerken, vooral voor gedrag en verstandelijke aanleg, geldt bovendien dat de verschillen tússen rassen kleiner zijn dan de spreiding bínnen elk ras. Dat zien we ook bij DNA-varianten: varianten die je maar bij één bepaald ras ziet, zijn zeldzaam.
Tegelijk krijgen we lang niet alle variatie via ons DNA bij de geboorte mee. Er is ook een grote invloed van de opvoeding, de leefomstandigheden en de groepsgebonden cultuur. Er is minstens zoveel nurture als nature._ Gelukkig zijn de meesten het er over eens dat elke voorkeur op basis van de etnische achtergrond uit den boze is, al moest daar nog niet zo lang geleden in het zuiden van de Verenigde Staten nog om worden gevochten. Wel moeten we af en toe nuchter rekening houden met etnische verschillen, zoals blijkt uit het genoemde voorbeeld van de werking van geneesmiddelen.
https://www.nemokennislink.nl/publicaties/het-ontstaan-van-rassen/
Het is juist zo interessant van die lijsten dat aan personen een label werd opgeplakt. Misschien weet dhr Lemon iets over “text mining” waarbij taalbegrip en sentiment een rol spelen . Taalbegrip heeft te maken met de vaardigheid om een menselijke taal te begrijpen zoals geleerd op de lagere school , Sentimentanalyse heeft te maken met herkennen gevoelens etc, van positieve/negatieve connotatie.
Pas ik dat op praktische en versimpelde wijze toe op bovenstaande lijsten, dan wordt e.e.a. wel duidelijk.
In de koloniale verhoudingen was er een onderscheid tussen Europeanen, inlanders en Chinezen, maar er waren ook Indo-Europeanen , die zaten letterlijk en figuurlijk tussen de Europeanen en Inlanders in.
Dan wordt bovenstaand onderscheid hiërarchisch: Europeanen (blanken: Holl. Eng. Schot, Am) ) – Indo-Europeanen (Indo in combinatie met) – inlanders (Indonesisch, Ambon, Menado, Javaans) – Chinezen. Doorredenerend in de koloniale verhoudingen komt het begrip superior/inferieur met haar positieve/negatieve connotaties om de hoek kijken.
Misschien is dat achteraf wel dom, maar zo waren de racistische verhoudingen in Nederlands-Indie.
@ Dan wordt bovenstaand onderscheid hiërarchisch:
# cq het bestaan van een standenmaatschappij en ‘ de termen werden gebruikt om het maatschappelijk verschil aan te geven ..’
*** Citaat: “. De ‘rechtsbedeling’ in Indië was veel ingewikkelder dan in Nederland, mede doordat rekening gehouden moest worden met de verschillen in rechtsbehoefte die er bij de tientallen verscheidene Inheemse bevolkingsgroepen bestond. Men vond eenheid van rechtspraak (zoals dat gold in Nederland) niet gewenst.
Volgens de Nederlandse wetgeving waren in Indië maar twee categorieën bevolkingsgroepen die juridische status hadden: Inlands en Europees. Deze wettelijke indeling viel maar zeer ten dele samen met de gehanteerde verdeling naar ‘rassen’, want mensen van gemengde afkomst werden in één van beide categorieën ingedeeld. Allesbepalend hierbij was de wettelijke erkenning door de Europese vader: kreeg men die erkenning, dan werd men dus juridisch ingedeeld bij de Europeanen, kreeg men die erkenning niet, dan bleef men Inlands. In de praktijk kwam het dan vaak voor dat het kind met zijn moeder ‘in de kampong verdween’, een staande uitdrukking die ook in officiële stukken veel gebruikt werd. Erkenning of wettiging van een kind, door een Europeaan buiten huwelijk verwekt bij een niet-Europese vrouw, kwam voor een kind dus neer op een overgang van de ene naar de andere bevolkingsklasse! Het recht dat op de moeder van toepassing was gold na erkenning niet meer voor het kind, op wie nu de voor Europeanen geschreven verordeningen en voorschriften golden. Zijn of haar moeder, de niet-gewettigde vrouw, was en bleef dus per definitie Inlands. Voor wettiging lag de zaak nog genuanceerder.
De juridische status van Europeaan sloot echter discriminatie geenszins uit. De regel bijvoorbeeld, dat men voor het bekleden van hogere functies in Nederland geboren moest zijn, of op z’n minst daar een opleiding moest hebben genoten, verwijst onmiskenbaar naar discriminatie en racisme. Termen als: volbloed Europeaan, totok, mesties, Indo-Europeaan, Indo, Indisch en (vanaf 1940) Indische Nederlander, werden gebruikt om het maatschappelijk verschil aan te geven en zijn tegelijk een verwijzing naar al dan niet gemengde afkomst, of zoals het regelmatig werd en wordt genoemd ‘van gemengde bloede’.
http://daktari.antenna.nl/indie/kolonia2.htm
@@De juridische status van Europeaan sloot echter discriminatie geenszins uit. De regel bijvoorbeeld, dat men voor het bekleden van hogere functies in Nederland geboren moest zijn, of op z’n minst daar een opleiding moest hebben genoten, verwijst onmiskenbaar naar discriminatie en racisme@@
Was dat in de jaren 50 en 60 ook niet de bedoeling van Joop den Uyl en Marga Klompe toen ze de Indische diploma’s ongeldig verklaarden?
Ik heb begrepen dat de drie dames die in november en december 1945 de verslagen en namenlijsten hadden samengesteld echte totoks waren. het was dus toen een typische Nederlandse gewoonte om die onderscheidingen te maken.
Het Verslag ‘Vrouwenkampen Padang en Bangkinang’ (Deel-1), geschreven in november – december 1945 is samengesteld door mw A.C.H. Holle – van Erp (Holl.), mw T.E.L. Hanedoes – Halfhide (Holl.) en mw A. Huijsmans (Indo). Mw. Hanedoes was van gemengd bloed half Engels, half Indiaas. De naamlijsten in Deel-2 met de adressen en toevoeging van afkomst/ras zijn letterlijk gebaseerd op de gegevens gevonden in het archief van de fraters van Tilburg te Tilburg. Twee fraters (frater Sylvester en frater Liberatus) hielden in de beginjaren van het Vrouwenkamp te Padang (tot sept. 1943) de administratie bij van de aanwezige vrouwen en kinderen.
Bij de gegevens van de namen in het Deel ‘Mannenkampen’ waren geen vermeldingen van afkomst/ras genoteerd.
Beste H. van den Bos.
Aan de hand van je twee pdf-files en de dossiers van de oorlogsgravenstichting probeer ik de doden van Bangkinang uit te diepen.
Ik heb het momenteel druk met andere zaken, dus het gaat wat traag.
Ik zoek naar geboortedata en -plaatsnamen oudersnamen en beroep vader, kinderen, familie in kamp Bangkinang.
Die notities van etnische herkomst zijn zeer nuttig in deze speurtochten.
Ik had zelf ook familie in Bangkinang, maar ik mis enkele namen in de lijsten.
Veel dank voor je inspanningen. Het is ook voor mij een stuk familiegeschiedenis ontdekken
FOTO: 1933 Frater Sylvester, directeur van de MULO te Padang

Boeroeng, webmanager van deze site
indisch4ever@gmail.com
Dat achter de namen van de vrouwen en kinderen hun afkomst / nationaliteit staat vermeld gebeurde door het vrouwenkamp-bestuur te Padang (in het hoofdbestuur zaten o.a. frater Sylvester en frater Fernandus) in opdracht van de Japanners. (Zie Deel-1 ‘Verslag Vrouwenkampen Padang en Bangkinang’.
In het vrouwenkamp zaten 23 verschillende nationaliteiten, variërend van Blanda (totok), via Duits, Indo-Duits, Surinaams, Chinees tot Oostenrijks!
Indo-Duits, wat voor nationaliteit is dat? Ik dacht het dat een koloniaal raskenmerk was? Er waren ook andere Indo-rassen: Indo-Nederlands, Indo-Brits, en natuurlijk Indo-Europeaan.
Ja Indo-Duits klinkt vreemd maar is het niet ! Ik kende er nogal wat van dat soort mensen ,gewone mensen Vader was een Duitser ,moeder een Indonesische ,in tegenstelling tot de Indo-Belanda hadden zij totaal geen familie geschiedenis met Nederland maar alleen met Duitsland ! Zij gingen wel naar Duitsland via Nederland ,de meesten werden hartelijk welkom geheten door hun Duitse familie .Trouwens in het KNIL dienden ook duizenden Duitsers .Mijn grootmoeder van vaders kant werd na haar geboorte bij een Duits weeshuis ondergebracht ,zij bleef tot haar dood in kringen verkeren van Indo-Duitsers ,zij trouwde er trouwens eentje met de mooie naam Staudacher ( Maar dat was niet de vader van mijn vader ) Tijdens de meidagen van 1945 zijn ook vele Indo-Duitsers opgepakt ,alleen maar om hun Duitse achternaam ,er was totale hysterie in die voormalige kolonie mei 1945 !
“de aantekening staat “Indo” of “Hollander”” Koningin Maxima heeft wel geschiedenis geschreven: Een beetje dom!
Bij mijn beide ouders en oma staat de aantekening Indo maar bij mij staat er Hollandse Indo ,ja dat is toch een heel ander ras dan een Zeeuwse Molukker of een Indische Mokummer .
Als werktuigkundige op de ms Woensdrecht kwamen we in December 1967 in Adelaide Australie. Om de wal op te gaan, krijgt men daar een visum van drie maanden. Als bruine jongen werd mij dat geweigerd. Echter kapitein van der Sloot nam het niet en dreigde met een rel, o.a. weer te vertrekken. De plaatselijke douane vond de volgende oplossing. In mijn monsterboekje waar de visa stempel kwam, werd er bij vermeldt ” Origine White” . Daarom heb ik tot op heden dat boekje bewaard.
Kleine missteek 1945 moet zijn 1940 !
Je noemt de naam van George Wijshijer ,die familie was van Bo Keller ,hier bij de overledenen van het vrouwenkamp lees ik overleden Julia Wijshijer -Verbaarschott 62 jaar .Verbaarschott ? Wie heet er ook zo op deze website ?
Ik heb een vraag over Johan Frederik Wijshijer geboren in1880 in Padang en is op 3 november 1945 samen met 4 anderen overledenen in Moentilan en ligt begraven op het ereveld in Semarang.
Is bekend onder welke omstandigheden hij met 4 anderen is overleden i? Heeft het Japans interneringskamp iets te maken met zijn dood in de Bersiapperiode?
Dat klopt ook Bert. Kijk in Sawahloento was er een kleine gemeenschap van ongeveer 50 Nederlandse families. Er was ook een goed verenigingsleven. Op den duur kwamen er ook huwelijken uit. Was er geen oorlog geweest, dan was Sawahlunto een grote familie geworden. Hierdaar waren er uitzonderingen. Zoals mijn vader Eddie Geenen die op zijn Ariel ook regelmatig naar Padang reed en daar mijn moeder leerde kennen.
Ik had ook familieleden in deze kampen maar in de naamlijsten van Bangkinang mis ik een paar ooms.
Die waren geinterneerd daar, zover ik wist.
Opa van Boy Edgar overleed in het kamp: Willem Frederik Reisner, weduwnaar van Anna Sleebos
https://nl.wikipedia.org/wiki/Boy_Edgar
https://oorlogsgravenstichting.nl/persoon/126272/willem-frederik-reisner
Een oudoom van Patty Brard : https://oorlogsgravenstichting.nl/persoon/19735/alfred-joseph-brard
Julia Daniels, schoonzus van oudoom Brard was een slachtoffer. Vermoedelijk zus van Adolphine Daniels die een kleindochter Adolphine Top-Davies had.
Frans Hin van 3 jaar overleed. https://oorlogsgravenstichting.nl/persoon/63934/franciscus-joseph-antonius-hin
https://www.nhnieuws.nl/nieuws/189507/haarlemmer-frans-hin-14-jaar-en-goud-op-de-olympische-spelen
Zijn vader was de Haarlemmer Frans Hin die in 1920 goud won op de Olympische spelen als zeiler.
Als matroos van de Koninklijke Marine was hij geïnterneerd te Fukuoka, Japan
Herman van Mierlo, 2.5 jaar, en zijn moeder overleefden het kamp ook niet. Vader van Mierlo wel, achterneef van Hans van Mierlo
Ach ach zo tussen neus en lippen door vermeldt si Boeroeng gewoon een tante van mij t.w Kleindochter Adolphine Top-Davies ,ik ken haar als Tante Roos geboren 13 juni 1911 te Benkoelen Sumatra .
Bert.. kampung ketjil toch ?
Opa Adolf Davies van je tante Roos had een broer Thomas
En die huwde ooit met mijn overovergrootmoeder Margaretha Stein.
Haar zoon Johan, mijn overgrootvader, was niet van Thomas Davies.
Dus jij hebt geen Davies bloedlijn ,ik trouwens ook niet ,wel natuurlijk mijn neven en nichten kinderen van Tante Roos..Trouwens Je bet oma heette Margaretha Stein familie van Peggy ? ( Vandaar dat jij altijd een hug krijgt van haar )
Mijn Duitse voorvader Stein uit Marburg ging als militair naar Indië.
De voorvader van Peggy was een Amsterdammer met een Duitse vader uit Solingen.
Marburg en Solingen liggen in dezelfde regio. Wie weet zijn Peggy en ik familie.
Stammoeder van de familie Davies te Padang was Adriana Londt en ik ben wel gerelateerd aan een Londt-tak. Pleegvader van mijn vader was een Londt
Grappig. Want zowel van mijn vaderskant Geenen als moederskant Chevalier zijn er die met Davies zijn getrouwd.
Ook een broer van mijn moeder had een eerste huwelijk met een Davies.
“kampung ketjil toch ?” Dat is toch het leuke van I4E?
In een ander topic staat iets over nieuwe updates van delpher.nl. Ik vond net een rouwadvertentie voor Suzanne Groenendijk. Ondertekend door F. Brard. Halfzus van Patty’s oudoom Brard. Suzanne Groenendijk was de echtgenote van Jacob Krab junior en moeder van Jacoba en Trijntje die deze advertentie ook ondertekenden.

Allemaal mijn familie…dna-verwant of aangehuwd.
Zie deze link met foto’s van Jacob Krab senior, voor 1925 overleden. Jacob Krab jr, echtgenoot en kinderen Krab van Suzanne Groenendijk
Nu we het toch over Benkoelen hebben ,voor de rede van Benkoelen vond een van de grootste scheepsrampen ooit plaats op 17 september 1944 werd daar de Junyo Maru getorpedeerd met aan boord 4200 Indonesische dwangarbeiders en 2500 krijgsgevangenen .
De Junyo Maru lag ongeveer een 30 zee mijlen van de baai van Benkoelen vandaan. Dat is dus een 50km van de kust. En Benkoelen zelfmeer in het binnenland en hoog gelegen. De trein van Padang via Pakanbaru naar Benkoelen moest klimmen met de hulp van een tandrad. Ik dacht dat Benkoelen ook een 50 a 60 km van de kust lag. De baai van Benkoelen was vaak berucht vanwege de stormen. Zo ook toen de mensen in zee lagen. Mijn neef Rudy Uijleman Anthonijs heeft dat allemaal meegemaakt en mij heel lang geleden verteld. Zoals je dus wel heb begrepen, heeft hij dat avontuur overleefd en erna ook de Pakanbaru spoor.
@Boeroeng ,in die rouwadvertentie viel mij een naam op ,onderaan Fam Evers ,ene heer Chris Evers werd in de jaren 60 door mijn vader naar Suriname gehaald om te werken bij de Sur Volks Kredietbank ,deze naam komt ook in de gevangen lijst voor ,ik dacht toen “”Oh daar kent mijn vader meneer Evers van “” maar ik denk dat ze elkaar al van eerder kenden ,ze waren beiden woonachtig in Padang ,toevallig zie ik die naam hier weer opduiken .maar in 1925 zal dhr Evers + 13 jaar zijn geweest ,dus het zijn waarschijnlijk zijn ouders geweest ,die onderaan die rouwadvertentie stonden .
Mijn oom Chris Evers was geboren in 1911 en vluchtte met het gezin naar Nederland in 1962, vanaf Hollandia, Nieuw Guinea. Ik dacht dat hij in Nederland in Den Bosch ging werken als cipier. Zoiets herinner ik me. Ik dacht niet dat hij ooit in Suriname werkte of daar geweest was
Die Evers die je vader ontmoette kan iemand anders zijn ?
Natuurlijk waren het mijn opa en oma Evers die ondertekenden
Oom Chris was de oom die een Davies huwde. Zijn tweede huwelijk was met Jenny van der Wijck uit Padang
Ja Chris Evers werkte niet zo lang in Suriname bij die bank ,hij voldeed niet naar hun zin ,was niet zo leuk voor mijn vader ,want die had hem aanbevolen ,geloof inderdaad dat hij in Den Bosch woonde ,dhr Evers arriveerde alleen in Suriname ,zijn gezin ( ?) liet hij achter ,Den Bosch of in ieder geval het zuiden van Nederland 1911 zou wel kunnen kloppen ,hij was een leeftijdgenoot van mijn vader (1913) Dhr Evers was iemand met een opgewekte persoonlijkheid ,altijd lachen met die man .( Zie het al kan nooit familie van jou zijn ……..(Grapje) .Nieuw Guinea klopt ook ,was het misschien een tweeling ?
Ik heb zat humor….. elke vrijdag ga ik lachen…
Woensdag gehaktdag
Vrijdag lachdag
Zondag nasigorengdag
Mijn oom Chris was niet echt een grote humorist, wel zijn broer.
Vandaag is donderdag en heb net mie goreng speciaal samen met mijn vrouw gegeten. Dat speciaal bestond uit 2 extra spiegel eieren en 6 grote garnalen. Natuurlijk met het normale vlees groenten, kruiden and lombok.
Een zus van mijn vader staat op een van de naamlijsten als INDON
Haar juridische nationaliteit was Nederlands, haar culturele identiteit was Indisch-Nederlands, haar afkomst ( zo je wenst culturele identiteit of etniciteit) kun je omschrijven met ‘indo-europees’
Als je mensen uit de Indisch-Nederlandse gemeenschap noteert als INDO, waarom dan niet ook een groep omschrijven met TOTOK ?
Ik heb een tabel gemaakt van de overledenen. En hen onderverdeeld in te Indië geboren, te Nederland geboren, elders geboren.
@Ik heb een tabel gemaakt van de overledenen. En hen onderverdeeld in te Indië geboren, te Nederland geboren, elders geboren.@
Doordat de Nederlandse ambtenaar vaak deed waar hij zelf zin in had, kloppen vele namen ook niet. Mijn grootmoeder en moeder van mijn moeder kreeg in Padang van de ambtenaar de Nederlandse achternaam Jaqueline Beljaars. Haar echte achternaam was de Franse naam Balliard. En bij het erkennen van de kinderen werd toch ook aardig geknoeid. Namen omgekeerd of een paar letter er bij of juist verwijderd was toen ook normaal.
@Boeroeng ,wist natuurlijk niet dat Chris Evers een oom van je was ,ik zag die naam Evers op die rouwkaart en dacht misschien ken jij dhr Evers uit Padang ,we hebben nog wat foto,s van dhr Evers samen met mijn vader ,zal die foto,s proberen op te duikelen maar ik denk dat mijn dhr Evers en jouw oom de zelfde persoon zijn ,dat je niks wist van zijn Surinaamse uitstapje komt omdat het allang geleden was en ook nog eens kortstondig . .
Ik wist b.v ook niet dat een van mijn ooms in Nieuw Guinea zat en daar bevriend was met pak Keller ,ik moest dat hier lezen op deze website en heb het even nagevraagd of oom Jan in Nieuw Guinea heeft gezeten “” Ja hoor die zat in Nieuw Guinea !””
Zo zie je het maar. Er wordt weinig over o.a. Sumatra geschreven. Maar nu het toch even gebeurd, komen veel Sumatraanse Indo’s achter familieleden die related zijn met anderen die ook op de forums aanwezig zijn. Juist omdat west Sumatra een beperkt aantal Indische mensen heeft wonen, kom je gauw achter de relaties. Als je echt meer van Sumatra wilt weten en wat er gebeurde in de oorlog en bersiap tijd, moet je het boek van Lou Lanzing KURA! kopen. Volgens mij is dat het enige boek dat een volledig overzicht geeft van de gebeurtenissen aldaar. Voor mij is het mijn bijbel geworden.
Bert, dit is oom Chris in 1966.
Weet je zeker dat de Chris Evers die je vader kende uit Padang kwam ?
Probeer die foto’s te vinden, dan weten we meer.
Ja hij is wat ouder geworden op deze foto ,ik zag hem het laatst in 1963 ,toen ons gezin behalve de vader vertrok naar Nederland ,bleef mijn vader samen met dhr Evers nog enige tijd in Suriname .100000000000000000% Dhr Chris Evers .
tjeeeeeeeee Bert….
je reikt me een stukje familiegeschiedenis aan
Als je foto’s kan opduikelen……???
Veel dank..
HIj was wel het type die liever in een warm land wilde wonen.
Hij wilde 20 jaar later naar Spanje verkassen, maar vrouw en dochter wilden niet
@Boeroeng jouw oom heeft dus ook samen gewerkt met de oom van pak Olive t.w dhr Ekkie Lucardie ,verder waren daar op die Bank nog enige Indo,s werkzaam ,zal je de namen besparen ( Straks blijken dat ook familieleden te zijn ) Die Bank had een belangrijke functie in dat kleine ( Bevolking) land Suriname en die Indo,s vervulden key functies en dat zinde de NPS niet ( Nationale Partij Suriname ) ,de premier toen was Jopie Pengel ( NPS ) .Die regering besloot toen dat die Indo,s moesten vertrekken ,kassian dhr Evers ,Indonesie uitgetrapt ,Nieuw Guinea weg geschoten en nu weer verbannen uit Suriname soms valt het niet mee om een Indo te zijn ,goed dat hij niet naar Spanje was gegaan ,want met Franco wist je het ook niet altijd .het scheen dat Francisco niet zo dol was op trassi en tjabe rawit ,dus een goede reden om die Indo,s het land uit te jagen .Ik ga achter die foto,s aan !
Trouwens over Jopie Bengel sorry Pengel is ook wat te vermelden eind jaren 50 wilden een paar jongeren een moordaanslag plegen op Jopie ,gekleed in pyama vluchtte Jopie naar de buren en die buren ? Dat waren allemaal Indo,s aan de overkant b.v woonde dhr Lucardie en naast Jopie dhr Plasschaert ,dhr Plasschaert zat vroeger bij de politie ,dus die wist van wanten ,gewapend met revolvers gingen ze achter die binatangs aan en grepen ze ,hoi hoi zou je zeggen ,was Jopie die Indo,s dankbaar ? Niet echt enige jaren later besloot hij als premier dat ze beter het land konden verlaten .
Pak Bert, dat verhaal over mijn oom Ekkie Lucardie kende ik niet.
Wist u dat Ekky een grootmoeder uit de Kraton had. Hij kon doorgaan voor een toktok Hij had een broer Eddy die hier in San Marcos, California woonde.
Ekky had ook nog een zuster, Gerda, die zangeres was van de vooroorlogse PMY Jazz Clovers. uit Batavia.
@Pak Olive : bent u het alweer vergeten ? enige tijd geleden kwam het allemaal ter sprake ,uw oom Ekky Lucardie was een collega en goede vriend van mijn vader ,hij had 2 zonen t.w Peter en Robby bij een Indische vrouw ,waarvan hij gescheiden was en vond een nieuwe liefde van Portugese afkomst Rita ,dhr Lucardie heb ik voor het laatst ontmoet op de begrafenis van mijn moeder in 2008 ,intussen is de heer Lucardie overleden ,de heer Lucardie kon inderdaad doorgaan voor een totok net als mijn vader trouwens ,dat hij een grootmoeder uit de Kraton had vertelde u mij toen .
nav de verhalen over mijn oom Chris Evers, mailde een vaste lezer dat hij in kamp Bangkinang sliep naast oom Chris.
Bert, was je vader ook in kamp Bangkinang? Kende hij oom Chris daarvan ?
@Bert ,was je vader ook in kamp Bangkinang ? “‘ Ja natuurlijk ! samen ook met pak Keller ,toen natuurlijk nog een klein pakje ( 17 jaar in 1945) maar ik schreef op 23 april 2020 om 20.16 “”Oh daar kende mijn vader dhr Evers van !”” Daar was dus kamp Bangkinang maar ze woonden allebei in Padang ,dus ik vermoed dat ze elkaar al eerder kenden ,Chris Evers kwam trouwens regelmatig bij mijn ouders op bezoek en vice versa ,dacht ik weet het niet zeker ,dat hij in Breda woonde .
Heb het als een echte Sherlock Holmes uitgezocht ,Mijn vaderJ.Ch.H ,Wijchgel employe AVB te Padang geboren 29-05-1913 zat in barak F te Bangkinang en Ch .G Evers geboren 1911 employe Societa te Padang zat ook in barak F te Bangkinang .G.W.Keller geboren 1928 zat in barak C4 samen met zijn vader ,het broertje van G.W Keller zat in barak C3 ,kijk waar die lijsten van si Ron zo nuttig voor zijn kwestie van opzoeken .
Jk breek toch effe in .Mijn Pa zat bij de Kempei Thai met de Sawahloento mannen . Ik lag eerst tussen Engelse schippers met veel herrie waar ik niets van snapte ,haalde daarom mijn jongere broer op en installeerde me in Barak F voor de helft met zieken gevuld uit de naast ons gelegen ziekenbarak. Naast me was een man die zelfmoord pleegde en de Heer Evers kwam zo naast me tot de capitulatie van de Jap..Mijn Pa kwam later naar ik meen door verdienste van Dokter Vis.,Zo ook de Pa van R.Geenen en anderen die zwaar toegetakeld bij ons terug kwamen.
BoKeller.
Ja, die plures jappen van honden hebben onze vaders en een totaal van 30 Ombilinmijnen employees maandenlang om beurten gemarteld. Hier vermeld ik een deel van het gebeuren. De rest staat op mijn website. De namen van de jappen en hun Indonesische secondanten staan ook hier beneden.
De volgende mannen uit Sawah Lunto waren:
W. van Ameyden van Duyn, L.P. Apitule, C.R. Brouwer von Gonzenbach, E.J.A. Cosijn, H.C. van Don, B. Filet, C.J. Foss, E. Geenen (mijn vader), W.C. Goldman, O. Hisgen, J.H.G. Keim, G. Keller, F. Kretzer, F.J. Keuskamp, W.J.R. Lanzing, F. Maidman, C.D.J. Marges, A.W.F. Molensky, F.A. van Ommen, J.A. van Ommen, C. H. van Raalten, A. Schlameisen, J.J. Thenu, F. Urban, A. Uyleman Anthonijs (particulier archief) en nog twee personen.
Bij binnenkomst werden ze van hun bagage afgeholpen en geboeid. Daarna kregen ze een zitplaats op de grond in de toneelzaal aangewezen, waar zij met gekruiste benen doodstil en met de ogen naar de grond gericht moesten blijven zitten. Iedere vorm van onderlinge communicatie was op straffe van buitenproportioneel slaag verboden. In deze houding moesten zij hun beurt afwachten. Deze beurt hield in dat men door de Japanse Tokko-luitenants Sugibayashi en Miyauchi, de Tokko-gunzo’s Watari Tsurukichi en Yamashita en de Indonesische tolken Bakri, Sjafei, Hartin en nog anderen zou worden “verhoord”.
Zo’n verhoor bestond hoofdzakelijk uit het met de hand, vuist, zweep, bullenpees, stoel of delen van, een eind hout, touw of elektriciteitskabel dan wel een speciaal ervoor geconstrueerd slaginstrument inslaan op de gewenste politieke gevangene, die wel uit voorzorg geboeid was.
Een speciaal voor het doel geconstrueerd slaginstrument kon zijn een zweep van staaldraad of de “spiked rattan”, een in vieren gespleten eind rotan voorzien van van binnenuit aangebrachte nageltjes waarmee het slachtoffer van kleding en huid ontdaan kan worden.
Wanneer het slachtoffer al dan niet met opzet, op de grond kwam te liggen werd door schoppen of springen, liefst kwetsbare plekken van het lichaam de pijn bewust verhoogd en werden blessures met opzet aangebracht.
Velen werden tijdens de ondervraging gedwongen te knielen met een stuk hout in hun knieholten. Lang genoeg in deze houding zakt men vanzelf terug zodat door eigen gewicht abnormale kracht op de knieën werd uitgeoefend en men zichzelf pijnigde, tenzij men rechtop bleef. Het hoge pijngehalte van brandletsel werd vanzelfsprekend niet onbenut gelaten.
@ Dhr Geenen.
W.C. Goldman is de inspecteur van Politie die het geheime Goldmanrapport opstelde of een familielid ?
Volgens mij moet het dezelfde man zijn.
W.C. Goldman moet het bedoelde goldmanrapport geschreven hebben
Zie zijn ambtenarenstaat.
Willem Christiaan Goldman, geboren op 10-12-1904 in Goendik, Semarang. Willem is overleden op 08-07-1982 in Voorburg, Willem trouwde, 27 jaar oud, op 26-05-1932 in Soerabaja met Victorine Désirée Esperance Augustine Ketting Olivier, 24 jaar oud. Victorine is geboren op 29-11-1907 in Batavia, dochter van Lodewijk Oscar Ketting Olivier en Rosalie Madelaine Cornelie de Nijs.
Ouders: Jan Christiaan Karel Goldman, geboren op 15-04-1878 in Poerworedjo.en Anna Paulina Elisabeth Jurgens, geboren op 20-08-1881 in Bandoeng.
Toch goed dat Pak Keller nog even gereageerd heeft op die oom van Henk sorry Boeroeng ,Pak Keller is natuurlijk een HELD ,Korea veteraan en schijnt zeer geliefd bij zijn manschappen te zijn geweest ,jammer dat hij voor zo,n futiliteit weg blijft op deze site ,de persoon met wie hij een controverse had ,is het allemaal niet waard ,gewoon terugkomen Pak Keller !!
Nog even wat ! Er zijn op deze site veel mensen ,die diep ontzag hebben voor Pak Keller ,en dat heeft hij ook verdiend ,in tegenstelling tot die persoon ( Noem geen namen ) als je je aangesproken voelt meld je dan aan bij de balie ! die persoon dus ,ja wat moeten we er mee ? gewoon negeren ,lijkt mij het beste .
Ja Bert, met alles eens. Doe ik ook.
Maar daartegenover krijg ik veel informatie om mijn verhaal over mijn moeder te schrijven. Namelijk Ombilinmijn-Sawahloento-oorlog-nips-sabotage-concentratiekampen-transport/verplaatsing-Sawahloento-Padang-Missie-Boei-Bangkinang.
Wat er na gebeurde in Batavia/Jakarta weet ik het meeste wel en als sluitstuk ook haar Nederlandse ervaring. Het ontbrekende, door mijn vertrek na SoCal, wordt door mijn jongste zus aangevuld.
Dank.
Voor wie interesse heeft: net online gezet, dossiers van de oorlogsgravenstichting
https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/index/nt00446?searchTerm=
Goedenavond,
Ik ben aan de stamboom van mijn vrouw bezig , en nu valt mij op dat de naam van haar oma
verkeerd genoteerd staat Mw E.W Reijnst Reed , moet zijn Reedel.
Is een en ander aan te passen (oorlogsgravenstichting hebben de naam al aangepast op hun website.) Ik heb via Delpher 2 familie advertenties die mijn conclusie bevestigen.
Na het verhaal van de geachte Heer Pim van der Meer (1925) over de prominente rol van het kleurelement blank=wit/bruin in de Japanse interneringskampen lees ik het verhaal over Pandang/Bangkinang vanuit een ander perspectief.
Ik ben het niet eens met KTZ van den Bos. Het lijkt mij niet aannemelijk dat de afkomst als raciaal begrip in opdracht van de Japanners werd vermeld in de interne kampregistratie. .Vergelijk ik gegevens van officiele Japanse kampkaarten met de interne gegevens van het kampbestuur, dan werd afkomst/ras o.i.d. niet zelf door de Japanners vermeld. Trouwens de categorien hollander/indo/indonesier/chinees etc. werden officieel niet door de Japanners gehanteerd zij gebruikten andere indelingen zoals b.v.b. belanda totok of belanda peranakan. Laat staan dat het kampbestuur het Japanse woord konketsu gebruikte in haar interne registratie van de kampbewoners
De hooggeachte Heer Pim van der Meer (1925) geeft in een ander topic aan dat het onderscheid blank/bruin onverbloemd in de interneringskampen op West-Java werd gehanteerd. De onderscheiding in de registratie hollander/indo etc wordt voor een goed verstaander wel duidelijk
Dat onderscheid kan nu ook gemeten worden in de vrouwenkampen in Padang/Bangkinang, we weten toch dat meten=weten. Op zo’n manier kom ik te weten hoe de perceptie van mijn moeder (1929) paste in het algemene verhaal over onrechtvaardigheid en ongelijkwaardigheid ingesteld door de belanda’s in de Japans interneringskampen.
In het kamp verhaal wordt het onderscheid hollander/indo etc onbewust/bewust niet in de statistiek weergegeven maar het kan wel als verklarende variabele gebruikt worden zodat de raciale hierarchie zicht- en herkenbaar wordt.
Vanuit dat standpunt kan dan antwoord gegeven op de volgende vragen:
– Hoe was de (raciale) samenstelling van het kampbestuur en kampbeheer dwz verdeeld naar hollander/indo
– hoe was de (raciale) samenstelling van de blokken waar de geinterneerden gehuisvestigd waren dwz blokken verdeeld naar hollander/indo etc
– hoe was de (raciale) samenstelling van geboorten (sic) en de doden in de loop van de Japanse bezettingstijd
Op deze manier kan het raciale/(on)rechtvaardigheidsgehalte van de kampen worden bepaald.
Maar ik kan ook de lijst van de families in de vrouwenkampen (met de raciale kenmerken) verbinden met de lijst van mannen/jongens in de mannenkampen. Met enig kunst- en vliegwerk kan dan de raciale status van de mannen en het raciale indeling van hun kampen bepaald worden.
Aangezien de maatschappelijke functie bij de namen van de mannen is vermeld, kan in omgekeerde richting de maatschappelijke status van de vrouwen en kinderen in het vrouwenkamp worden bepaald. Zodoende verkrijg ik inzicht in de rangen- en standenmaatschappij in het vrouwenkamp.
Wat overblijft is de vraag welke variabele de bepalend factor was in het kamp, het raciale of de rangen- en standenfactor? ik heb een bruin vermoeden dat het eerste het geval was
Mijn reactie hoort onder het juiste topic.
In de INTERNE kampadministratie,werd niet alleen een indeling naar Hollander, Indo of Indonesisch gemaakt: maar er was ook een indeling naar Nationaliteit: Chinees, Canadees, Engels=UK , Amerikaan, Belg maar ook Schots (onderdeel van UK). Daarnaast werd er een onderscheid naar herkomst in Nederlands-Indie getoond : Menado Ambon Javaans, wat eigenlijk onder de noemer Indonesisch hoort.
Wat dan overblijft is Indo/Duit, Indo-Eng dat een expliciete verwijzing is naar de GEMENGDE , dus de vermeende raciale afkomst van de persoon.
De huidskleur speelt geen significante rol in de sterfgevallen, de dood kijkt niet zo op kleur.
Ik neem de raciale indeling als gegeven en werkte die uit. De grootste categorieën zijn natuurlijk Hollander, Indo of Indonesisch inclusief Menado, Ambon, Java. Dat een relatief een groot aantal babies maar ook ouderen sterven is niet verwonderlijk. Wat wel opmerkelijk is dat een relatief groot aantal zusters dwz nonnen stierven, ik tel heel snel een 14-tal.
Hoe de geïnterneerden het klaarspeelden om nog in 1944/1945 (5) kinderen te baren zal ik maar als een godswonder beschrijven
Aangezien de raciale afkomst wordt aangegeven werk ik dat ook uit. daarbij meenemend de kleurrijke opmerkingen van mijn moeder (1925) en dhr Pim van der Meer (1925) samengevat in de “rule of colonial difference”.
Kleur of beter gezegd de categorie wit/bruin= hollander/Indo/Indonesisch zijn meetbaar en hadden een significante betekenis in de GELAAGDE Nederlands-Indische maatschappij, dus ook het kamp. Er is niet alleen sprake van correlatie, maar ook van causaliteit, de wet van oorzaak en gevolg. Dhr Mertens kan zijn hart ophalen.
15 nonnen, met kloosternamen;
Leonardus
Alfred
Sebastiana
Acasia
Ignatius
Ursulia
Elisabeth
Ignatina
Agneta
Agathe
Emmanuel
Agnelia
Alida
Alphonsine
Euphrase
Tja kan aan mij liggen ,tidak tahu maar in de reactie van P v/d B van 5 januari 2022 om 00:03 is zijn moeder van 1929 .In zijn reactie van 5 januari 2022 om 23:42 uur is moeder plotseling van 1925 .Binnen een dag 4 jaar ouder geworden ! 😁🤣😂
Wat zijn nonnen ? Dat zijn vrouwelijke Christelijke geestelijken binnen het R.K geloof .Je hebt ook monniken dat zijn hun mannelijke collega,s .Als ik naar dat lijstje boven kijk zijn sommige voornamen toch echt niet vrouwelijk ! Leonardus ,Alfred ,Ignatius en Emmanuel .Of misschien ook wel en zijn die nonnen hun tijd VER vooruit en hebben zij zich zelf een mannelijke voornaam aangemeten .😂🤣😁
Dat zijn niet hun doopnamen door hun ouders gegeven.
Ze kozen die zelf uit bij inwijding.
—
Zuster Leonardus:
Valderen, van Christina Maria, geboren 6 februari 1869 in Leiden, overleed 5 juli 1943 in het ziekengebouw Fraterhuis, kamp missiecomplex te Padang.
Ouders: de sigarenmaker Johannes Cornelis van Valderen (1841 – 1910) en Cornelia Petronella Anthoinetta Nagtegeller (1841 – 1913) , beiden geboren, overleden en gehuwd te Leiden.
Haar kloosternaam bij de Zusters van Tilburg/Liefde was Zuster Leonardus.
Zuster Alfred
Compère, Octavia Jeanne, geboren te Luik 8 juli 1869 en overleden 14 aug 1943
Dochter van Laurent Joseph Compère (1835 – 1920) en Marie Joseph Séau (1836 – 1896) uit Luik
Haar kloosternaam was Zuster Alfred. Ze was van de orde van de Zusters van liefde.
Zuster Ignatius
Steins Bisschop, Gijsbertha Maria geboren 11 juli 1874 in Amsterdam, ze overleed 11 februari 1944 .
Zuster Ignatius werd haar kloosternaam bij de Zusters van Liefde. Ook genoemd Zusters van Tilburg.
Zuster Emmanuelle
Sengers, Joanna Wilhelmina , geboren 4 september 1906 in Hernen bij Wychen overleed 8 december 1944.
Dochter uit het boerengezin van Petrus Sengers (1869 Wychen – 1948 Alverna) en Johanna Petronella Broekman (1866 Neerbosch – 1939 Alverna). Met de naam zuster Emanuelle werd ze uitgezonden door de congregatie Franciscanessen van Bennebroek, vanaf 1925 met kloosters in Indië. In Sawah Loento verzorgde de orde katholiek onderwijs, veel voor Chinese kinderen. Vier zusters uit haar convent overleden te kamp Bangkinang.
Je bent goed geinformeerd ! Die nonnen waren hun tijd dus VER vooruit ! Dit allemaal doet me denken aan dat liedje “” A boy named Sue “” waarin het leven wordt beschreven van een Amerikaanse (?) jongen die met een meisjes naam door het leven ging .Deze nonnen namen als inwijdings naam een mannelijke voornaam ,beetje sedikit roewet maar o.k Zouden die monniken nou als reactie hierop nou ook een vrouwelijke voornaam hebben gekozen ? Dus monnik Jan wordt dan monnik Janneke .🤣😂😁
In de bijbel kunnen we zien dat sommigen een andere naam krijgen van God omdat de betekenis van hun nieuwe naam aanduid wat hun destiny zal worden. b,v, Abram of Abrahim wordt Abraham omdat hij de vader van vele nationalitijten zou worden, Jakob betekent geniepig en krijgt de naam Israel omdat hij met God worstelde.
De Katholieke geestelijkheid veranderen hun naam vaak. Het verschil hier is dat ze zelf een naam kiezen terwijl in de bijbel God degene is die iemand een nieuwe naam geeft.
Groot verschil.
Ten eerste heb ik Bung Tolol grote ,nee zeer grote waardering voor die zusters ,die zich zelf weg cijferden voor die geinterneerden !! Wat die mannen namen betreft ik dacht eerst dat hier sprake was van een vergissing van de schrijfer ,Ja zuster Alfred klinkt toch een beetje raar .Broer nr 3 van mijn familie geboren februari 1942 en in het kamp Bangkinang gegaan mei 1942 was een zeer ziekelijk kind ,dankzij die zusters en ook de hulp van die Jappen kreeg hij de juiste medicijnen en overleefde dat kamp ( leeft nog steeds ) Volgens mij leefden en werkten die zusters voor die gevangenen en dan vooral voor die kinderen ,wellicht hebben zij zich wat minder om hun eigen gezondheid bekommerd ,alles voor de medemens ! Ja en dat midden in de jungle onder een bloedhete zon en met niet . veel voedsel en hadden die zusters al voedsel gaven zij het nog weg aan hongerige kinderen ! Zuster Emannuelle is maar 38 jaar geworden ,zij overleed in 1944 ,haar vader uit 1869 overleed in 1948 ,hij heeft zijn dochter dus niet meer kunnen ontmoeten tragisch Ik ben niet kerkelijk maar voor die zusters uit die Jappenkampen heb ik groot respect .Of dit allemaal zo door mij beschreven een geloofwaardige verklaring geeft omtrent de dood van zo veel zusters ? Ja dat weet ik niet ,ik was er niet bij en P v/d B ook niet ,dus we moeten beiden gaan gissen ,laten wij dat maar niet doen maar we mogen datgene wat die zusters opbrachten voor die geinterneerde burgers en hun kinderen NOOIT en te NIMMER Vergeten !!! Overigens was die familie van si Boeroeng goed vertegenwoordigt in dat vrouwenkamp 7 personen ,mijn familie had er 6 ( 4 kinderen + moeder + oma ) Allemaal ongedeerd het kamp kunnen verlaten ,ook dankzij die zusters .
Er waren meer familieleden van mij in de kampen Padang en later Bangkinang, maar die staan niet op de door Hans van den Bos ( 1930 geboren en kampkind) gepubliceerde lijsten. Als die lijsten er ooit waren, soeda…. verloren gegaan.
12 van de 15 overleden nonnen waren boven de 50 jaar . Ik denk dat de leeftijd een verklaring is voor hun minder sterk lichaam.
Overigens is de Indische Genealogische Vereniging van plan met de eerste 3 delen van van den Bos over deze kampen iets te gaan doen. Ik vermoed aanbieden te downloaden op de IGV-site https://igv.nl/
Samen met mijn lijst van overledenen in die kampen. Ik heb meer informatie gezocht over hen. Datums, doopnamen, plaatsen, ouders, schoonouders.
Het vrouwenkamp in Padang was grofweg als volgt georganiseerd. Het kamp werd geleid door een zgn Hoofdbestuur. Voor elke barak/blok was en blokleidster aangesteld. Tevens was er ook sprake van een keukencomité.
Hoofdbestuur : 11 leden: 9 Hollanders en 2 Indo’s. Let wel, bij de verkiezingen van 1942 waaraan 1244 vrouwen als kiesgerechtigden deelnamen, konden alleen maar 3 leden gekozen worden: resultaat: 2 Hollanders en 1 Indo.
Blokleiding: 15 leidsters: 10 Hollanders en 5 Indo’s
keukencomitee: 3 leden: 3 Hollanders
In 1944 was er een representatieve kamptelling gehouden:
belanda’s boven > 16 jr: 438 (46%)
Indo-belanda’s > 16 jr: 523 (54%).
Maar er is ook iets anders aan de hand: in het hoofdbestuur van het vrouwenkamp zaten niet alleen 2 Zusters van de Liefde maar ook 2 fraters, let wel in het vrouwenkamp, maar met een priesterhabijt vielen Fraters in het kamp niet zo op,
Kijk ik nauwkeurig naar de sociale achtergrond van de vrouwen in het hoofdbestuur door die met de namenlijsten van het mannenkamp Padang en Bangkinang te vergelijken dan krijg ik grofweg het volgende resultaat.
HOOFDBESTUUR
Een vrouw van de assistent-resident, die van de burgemeester van Padang, die van de Voorzitter van de Landraad en die van een inspecteur van de Gemeente Financien.
BLOKHOOFD
Een vrouw van de resident van Sumatra WestKust SWK, die van de secretaris van de Resident Riouw, die van het hoofd Ombilin Steenkolenmij, die van een KNIL-arts,die van een werktuigkundige en die van een agent van Dunlop.
KEUKENKOMITE
Vrouw van assistent-resident en die van de secretaris van de Resident SWK. Let wel deze vrouwen hadden nooit wat in huishouding in Indie hoeven doen, anders dan kokkie afblaffen en die moesten. nu een keuken runnen.
Dat niet alleen de rassenongelijkheid maar ook de rangen- en standenhierarchie liepen gewoon in de interneringskampen Dooren dat had zelfs mijn moeder door (1929)
@Dat niet alleen de rassen-ongelijkheid maar ook de rangen en standen -hierarchie liepen gewoon in die interneringskampen door ,dat had zelfs mijn moeder (1929 ) door .Ja dat had ze waarschijnlijk goed gezien .Zouden mijn moeder en oma en hun vele kennissen in dat Jappenkamp bereid waren geweest in dat Hoofdbestuur zitting te nemen ? Geloof er geen nasi-bal van ! Zij hadden het veel te druk met hun kleine kinderen ,volgens mij waren ze dolblij dat die maffe totoks die moeilijke baantjes voor hun rekening namen ,dat hield ook in verantwoordelijkheid afleggen bij de BAAS ,de Jap dus ! Je kan dan wel de vrouw van de assistent-resident zijn of de vrouw van de burgemeester van Padang of de vrouw van een of andere voorzitter in het kamp waren zij ook gevangenen en onderworpen aan de grillen van de echte baas de Jap dus ! Nee die Indo vrouwen gniffelden achter ( belakang ) de rug van die witte vrouwtjes “” Laten zij maar de kastanjes voor ons uit het vuur halen !”” Keken die totoks vrouwtjes neer op die Indo vrouwtjes ? Nou en ze keken ook neer op die Indische moeder van Jan Somers ,tot ze er achter kwamen dat haar man een echte Hollander was en een hoge pief bij de Marine ,toen waren ze plotsklaps poeslief voor die moeder van Jan ! In dat kamp moest iedereen buigen voor die Jap of je nou de vrouw was van die assistent-resident of de vrouw van de eenvoudige Indische ambtenaar ,voor de Jap waren het allemaal gevangenen klaar uit ! Eerste prioriteit van die Indische vrouwen in dat kamp was OVERLEVEN ! en hun kinderen veilig uit dat verdomde kamp weg te sleuren .Al die “”baantjes”” bij al die komitees kon ze gestolen worden !
Toen mijn moeder nood gedwongen naar een verzorgings-tehuis moest ruimde ik de boel op en vond daarbij een oude bamboe-koker met daarin tekeningen ,heel goed getekende plaatjes van haar kinderen in Bangkinang “” Wat wil je ermee doen ma ?”” vroeg ik zij keek er even naar en zei toen “” Ach gooi maar weg “” Heb ik natuurlijk niet gedaan ,heb ze aan een van mijn broers gegeven .Voor mijn moeder waren die tekeningen iets uit een voorbije tijd AL SUDAH ! Zij keek nooit om ,zij keek ook bijna nooit zijwaarts ,zij keek alleen vooruit ! Daarmee was zij toch 96 geworden .
Ik heb vanochtend nog even gebeld met mijn moeder (1929). Vroeger (pre-Covid) belde ik èèn keer per week, maar NU doe ik dat vaker, haar sociale contacten zijn duidelijk verminderd en dan is elk contact bevordelijk voor haar geestelijk welzijn. Aan het eind van het gesprek vroeg ik haar ook nog iets over het kamp in Padang en Bangkinang.
Ze kon de menswaardige behandeling van de zusters van de Liefde bevestigen.
Over het eten in het kamp zei ze dat , er vrachtwagens met eten kwamen, maar niet elke dag. Zij weet wel wat hongerlijden was. Ze weegt nu iets meer dan 40 Kg maar dat heeft niets te maken met de kamptijd te maken.
Maar wat ze wel begreep is dat ze in het kamp als Indo-(Europeaan) hoog of laag kon springen, het de belanda’s waren die beslisten VOOR en OVER de Indo-Europeanen. Zo waren de koloniale verhoudingen. was daar iets mis mee?
Ook haar familie vocht voor overleven en ze hebben het op mijn opa na, overleeft.
Nou blij dat je moeder nog leeft ! Wees zuinig op haar want je hebt er maar 1 van ! Ja zij kwam als 12 jarige in dat kamp en was 16 toen zij er uit kwam ,zij heeft dat kamp-gebeuren dus bewust meegemaakt ..Zij begreep dus dat in dat kamp de Indo-Europeanen hoog of laag konden springen .Het waren de Belanda,s ,die beslisten Voor en Over de Indo-Europeanen ! Nou wil ik hier toch een nuance aanbrengen ,Het waren die Jappen ,die beslisten Voor en Over die Belanda,s en Indo-Europeanen ! Die Jappen bijgestaan door hun Indonesische vriendjes ! Dus die vrouwen van de assistent -resident en die vrouw van die burgemeester van Padang moesten ook buigen voor die gewezen Indonesische sate -verkoper uit Padang ! In dat mannenkamp vroeg Bo Keller in barak F waarom een bepaalde Indo ( goede vriend van mijn vader ) toch altijd zo in de weer was met allerlei soorten riemen ,riemen ? nee beste Bo dat waren zwepen ! Na de “” bevrijding “” gebruikte die Indo die zwepen om een paar Indonesische Jappen-vriendjes eens goed de les te leren ,hij sloeg ze het hele kamp door ,bijgestaan door zijn bangsa .😂🤣😁 Ik durf er wel wat uang op te zetten ,dat die oom van Boeroeng en mijn vader er ook betrokken bij waren .😎 In dat vrouwen-kamp zaten er toch 2 Indo,s in dat Hoofdbestuur 2 van de 11 .Wat was hun taak ? Kopi Tubruk en spekkoek rondbrengen ? 😜😃😆
Om iets te begrijpen van het kampleven is het van belang te weten wie de INTERNE beslissingen nam in het kamp, maar ook wie die uitvoerden. Dat is beschreven in die boeken. Daarbij richt ik de aandacht niet toevallig op het KEUKENCOMITE, die verantwoordelijk was voor de bereiding en distributie van het karige eten. Dan is het interessant te weten wie in dat comité zitting had , wie dicht bij het vuur zit, warmt zich het meest en de belanda’s wisten waar Abraham de mosterd haalde. Want zegt U nou zelf: kent U iemand die in de kampkeuken werkte, die van honger stierf?, Nee toch?
Natuurlijk wilde iedereen in de keuken werken. Mijn oma (indon) of moeder (indo) konden wel hoog of laag springen en zo goed mogelijk hun best doen, maar ze telden in de kamphierarchie gewoonweg niet mee. De kans dat zij in aanmerking kwamen voor zo’n voordelige baan in het keukencomité was nihil, ze hadden niet de juiste kwalificaties. Het hoofdbestuur waarvan 9 belanda’s, koos de “beste” mensen voor het keukencomité : de vrouw van een assistent-resident en die van de secretaris van de Resident SWK, o ironie van het lot.
Dat was zo in het kamp geregeld, maar ook er buiten toen het nog Tempo Doeloe was.
Dan kunnen wel nuances worden aangebracht, maar met deze objectieve werkelijkheid werden niet alleen mijn familie maar alle Indo’s en Indonesiers in Padang en Bangkinang geconfronteerd.
Correctie onderstaand gedeelte hoort ook als eerste gedeelte bij mijn reactie
Ik beperk mij tot de INTERNE verhoudingen in de vrouwenkampen Padang en Bangkinang, toen mijn moeder (1929) in de Japanse bezettingstijd daar verbleef.
Ik maak daarbij gebruik van de boeken over de kampen opgesteld door KTZ b.d. van den Bos en voor iedereen te lezen op de web site van dhr Ron Geenen. Mijn erkentelijkheid gaat naar beide Heren uit.
De informatie uit die boeken zijn objectieve gegevens : de afkomst van iemand onderverdeeld in belanda, Indo etc EN de functie van hun echtgenoot, die merendeels in het mannenkamp Padang en Bangkinang was geïnterneerd. Ik verbind de gegevens van die twee kampen met elkaar. heel simpeI, is daar iets mis mee?
Dat blanke mensen de baas waren in Indië wisten we toch?
En meer dominant waren in de Indisch-Nederlandse kringen van indo’s en totoks .
Men vond dat normaal. Indo-europeanen en Indonesiërs deden een stapje achteruit .
In mijn onderzoek naar de doden van de kampen te Padang en Bangkinang kwam ik veel tegen dat een echtgenoot, een vader of schoonvader militairen waren, in Europa geboren.
En nog meer naar Indië gegane militairen in de generatie grootouders en overgrootouders.
Ook zag ik beter dat velen van die militairen met nazaten, het leger verlieten en als burger in Indië bleven.
Te Sumatra heb ik 4 van deze voorvaderen en pas sinds vorig jaar ook gevonden dat mijn stamvader , die van mijn naam, deze weg volgde.
Indo’s wisten donders goed dat de belanda de baas was. Natuurlijk ging een indo niet protesteren, want dat was niet goed voor zijn carrière. Het Gouvernement duldde geen tegenspraak. De moedwillige ‘verstomming’ betekende dat aan de stem uit de koloniën minder waarde werd gehecht dan aan de stem van de belanda. De koloniale dus raciale verhoudingen gedijden bij zulk soort van onmondigheid. De Indo had geen recht van spreken
Dan mag niet gesproken worden dat de Indo’s maar ook de Indonesiers een stapje terug deden. de belanda’s duwden hen gewoonweg terug, belanda’s zetten de onderdrukten op hun plaats waar ze thuis hoorden, een trapje lager.
Maar keer ik terug naar Padang en Bangkinang. Aangezien structurele achterstelling en discriminatie van de Indo een wezenlijk kenmerk van het kolonialisme was, werd dit in de kampen des te meer duidelijk. De bevoordeling van de belanda’s bleef niet beperkt to het Hoofdbestuur en het keukencomité. Er waren nog meer gepriviligeerde banen te verdelen. Ik heb het niet volledig uitgewerkt maar het zal me niet verbazen dat veelal belanda’s in zulke comfortabele posities werden gemanoeuvreerd, terwijl de Indo MOEST toekijken.
Natuurlijk gold dit verschijnsel niet exclusief voor het vrouwenkamp, want bij enige bewerking van de gegevens van het mannenkamp Padang/Bangkinang spelen ook daar afkomst (belanda/Indo) en maatschappelijke positie een essentiële rol.
In het kamp waren ook baboe anaks geïnterneerd. Ik vertaal “baboe anak” maar in de neutrale term “kinderjuffrouw”, dat ook voorkomt in het verslag.
Uit nieuwsgierigheid zoek ik hun familieleden in de lijst met namen op , want meestal werden hele families geïnterneerd, maar dat is bij deze 5 baboes pardon kinderjuffrouwen , 4 Indo’s en 1 Indon. niet het geval? Een beetje vreemd. Wie heeft een verklaring?
Baboe anak Altman – 21 jr – Oranje Hotel Padang -Indo
Baboe anak. Ohlenroth – 18 – Sawahan 21 Padang -Indo
Baboe anak Rumuat – 22 – Logeweg 7 Padang -Indon.
Baboe anak Timmermans – 21 – Sawahan 44 Padang -Indo
Kinderjuf van Krieger -22 – Kajoe Aro (?) – Indo
Uit nieuwsgierigheid kijk ik de lijst vluchtig door en stuit op njai, ik wist niet dat Nijai een beroep was!
Njai Wiringen A. -36 – Djatihlaan Padang – Indo
Njai Sajang (Seijlhouwer) – 48 – Nipahlaan Padang – waarschijnlijk de Njai van een gepensioneerd militair KNIL, die in het mannenkamp was geïnterneerd.
Baboe anak en Njai zijn sterk racistische termen en dan druk ik me eufemistisch uit . Volgens intellectuelen uit de grachtengordel in Amsterdam mogen sterk racistische termen in koloniaal kader niet worden gebruikt. Als het die richting op gaat dan worden al die zwarte bladzijden in de koloniale geschiedenis onbeschreven bladzijden. Dan gaat het helemaal nergens meer over. Kunnen we het kolonialke boek dicht doen.