Unity in Diversity, Bhineka Tungal Ika

Indonesië heeft een lange, multiculturele geschiedenis. Al in de eerste eeuw na Christus begon de Indiase Hindoe invloed in Indonesië. Rond de achtste eeuw waren de Indonesische Hindoe-koninkrijken verbonden met India. Net zoals later bij de Europeanen begon dit eerst met handelaren. Deze koninkrijken bestonden tot in de 14e eeuw. De Prambanan, Borobudur en verhalen zoals de Ramayana en de Maracharata zijn herinneringen aan deze trotse periode.
En wederom brachten handelaren iets nieuws. Tussen de 8e en de 13e eeuw brachten Arabische handelaren de Islam naar Indonesië. En in de 13e eeuw zag Marco Polo op de weg terug van China een moslimstad in
Indonesië. Rond die tijd was er ook een moslimsultanaat in Noord Sumatra.
Maar de Indiase en Arabische handelaren die hun cultuur en religie brachten waren niet de laatste. In de 16e eeuw kwamen Europeanen onder andere de Portugezen en de Nederlanders naar Indonesië. Net
zoals hun voorgangers begon het met handel, maar onze christelijke religie en Europese cultuur volgden al snel.
In 1602 verleende het Nederlandse gezag de VOC een monopolie op de handel en koloniale activiteiten in de regio, nog voordat de Nederlanders heersers waren in Java. Echter, als wij bedenken dat wij slechts met 100.000Nederlanders vertegenwoordigd waren over de hele archipel en de Indonesiërs toen met 70 miljoen en nu met 270 miljoen rest ons enige bescheidenheid.
Mijn familie kwam naar Indonesië op het eind van de 18e eeuw. Misschien zochten ze in die tijden van de napoleontische oorlogen een betere toekomst buiten hun eigen continent.
In mijn familie zitten vier verschillende nationaliteiten. De Pereira’s, katholieke joden uit Portugal. De familie Dom uit Antwerpen. De familie Etty uit Zuid Schotland en dan natuurlijk mijn vader Koos van Os uit Noord Holland.
Papa kwam als KMA officier naar Indonesië maar werd al snel een succesvol ondernemer. In ons prachtige familiehuis op de Ceremai vulkaan bij Cirebon is later in 1947 de Lingadjatti conferentie georganiseerd.
Zij kwamen allemaal voor een beter leven en probeerden als ondernemers, bestuurders en predikanten een leven op te bouwen. Tegenwoordig zou je ze beschrijven als economische vluchtelingen of expat-ondernemers.
Recent heb ik een DNA-onderzoek gedaan bij “23&me”. Naast al deze Europeanen zaten er
ook Chinese en Javaanse genen in mijn bloed. Indonesië, net zoals mijn genen, is een mix van bewogen wereldgeschiedenis. De Indonesiërs praten over diversity in unity. Ik geloof dat dat ook waar is voor mijn eigen familie. Net zoals jonge Indonesiërs zien mijn eigen kleinkinderen dit natuurlijk niet. Die denken dat zij volbloed-Hollanders zijn net zoals de kleinkinderen van mijn Indonesische vrienden denken dat ze echte Indonesiërs zijn. De realiteit is natuurlijk dat we allemaal een mix zijn van de geschiedenis, zowel onze genen, religies en culturen.

Als je 92 jaar bent, laat je lichaam je soms in de steek.
Maar het leuke van 92 is dat je de geschiedenis echt hebt geleefd. Van de vooroorlogse koloniale jaren, de Japanse bezetting (en het vele buigen), de repatriëring naar Nederland en het onderdeel
worden van een nieuwe naoorlogse Nederlandse geschiedenis.
Een geschiedenis waar wij Indo’s ook een trots onderdeel van maken.
Joty ter Kulve
Wassenaar

Dit bericht werd geplaatst in diversen, Gast Pikirans. Bookmark de permalink .

29 reacties op Unity in Diversity, Bhineka Tungal Ika

  1. Jan A. Somers zegt:

    “verleende het Nederlandse gezag de VOC een monopolie op de handel en koloniale activiteiten in de regio” Deze fout wordt door bijna iedereen gemaakt. De Nederlanden kunnen volkenrechtelijk zo’n algemeen verbod niet eens maken, laat staan handhaven. Zie:
    in artikel XXXIIII, waarin tot welstand van de “Geunieerde Provincien”, de handel en het profijt,
    “wy de voorsz Compagnie geoctroyeert ende gheaccordeert [hebben], octroyeren ende accorderen mits desen, dat niemant van wat qualiteyt ofte conditie die zy, anders dan die vande voorsz Compagnie uyt dese Vereenichde Landen sal mogen varen (…) beoosten de Cape de bonne Esperance, oft door de Straet van Magellanes, op de verbeurte vande Schepen en goederen, blijvende (…) de concessien voor desen ghegeven aen eenige Compagnie, om te varen door de voorsz Straet van Magellanes, (…).” Vanuit die ‘Vereenichde Landen’ mogen dus alleen leden van de VOC er naar toe. Maar vanuit Frankrijk, Engeland of Denemarken mag iedereen er naar toe varen, hetgeen ook gebeurde. Ook kon er natuurlijk geen algemeen verbod worden uitgevaardigd op handel en andere activiteiten. Zie:
    in artikel XXXV:
    “Item, dat die vande voorsz Compagnie sullen vermogen beoosten de Cape van bonne Esperance, mitsgaders in ende door de engte van Magellanes, met de Princen ende Potentaten verbintenissen te maecken, ende contracten op den naem van de Staten Generael vande Vereenichde Nederlanden, oft Hooge Overheden der selver, mitsgaders aldaer eenige Forteressen ende verseeckertheden te bouwen, Gouverneurs, Volck van Oorloge, ende Officiers van Justitie, ende tot andere nootelijcke diensten, tot conservatie vande Plaetsen, onderhoudinge van goede ordeninge, Policie ende Iustitie eensamelijck tot voorderinge ende Neeringe te stellen, (…)”. Hier mogen ‘die vande voorsz Compagnie’ (maar ook Engelsen, Fransen, Denen e.d.) verdragen sluiten met de plaatselijke autoriteiten om handel te mogen drijven, een kantoor bouwen e.d. waar bijvoorbeeld ook een monopolie in kan worden opgenomen. Verdragen die tussen staten worden gesloten. Vandaar de titel van mijn dissertatie: De VOC als volkenrechtelijke actor. Dit was de hand van Hugo de Groot in Mare liberum: Habent insulae istae quas dicimus et semper habuerunt suos reges, suam rempublicam, suas leges, sua iura. oftewel: Deze eilanden waarover wij spreken, hebben nu, en hebben altijd gehad hun eigen koningen, hun eigen staat, hun eigen wetten, en hun eigen rechtssystemen. Van Vollenhoven heeft dit zo treffend omgezet in zijn ‘Staatsrecht overzee’: “Wanneer in 1596 het eerste schip met de driekleur aan den mast in den Indischen ‘archipel binnenvalt, is dat land staatsrechtelijk geen ‘woest en ledig’ land. Het is boordevol instituten van volks- en gezagsordening”.En tijdens de Engels-Nederlandse conferenties in1613 en 1615 heeft Hugo de Groot op meesterlijke wijze de Engelse aanval, dat het octrooi in strijd was met Mare liberum zou zijn, afgeslagen.

    • Indisch4ever zegt:

      Het octrooi verleende de VOC ook het recht met geweld dit monopolie te bereiken en te handelen als een aparte staat .
      Vooral ten koste van buitenlandse overheden en organisaties.
      In feite was het doel van de Staten-Generaal het monopolie op handel en de baas zijn in het afgebakend gebied volledig bij de VOC te leggen.
      Kende men toen het begrip ‘volkenrechterlijk’ ? Ik dacht van niet

      • Jan A. Somers zegt:

        “Ik dacht van niet” Ik dacht van wel! In de VOC-tijd zijn er vele honderden overeenkomsten gesloten met volkenrechtelijke kracht. Nog steeds te vinden in het NA in den Haag, en het Arsip Nasional in Jakarta. Ga daar niet naar zoeken, dan verzuip je in de onleesbare handgeschreven teksten. Maar de belangrijkste (honderden) delen daarvan zijn verzameld in het Corpus Diplomaticum Neerlando-Indicum, beschikbaar bij enkele universiteitsbibliotheken en de KB in Den Haag, zes dikke pillen, samengesteld in 1907-1955. Misschien even een paar bladzijden bekijken, maar niet meer! In mijn dissertatie heb ik er een bloemlezing van uitgezocht. Nog steeds veel!
        Vanaf dat er staatachtige politieke entiteiten bestonden bestaat er volkenrecht. Volkenrecht is net als alle recht geen exacte wetenschap, maar een normatieve. Het groeit mee met wat de mensen van waarde achten in hun onderlinge verhoudingen.
        Vreemdelingen beleden bijvoorbeeld vaak een andere godsdienst en maakten daarmee inbreuk op de heersende (staats)godsdienst die gebaseerd was op het cuius regio, eius religio. Reeds in bijbelboeken als Exodus (22, 20; 23, 9), Leviticus (19, 33-34) en Deuteronomium (10, 19; 24, 17; 27, 19) wordt geboden: Gij moet een vreemdeling niet slecht behandelen en hem het leven niet moeilijk maken, want ge hebt zelf als vreemdeling in Egypte gewoond. Winkel, mijn leermeester, beschrijft de toepassing in Rome van het ius civile door de praetor petegrinus op basis van de fictie si civis esset, als ware hij burger. De eerste grote ontwikkelingen gebeurden tussen de Griekse stadstaten waartussen mensen reisden en handelden. Typisch EU: vrij verkeer van personen, goederen en diensten, modern volkenrecht.
        Van belang voor de beginnende Nederlandse expansie naar Azië (en andere delen van de wereld) waren de pauselijke bullen. In de 16e eeuw waren in Europa alleen Spanje en Portugal als (katholieke) staat van belang. Die edelen voelden zich verantwoordelijk voor de verspreiding van het geloof over de hele wereld. Kostbare expedities, waarvoor ze het geld bij elkaar sprokkelden via de handel. Maar daarbij kwam het uiteraard tot ontmoetingen tussen Spanjaarden en Portugezen, met de daarbij horende concurrentie. Rome greep in, en via diverse pauselijke bullen werd de wereld voor hun reizen in tweeën gedeeld, westelijk voor de Spanjaarden en oostelijk voor de Portugezen. Daarbij werd die verdeling door hunzelf geïnterpreteerd als monopolie. (die grens leidde in de Molukken tot problemen, op 22 april 1529 met het verdrag van Zaragossa minnelijk geschikt).
        De Europese handel in de specerijen, die door Portugal uit de Molukken werden gehaald, was voornamelijk in handen van Hollandse en Zeeuwse handelaren. Maar daar kwam de 80-jarige oorlog tussen, met een Portugees embargo voor handelsschepen uit de republiek. Met als gevolg: we gingen die specerijen zelf halen.
        Portugal verschool zich achter het pauselijk monopolie, maar Hugo de Groot wist dit op meesterlijke wijze te ontkrachten met Mare liberum, het 12e hoofdstuk van zijn De jure praedae. Voor de VOC was Indië geen woest en ledig land, maar een verzameling van staatkundige entiteiten, met onderlinge relaties (en ruzies): volkenrecht. Weer Hugo de Groot: Deze eilanden waarover wij spreken, hebben nu, en hebben altijd gehad hun eigen koningen, hun eigen staat, hun eigen wetten, en hun eigen rechtssystemen. En Van Vollenhoven, kenner van het ‘staatsrecht overzee’: “Wanneer in 1596 het eerste schip met de driekleur aan den mast in den Indischen archipel binnenvalt, is dat land staatsrechtelijk geen ‘woest en ledig’ land. Het is boordevol instituten van volks- en gezagsordening” Deze prachtige volzin heb ik als intro gebruikt bij zowel mijn dissertatie: De VOC als volkenrechtelijke actor, als bij mijn daarop aansluitende studie: Staatkundige ontwikkelingen binnen een koloniale relatie. Die vorsten waren volkenrechtelijke actoren, net als de VOC die namens de Staten-Generaal en de Prins van Oranje in het buitenland waren gemachtigd als volkenrechtelijke actor te handelen.

        • Loekie zegt:

          Nou, als je in een boek bijvoorbeeld deze definitie leest :
          “volkenrecht: rechtsgebied uit gewoonterecht en diverse verdragen waarin universele beginselen van recht zijn gecodificeerd; vooral m.b.t. de staat in zijn juridische betrekkingen tot andere staten en publiekrechtelijke internationale organisaties, die gericht zijn op de samenwerking tussen volkeren en het behoud van vrede.”….

          …. dan zou je het nodige kunnen denken bij dat ‘behoud van de vrede’.

        • Anoniem zegt:

          @ Hugo de Groot wist dit op meesterlijke wijze te ontkrachten met Mare liberum

          # Sneaky. of een innovatieve vondst in de onderlinge afspraken tussen landen grenzend
          aan zee?

          *** De geschiedenis van de Mare Liberum begon in 1603, toen admiraal Jacob van Heemskerck in de Indische wateren het Portugese vrachtschip de ‘Santa Catharina’ kaapte. Deze actie leverde De VOC een enorme buit op: ruim drie miljoen gulden. In de loop van 1604 kreeg de Haagse advocaat Hugo de Groot de opdracht een rechtvaardiging van deze kaping te formuleren. De Groot was toen vermoedelijk lid van de Amsterdamse kamer van de VOC,
          Dat wettigde de agressieve handelspolitiek in de Oost. De VOC had het recht de handel in Indië desnoods met geweld te beschermen tegen de exclusieve aanspraken van de concurrenten Spanje en Portugal. Deze aanspraken vloeiden voort uit de pauselijke Verdeling van de Indien door het Verdrag van Tordesillas uit 1494. Dit verdrag bepaalde de invloedssferen van Spanje en Portugal; de Republiek moest tussen die grootmachten een plaats zien te krijgen.
          https://www.kb.nl/themas/geschiedenis-en-cultuur/nederlandse-geschiedenis/mare-liberum-van-hugo-de-groot

        • Jan A. Somers zegt:

          Uit mijn dissertatie: “Het buit maken van de Santa Catharina is vooral bekend geworden als aanleiding tot het schrijven van De jure praedae. Direct na de fusie van de Oude Compagnie met de Nieuwe Brabantsche Compagnie tot de Verenigde Amsterdamse Compagnie vertrokken op 23 april 1601 de reeds uitgeruste vloten: vijf schepen onder Wolfert Harmensz. gingen naar de Molukken, acht schepen onder Jacob van Heemskerck naar andere plaatsen. Bij de Canarische Eilanden werd in een slag met een Spaanse vloot een schip zo zwaar beschadigd dat het moest terugkeren. Vanwege diverse tegenslagen kwam Van Heemskerck pas in februari 1602 in Bantam aan. Vijf schepen konden direct worden geladen en gingen meteen terug. Met de overblijvende schepen trok Van Heemskerck verder. Overal was er sprake van tegenwerking door de Portugezen die ook de bevolking straften voor samenwerking met de Nederlanders. De vorst van Demak wist negentien opvarenden gevangen te nemen en zeventien opvarenden van de vloot van Van Neck bleken te zijn vermoord. De wraakzucht van de schepelingen werd ook aangewakkerd door de Prinses van Patani en de Koning van Johor, die de aandacht van Van Heemskerck vestigden op de rijk geladen schepen die uit Macao op weg waren naar Malacca. Op 25 februari werd in een kort gevecht een van die schepen, de Santa Catharina overmeesterd. De bemanning en de passagiers werden in Malacca aan wal gezet, de prijs werd naar Bantam gebracht. Het laatste deel van de reis naar Europa stond onder bescherming van door de Amsterdamse admiraliteit uitgezonden schepen in verband met mogelijke aanvallen van de Engelsen die in het kader van hun vredesonderhandelingen het schip best aan Spanje zouden willen uitleveren. Over de verdeling van de prijs ontstond een complex juridisch dispuut waarvan de meeste bescheiden verloren zijn gegaan.” (…) “De actie van Heemskerck vond navolging. Schepen van de eerste vloot van de VOC onder Wijbrandt van Waerwijck hadden door verraad achttien opvarenden verloren en uit wraak werd bij Macao een Portugese kraak buit gemaakt waarmee zij direct terugkeerden naar Europa. De rechtmatigheid van deze prijs werd niet betwist, de bejegening door de Portugezen werd als zo slecht ervaren dat men het hanteren van oorlogsrecht redelijk vond. In de VOC waren velen echter niet gelukkig met deze agressieve ontwikkelingen en verkochten hun aandelen. Anderen, zoals Pieter Lijntgens, zochten mogelijkheden om buiten de VOC om, vanuit Frankrijk, in Indië vreedzaam handel te drijven, waarover later meer. Dit zijn de ontwikkelingen die geleid hebben tot het schrijven van De jure praedae. Als advocaat van de VOC was Hugo de Groot geroepen de oorlogshandelingen tegen de vijanden van de Republiek en het daarmee verbonden prijsrecht een juridische onderbouwing te geven. Hij bleef daarbij niet op het vlak van de casus zelf, het werd oorlogsrecht, volkenrecht.”
          Het probleem met de prijs van de Santa Catharina was dat de vloot van de Verenigde Amsterdamse Compagnie nog geen VOC-vloot was, en de belangrijkste bedoeling van de stichting van de VOC was immers het afbreuk doen aan de vijand (het was tenslotte 80-jarige oorlog). Voor zo’n actie had die vloot van Jacob van Heemskerck dus een kaperbrief moeten hebben, die ze niet hadden. Hugo de Groot had als advocaat niets met de VOC te maken, maar: Hugo de Groot was bevriend met Jan Boreel, beiden trouwden
          een Zeeuws meisje. De vader van Jan, Jacob Boreel, was bewindhebber in de Zeeuwse Kamer van de VOC en via zijn zoon misschien bekend met Hugo de Groot. De verdediging van de kaping (De jure praedae) werd gebaseerd op de afwijzing van de pauselijke bullen als volkenrecht, en daartegenover een stuk nieuw volkenrecht te maken met Mare liberum.

        • Anoniem zegt:

          Maria Reichersberch, zijn vrouw, was niet mooi.
          Maar dan het gaat om het innerlijk.

        • Jan A. Somers zegt:

          Maar wel een vrouw die haar man uit de gevangenis wist te smokkelen!

  2. laniratulangi zegt:

    Heel leuk geschreven…….. Ik ben zogenaamd Indonesische maar wat zegd dat? Er zijn namen in mijn lijstje van voorouders die duiden op afkomst van verschillende werelddelen. So what? Ook ik ben niet jong meer, maar 86 jaren oud en geniet nu van het gemengde culturele erfgoed………It is just ONE WORLD. Let us make the best of it and enjoy multi-culturalism………Lani Ratulangi

    • Ron Geenen zegt:

      That one world has created a rotten period for many of us Indo’s. I divided that world in parts and I choose the part I can be happy. And that is definitely not your idea of the world. I am just 3 years younger than you.

  3. laniratulangi zegt:

    Niet te veel brommen, Broer Ron van Geenen. Kom weer eens naar Indonesie voor een vacantie…..WELKOM BACK ! Lani Ratulangi

    • Ron Geenen zegt:

      First I am not your brother and second there is no “van” in my name.
      How do you think about the following.
      Mijn vader is door japanners en 3 Indonesiers voor maanden lang gemarteld. Hij is daar na op Tanah Abang begraven. Mijn moeder heeft voor haar man een speciale tegel als aandenken bij zijn graf laten inbouwen. Nu is Tanah Abang een museum van graven. Heb persoonlijk aan de directe gevraagd mij de tegel te sturen, zodat ik het bij moeders graf kon plaatsen. Dat kon niet want het is nu het bezit van Indonesie. En ik moet niet “brommen?” Mijn vader is nog steeds een gevangene van uw land.

      • Jan A. Somers zegt:

        ‘Broer’ en ‘zus’ tonen hoe dicht wij als mensen bij elkaar kunnen zijn. Volwassen mensen die ons nabij stonden waren voor ons ook ‘oom’ en ‘tante’. Mijn buurvrouw, een ‘tante’, met een donkerbruine tint, hielp mij in etniciteit te veranderen van belanda kira kira betoel naar belanda indo. En aangesproken als ‘tante’ leek ze bij die ambtenaar dan ook op naaste familie. En mijn zus was naderhand voor de neefjes en nichtjes gewoon tante zus. Ik wist ook niet beter.

        • Ron Geenen zegt:

          @@Broer’ en ‘zus’ tonen hoe dicht wij als mensen bij elkaar kunnen zijn. @@

          Maar ook een gewaarschuwd mens telt voor twee. Ik vertrouw niemand, die zomaar iets naar mij schrijft, en vooral uit een land, waarbij mijn familie in het verleden nogal heeft geleden.

        • Jan A. Somers zegt:

          Wat doet u als iemand u met pak aanspreekt?

        • Ron Geenen zegt:

          Is uw vraag voor een ieder bestemt of richt u zich tot my?
          Mijn persoonlijke mening en dat heb ik al heel lang eens hier op dit net laten weten: Ik houd er niet van. Ben geen Indonesier. En wanneer het gebruik wordt, negeer ik het gewoon. Persoonlijk zal ik het bij niemand gebruiken. Op I4E wordt voornamelijk Nederlands gebruikt en af en toe Engels. Dat zijn de 2 talen van mijn voorkeur. En die gebruik ik zoveel mogelijk met de beleefde voorkeur.
          Dat doe ik ook op andere forums en zeker op mijn websites.

        • van Beek zegt:

          Wat een ongelofelijke verwarrende redenering van uw Ronny Geenen. U gebruikt opzettelijk geen Maleis/Indonesisch omdat het land zogenaamd uw vader die al overleden is gevangen houdt. Waarom gebruikt u eigenlijk dan nog Nederlands? Vergeet niet dat het “verfoeide” Nederland, wat u herhaaldelijk hier post, uw moeder zo slecht heeft behandeld bij aankomst? Is het niet beter om uw discussies voor te zetten in het Engels? Net zoals Boeroeng al terecht aangaf, hou toch op met die wroeging tov Indonesie en Nederland en geniet van uw leven. Verder sluit ik mij aan bij de reacties van Pak Somers, en Ibu Ratulangi

        • RLmertens zegt:

          @RonGeenen; ‘ben geen Indonesiër etc.’- Stel je voor; een inlander? Kijk in de spiegel. Is dat uncle Sam?

      • laniratulangi zegt:

        Nou het allerbeste gewenst in Uw verdere leven MIJNHEER Geenen……en mijn verontschuldigingen voor mijn aanhef van “Broer”. Dag, Lani Ratulangi

        • Hasan Seorang TANI ;-) zegt:

          Ibu Lani, atas nama kekerasan pada Ibu, saya mohon maaf.. mereka tidak akrab dengan kesopanan dan standar serta nilai-nilai(Manado). Lagi mereka tidak mengetahui bahwa Anda turunannya Bpk.Gerungan Saul Samuel Jacob Ratulangi.

  4. Anoniem zegt:

    Wat ik nu interessant vind is als als er alleen handel wordt gedreven gaat alles okay maar als er macht om de deur komt kijkenden geld dan…………..Joty ter kulve

  5. Arthur Olive zegt:

    Unity in Diversity.
    Als er geen financieele benefit is dan wint Diversity.

  6. laniratulangi zegt:

    Hasan Seorang TANI ;-No Problem Pak.
    Het zijn de gewoonten in Indonesia om elkaar, als je elkaar NIET vijandig beschouwd, om de vertrouwelijkheid te behouden. Onze vrijheid van de kolonisatie hebben we GEZAMELIJK als broeders en zusters moeten bereiken. En dat is nu doorgegaan, nu we voor de taak staan voor de opbouw. Dit is natuurlijk niet aan te voelen voor niet Indonesiers, maar enfin ik heb dus een goede les geleerd dat erook nog ANDERS voelende Indo’s zijn, wat begrijpelijk is als men de betroffen persoonlijke ervaringen in acht neemt, voor zover mogelijk.
    Bpk. Hasan Seorang TANI ;-saya kira Anda pasti mengerti Bahasa Belanda dan oleh karena itu saya jelaskan hal2 tsb. diatas. Terima kasih atas info Anda.

    • Jan A. Somers zegt:

      Als je oud bent krijg je in de bus wel eens te horen: gaat u maar zitten opa. (voordeel van een rollatorwandelstok). Als moderne oudere zou je dan kunnen zeggen: ik ben de vader van je moeder niet. Doe ik niet, want het is toch erg aardig! Bovendien zeggen ze ‘u’. Komt steeds minder voor, ook in reclameteksten is het jij en jou.

  7. Bert zegt:

    Nou Nou mw Lani Ratulangi ( eigenlijke voornaam is Everdina Augustina) is de dochter van Dr Sam Ratulangi ,nationale held uit Noord -Sulawesi en in 1961 door Bung Karno benoemd tot nationale held van Indonesia ! Hij koos natuurlijk de kant van Indonesia maar hij had ook goede contacten met de Nederlanders en tijdens de Japanse bezetting ondersteunde hij achtergebleven vrouwen en kinderen van gevangen KNIL militairen ,kijk dat vind ik nou een mooi gebaar ,toen de Nederlanders terugkeerden in 1945 werd Dr Ratulangi door hun enige jaren vastgezet ,waarna hij werd vrijgelaten en een hoge functie kreeg aangeboden .Mw Lani mag best wel trots wezen op zo,n vader ,er zijn volgens mij maar 144 mannen die tot Nationale held van Indonesia zijn benoemd w.o de Molukker Pattimura en de Indo Douwes Dekker .

    • laniratulangi zegt:

      Bedankt MIJNHEER Bert…… (U ziet het, ik heb mijn lesje geleerd…). Ja, ik ben erg trots op mijn vader. Ik heb ook een paar opstellen op WP geplaatst, in het Engels of Indonesisch, over mijn herinneringen aan hem en ook aan mijn moeder. Echter waren deze opstellen meestal gebaseerd op documenten van anderen omdat ik, toen mijn vader overleed nog niet zo “rijp” was om uit eigen ervaring de motivaties van mijn vaders bemoeingen te begrijpen..Anyway, eind goed al goed….. Als mensen lief zijn voor mij dan bedenk ik altijd dat ze eigenlijk voor mijn vader en moeder lief willen zijn en dat ik er nu van kan”genieten. Daaaag, en nogmaals bedankt voor Uw vriendelijke commentaar. Lani Ratulangi. :

      • Bert zegt:

        Ha ha ,nou ik ben geen MIJNHEER hoor Lani ,ben een gewone Indo ,die zeker geen haat koestert jegens het Indonesische volk of het Nederlandse volk ,ja jij gaf een handreiking aan Ron Geenen maar je moet het hem maar niet kwalijk nemen ,Ron Geenen heeft een vreselijke jeugd gehad in Indonesie en Nederland ,zijn haat/wrok zit diep ,kijk als je zijn commentaar over eerdere jaren had gelezen ,had je nooit zo amicaal hem benaderd ,daar kom je nu pas achter ,is niet erg maar er zijn inderdaad Indo,s die nog een grote wrok koesteren jegens het Indonesische volk en trouwens ook ( In Grotere mate ) jegens de Nederlanders .Mijn vader gevraagd hoe hij dacht over Indonesiers ? Hij vond ze een hoogstaand volk maar Nederlanders hij spuwde op ze ( Vond ik totaal niet leuk ) Mw Lani geniet verder van uw leven ! gaat best wel lukken want u bent misschien 86 jaar uw geest en voorkomen lijkt eerder op iemand van 40 ,Pukul Terus en dengan hormat !

  8. laniratulangi zegt:

    Weer een aardige Indo ontmoet hier !……Bung Bert (Oh Pardon) zo spreek ik meestal mijn jongere mannelijke landgenoten aan. Ja hoor laten we de tijd over de resterende pijnlijke gevoelens groeien, ja zoals je hier af en toe niet meer bruikbare “heavy equipment” aan de kant van de straat rustig laat bedekken met klimmend onkruid. Niet meer nodig zeg……DAT is voorbij want dat maakt je leven nog zuurder (bstaat dit woord?) Tidak perlu lagi SAKIT HATI, ya. Groetjes Lani Ratulangi.

  9. Huib zegt:

    @ Ibu Lani Ratulangi
    Deze Indo heeft jaren moeten leven met de verschrikkelijke moordpartijen op onschuldigen, onder meer Indo’s, Indonesiers en Chinezen, tijdens de Bersiap. Dat heeft mijn verdere leven nogal getekend en mijn liefde voor het Indonesische volk niet bepaald doen toenemen. Zeker toen mijn vader net uit het Jappenkamp samen met ruim 40 lotgenoten door peloppors uit het huis werd weg gesleept en met bamboe speren samen met zo’n ruim 40 lotgenoten werd geting-tjangd en in een put gegooid.
    Eind 90-er jaren heb ik toch nog een reis naar mijn geboorteland van zo’n 6 weken gemaakt want mijn vrouw wou dat land ook wel eens leren kennen. Het land was nog steeds duizelingwekkend mooi op vele plaatsen maar de armoe en overbevolking op Java greep ons wel aan. De massaal bedelende jeugd die je bestormde en blij waren met een grijpstuiver.In Bandung en Semarang de begraafplaatsen bezocht waar mijn vader en mijn oom maar ook mijn oma lagen en stil gestaan bij
    het verleden. Als Indo werd ik niet als zodanig herkend ondanks mijn pèsek en mijn bruine huidskleur. Voor Tjina werd ik aangezien. Maar het belette me niet om met name arme moeders met kleine kindertjes af en toe wat toe te stoppen. De dankbare blik in hun donkere ogen vergoede veel. Er wonen zelfs nog twee half-nichten getrouwd met Indonesiers in Bogor en Jakarta die we ook bezochten.
    De tijd heelt vele wonden al ben ik dan als 7-jarige nodeloos mijn vader kwijt geraakt door brute moordenaars. Maar daar kunt U en vele Indonesiers met U natuurlijk totaal niets aan doen.
    Op deze Indo site spreekt men elkaar vaak aan met het Indonesische Ibu en Pak.
    Dus het is niet zo vreemd dat ook U dat doet en U wil ik graag deze hormat bewijzen Ibu.
    Het ga U goed.
    Groetjes Ibu en inderdaad tidak perlu lagi sakit hati dari sini.
    Pak Huib

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.