Kleindochter laat oma praten over Jappenkamp

Nieuwsgierig naar het verhaal achter een oude foto, begon Robin van Doorn haar oma met vragen te bestoken. Ze tekende het verhaal op en won er een prijs mee.
‘Als je een slakje of rupsje zag, dan greep je die’, zegt Cato Siefken (1933). ‘Het maakte niet uit. Je vrat het.’ Siefken zat in het beruchte jappenkamp Tjideng in Nederlands-Indië. Kan ze hier wel tegen?

Dit bericht werd geplaatst in diversen. Bookmark de permalink .

6 Responses to Kleindochter laat oma praten over Jappenkamp

  1. P.Pinchetti schreef:

    Ben het helemaal met je eens Jan Somers, ik kan me levendig voorstellen dat overlevenden van de generatie vòòr die van ons tot “sudah,…laat maar”!! besloten hebben. Mijn moeder deed hetzelfde na jarenlange vruchteloze pogingen aan de regering tot verkrijgen van schadevergoeding. Uiteindelijk kwam ze bij me met een doos vol documenten en formulieren, eigendomsbewijzen van 17 huizen etc., correspondentie Ned. regering, Japanse regering en die van Indonesia etc.etc. welke haar jarenlang vruchteloos hebben beziggehouden, net een driehoeks pingpong spel zei ze. Ze zei toen : kijk maar wat je ermee wilt doen, of gooi het maar weg, ik ben het zat! (uiteraard heb ik alles nog bewaard). En net wat je zegt Jan Somers, ze wilde nooit daarover praten, alle vragen die ik stelde wimpelde ze direct af waarbij ze soms geëmotioneerd met tranen in de ogen afdroop. Zelfs nu (73 jr.oud) zit ook ik met veel onbeantwoorde vragen, dus ..hoe dan verder. Ben je ook geneigd tot “sudah, laat maar, heeft toch geen zin” .

    • Jan A. Somers schreef:

      citaat: “Ben je ook geneigd tot “sudah, laat maar, heeft toch geen zin” . Niet doen! Mijn dochter en drie kleindochters hebben vorig jaar alles teruggevonden wat ik ze heb verteld. Niet alleen geboortehuis, school, kerk, en vakantieplekken, maar ook de restanten van bijvoorbeeld de Werfstraatgevangenis. Het was voor hun een hele belevenis! Zij hebben bijvoorbeeld Surabaya leren kennen als geen andere toerist!

    • Anoniem schreef:

      Beste oom Peter,
      “sudah.laat maar,heeft toch geen zin” de woorden die mijn vader en met hem mijn moeder,grootouders,tantes en ooms vaak gebruikten wanneer ik weer eens aan het doorvragen was over hun directe verleden.U kent mijn vader,en u weet dus ook hoe hij je met deze woorden, een grapje en een grote lach wist af te leiden van het,voor hem gevoelige onderwerp.Toch ben ik blij dat ik,ondanks het predikaat “kasar’, ben blijven doorvragen,want uiteindelijk heb ik van hem flarden van zijn verleden te horen gekregen ! Na zijn overlijden,nu 27 jaar geleden,ben ik met die kleine fragmenten informatie op zoek gegaan.Na vele reizen naar Indonesie,en even zovele bezoeken aan allerlei archieven,honderden gesprekken met opgespoorde familieleden,vrienden en kennissen,heb ik zijn leven een beetje kunnen reconstrueren. Het mooie aan allles is dat het beeld wat ik van mijn vader had overeind is gebleven,en eigenlijk alleen maar mooier is geworden,en ook het besef dat zijn geschiedenis ook mijn geschiedenis is.Ik hoop dan ook dat u wanneer u in de bui bent om de gevleugelde woorden “sudah.laat maar” uit te spreken,deze woorden misschien toch maar inslikt en uw geschiedenis ook hun geschiedenis laat zijn.
      Veel liefs ook voor tante Judy.

      Roy ( uw ouwe buurjongen)

  2. Inke schreef:

    Over dit onderwerp is wel degelijk veel geschreven, zowel door de 1e als de 2e generatie oorlogsslachtoffers uit Nederlands Indië, maar de kennis lijkt niet overgedragen te worden op de 3e generatie, of de 3e generatie geeft er geen ruchtbaarheid aan. Het is daarom wel goed dat Robin er aandacht aan besteedt. Dat de indruk wordt gewekt dat het hier om een nieuw initiatief gaat, is tekenend.

    • Boeroeng schreef:

      Robin is geen 3e of 4e generatie Indisch Nederlander.
      Ze is wel 3e en 4e generatie van een jappenkampslachtoffer. Meerdere slachtofffers eigenlijk.
      Er is gelukkig wel meer vastgelegd over de jappenkampen, maar daarintegen te weinig over Nederlanders buiten de kampen, toch ook misschien wel 220.00.
      Wel weten mensen te weinig van hun ouders of grootouders.
      Omdat die liever alles vergaten en een nieuw leven wilde bouwen zonder in oudzeer te blijven steken. Of omdat de kinderen zelf het niet willen weten

      • Jan A. Somers schreef:

        citaat: “Omdat die liever alles vergaten en een nieuw leven wilde bouwen zonder in oudzeer te blijven steken. Of omdat de kinderen zelf het niet willen weten” Ik blijf dit moeilijk vinden. Wilden die oudjes het wel vergeten? Willen de kinderen het niet weten?
        Mijn ouders zijn alles, tot aan de laatste cent kwijt geraakt. Na repatriëring begonnen zij opnieuw, na afkeuring en pensionering in 1946. Ik denk niet dat zij het wilden vergeten, dat lukt toch niet. Maar hun omgeving snapte het niet, konden zich niet inleven. Dan zeg je soedah, laat maar. De ‘Nederlandgangers’ waren ook niet altijd bekend met de situatie in Nederland, maar omdat het hun nieuwe land was moesten ze wel leren. Voor de Nederlanders gold dat omgekeerd niet. Voor mijn kinderen gold dat ook niet. Zij luisterden wel, maar konden de tropische (oorlog/bersiap)context niet vinden. Via de Indische literatuur kregen zij alleen maar veel tempo doeloe. Leuk, zelfs interessant, en dat was dan alles.
        Ik had in het begin ook geen behoefte aan het vertellen over mijn (toch wel ‘wilde’) ervaringen. Nederland was voor mij nieuw, een uitdaging. Je hebt dan even geen tijd voor je eigen verleden. Pas na mijn pensionering kreeg ik tijd voor nadenken, en probeer voor mezelf alles op een rij te zetten. Ik kan een Nederlander in Nederland iets vertellen over een gebeurtenis in de Jacob Gerritsstraat in Delft. Hij snapt mij meteen. Maar als ik die Nederlander iets wil vertellen over een gebeurtenis in de Palmenlaan of Kalisosok in Soerabaja, dan gaan de ogen op oneindig. Vind ik eigenlijk niet zo vreemd.

Laat een reactie achter op Anoniem Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *