Gemengde compagnie van het KNIL, bestaande uit Javanen, Menadonezen en Ambonezen in 1939.
Tijdens de bezetting van Nederlands-Indië door Japan (1942-1945) ontstonden diverse verzetsgroepen die, verspreid over de gehele archipel, zeer actief waren. Deze weerstand tegen de Japanse bezetter in de Oost is vaak onderbelicht gebleven: daar waar namen als die van kapitein Reinder Gebbinus de Lange gevoelens van diep respect zouden moeten oproepen kent in werkelijkheid vrijwel niemand zijn naam nog. Ook de rol van Molukkers in het verzet is relatief onbekend gebleven. Molukkers werden vanaf het begin van de bezetting van Nederlands-Indië door Japan onderdrukt en de rechten ontnomen. Zij traden dan ook relatief vaak toe tot het verzet en dit kostte aan velen van hen het leven.
De Nederlandse Krijgsmacht
Opgevangen in Andijvielucht: Toen de Birma-Thailandspoorweg in oktober 1943 gereed was, werd een deel van de dwangarbeiders belast met het onderhoud ervan. Vanwege de bombardementen die de Amerikanen uitvoerden vanaf het najaar van 1944 werd dit werk levensgevaarlijk. Tegelijkertijd boden alle consternatie en chaos een groep van 28 Molukse KNIL-militairen de gelegenheid om op 11 november 1944 het werkkamp in Bangkok te ontvluchten.





















































Dag meneer Somers, ach ja … ’t is alsof je aan een Zeeuw vraagt hoe laat of het is: ‘net zo litte as histern om deezn tied’. 😉
De Keiese KNIL’ers in Nederland en hun nazaten zijn -en naar mijn mening terecht- beledigd en raken geïrriteerd als men ze met @Ambonezen (Zd Molukkers)@ aanduidt. een Soedanees atau Madoerees laat zich ook niet zomaar Javaan noemen, dacht ik. Zelfs RMS is binnen de Keiese gemeenschap in Nederland in negatieve zin een beladen onderwerp; ook voor de moslimse KNIl’ers en hun nazaten overigens.
Maar Pak Surya Atmadja heeft wel gelijk waar hij stelt: @Pak Surya Atmadja zegt: 10 juni 2016 om 21:49 Tegenwoordig spreekt men in diverse artikelen in Indonesische bronnen over de Ambonese MITOS , de mythe over de rol van de Ambonezen (Zd Molukkers) in de KNIL@
De Orang Lease, in administratieve zin den Amboneesch voelde zich van nature niet aangetrokken tot het KNIL(Europeanen, Javanen, Soendanezen, Menadonezen, Ambonezen, Leasers, Timorezen, Keiezen, Babarezen, Surinamers dll). Ze konden eigenlijk net zo goed marchanderen als de Bantammers en ruilden net zo makkelijk de Portugezen in, voor de Hollanders en Zeeuwen. Alsook de Islam voor het Christendom en even pragmatisch het Katholicisme voor het Protestantisme.
Pak Surya Atmadja heeft het hierboven al enigszins aangegeven, na de ‘gematige’ Engelse overheersing werd de hernieuwde Hollandse strengheid niet zonder slag of stoot geaccepteerd. Meer hierover zie o.a.:
http://85.158.251.41/wps/portal/muma/!ut/p/c0/04_SB8K8xLLM9MSSzPy8xBz9CP0os3gTL09fCxNDMwN3Pz8DA0cDEz9j0wAvI89AU_2CbEdFAECgRDI!/
De opstandige Thomas Matulessy (Pattimura) had weliswaar in het Engelse leger gediend, maar zo Hollander-gezind waren de Orang Lease dus niet. Sterker, als ‘Amboneesche soldaat’ kreeg je juist vanuit je eigen Ambonsche omgeving het negatieve etiket opgeplakt van ‘laskaar compania’. Overigens was de Lease aanduiding voor den Hollander, die van ‘babi poeti’ (wit varken).
Waarom dan toch de ‘andjing belanda’ ?
In den beginne bestond het KNIl voor het merendeel uit Europeanen en Javanen. De adminstratieve Amboneeschen waren echter gewilde soldaten voor de Company niet alleen vanwege hun krijgshaftigheid, maar ook omdat ze net als de Menadonezen Christenen waren en als zodanig voor de Nederlanders een tegenwicht vormden voor de overwegend Javaans-moslimse inheemsen. Er waren ook Soendanese KNIL’ers, maar in verhouding tot de Javanen 1:9 !
En iedere bevolkingsgroep had zo zijn eigen specialisme. Javanen konden goed paardrijden; Menadonezen konden beter tegen drank dan anderen, enzo meer . . . 😉
Maar in dit te vormen tegenwicht, ligt ook de reden waarom de Amboneeschen met een ‘dubbele’ beloning a.h.w. werden omgekocht om bij het KNIL te dienen. Het christen-zijn en de dubbele beloning werkten ‘statusverhogend’. Zeg daar maar eens ‘nee’ tegen. Ja, achteraf is altijd makkelijk l*llen!
De privileges werden later zelfs nog uitgebreid. Maar eerst werden kamponghoofden betaald voor iedere jonge Ambonees die ze wisten ‘over te halen’ om voor het KNIL te tekenen. Er moesten echter nog veel meer Ambonesen soldaat worden. Daarom werden de beloningen hoger; en als variatie op ‘geef ze brood ende spelen’, kwamen er op Java speciale scholen voor de kinderen van Ambonese soldaten; en als klap op de vuurpijl kregen Ambonese soldaten ‘schoenen’, terwijl de andere inheemsen nog steeds ‘blootsvoets’ hun pad moesten vinden.
Ik ga nu niet smijten met een term als ‘verdeel en heers’, want Atjeh (1873-1914) moest worden gepacificeerd. In 1879 was de behoefte aan Ambonese soldaten zo groot, dat het criterium ‘christen-zijn’ kwam te vervallen. Nu konden ook Ambonese niet-christenen zich makkelijker bij het KNIL aansluiten.
Anak Ambon gagah berani (een Ambonees heeft lef en moed)
Anak Ambon b’rani di moeka (een Ambonees durft voorop in de strijd)
Toeroet hati orang serani (zijn Christenhart volgend)
Ta takoet mati atau loeka (niet bang om dood te gaan of gewond te raken)
De pacificatie van Atjeh werd uiteindelijk voor een belangrijk deel bewerkstelligd door de ‘maresosee’, die daarmee haar zwaar bevochten ‘reputatie’(!) vestigde. Er was bij het inheemse contingent van het KNIL overigens groot respect voor de Atjehse strijders.
Aan Ambonese zijde is de aanwezigheid van dominee J. Thenu van wezenlijk belang geweest.
Bijzonder was het om later op I4E van Pak Pierre de la Croix te vernemen, dat hij aan het eind van de 50-er, begin 60-er jaren (v.d.v.e.) met een kleinzoon van Ds. Thenu de wereldzeeën heeft bevaren.
Schrijven over de heldendaden van den Ambonees, ook voor propaganda doeleinden uiteraard, koppelde hem als ‘gepriviligeerde inheemse’ onlosmakelijk als ‘andjing belanda’ aan de zijde van de ‘babi poeti’.
In het licht van het vorengaande moet het mutatis mutandis niet al te moeilijk zijn het stempel ‘Andjing NICA’*** te beredeneren.
***Netherlands Indies Civil Administration
e.m.
Weer wat geleerd op mijn oude dag. Met mijn meisje blijf ik worstelen en kom steeds verder boven. Inderdaad liet mijn oma zich niet uitschelden voor ‘javaan’. Eerlijk gezegd kende ik als klein jongetje in die tijd de etnische rijkdom van Indië niet.
Die kleinzoon zou Anton Thenu (aangetrouwde neef)zijn die in Alberta (Canada)woont.
Zijn vader(oom Guus)was de getuige op ons huwelijk.Jongste broer van Anton (Theo)woont aan de overkant van waar ik woon.Hoe klein is de wereld toch?Wie kent de verhalen niet van “de soldaten dominee Thenu” nog?
’t Is een gevleugelde gezegde vanaf 1927 .
”KALAU OM AMBON DATANG, AMAN”
Hierbij moet ik wel zeggen,dat de Nederlandse troepen [[KL.]
in mijn omgeving ,vaak de donkere Knil soldaten
voor Ambonezen aanzagen.
Dat dan met veel gemor en gefluit werd ontvangen.
siBo
Wat ik hier nou zo mooi vind is dat in die tijd moeiteloos alle Alfoeren/Molukkers Ambonezen waren. Moet je niet proberen een Scheveninger te vertellen dat hij/zij een Hagenees is. En het subtiele verschil tussen Delftenaar (zoals ik) en Delvenees (zoals mij buurman). En voor de liefhebber: In de VOC-tijd was er onderscheid tussen de Molukken, de Ambonse Archipel, de Banda-eilanden en de Aroe- en Kei-eilanden.
Onze Sudarah Malukku waren ” door d’eeuwen Trouw” aan het Nl gezag.Wat niet wil zeggen dat er ook Molukkers de nieuwe R.I.meer zagen zitten.Lees voor u (pagina 251) in Bussemaker’s “Bersiap! Opstand in het paradijs” ; (letterlijke tekst) ” In en rond de Sociteitsstraat en het hoofdpostkantoor(van Soerabaja,mijn woorden) waren de PRI Maloekoe,de PRI Poesat,PRI Kalimantan,PRI Tengah, de TKR,de BPRI, de studenten van de Barisan Pelajar en Pasoekan L in gevecht”
Tegenwoordig spreekt men in diverse artikelen in Indonesische bronnen over de Ambonese MITOS , de mythe over de rol van de Ambonezen (Zd Molukkers) in de KNIL
Wel werd erkend dat ze naast de Nederlanders /Menadonezen vaker in de voorste linies werd ingezet.
Een voorbeeld is de legendarische Kapitan Jonker , eigenlijk heet hij Achmad , een zoon van een Sangaji ( regent) .
Hij was voor de Europeanen een “Jonkhee”r ( zoon van een “bangsawan”=edelman ) die in dienst kwam bij de VOC in 1655.
Hij kreeg ook een stuk grond in Noord Jakarta , met de naam Pejongkoran.
Een andere bekende Ambonees/Zd Molukker was Pattimura .volgens Molukse bronnen was hij ook een Moslim.
In het Westen/Nederland vergeet velen dat veel van de Noord/Zuid Molukkers al eeuwenlangnder de invloedssfeer van Islam zat .
Zie Sultanaat Tidore/Ternate.
In Batavia heb je vroeger Kampung Pejambon ( Penjaga Ambon) waar vele Ambonese Nasrani=Christenen de taak kregen om een brug van de Tjiliwung rivier te bewaken.
Locatie wijk Gambir(Weltevreden).
Een andere Ambonese kampung is Kampung Ambon, in de buurt van Rawamangun ( Batavia Oost).
Vroeger heb je diverse kampungs, zoals Kampung Melayu ( daar wonen Melayu mensen), Kampung Bali , Kampung Tambora ,Kampung Banda (Bandanezen) etc.
Vroeger en nu dit’
https://www.youtube.com/watch?v=8x6u-jAGozo
siBo
“Pattimura” Dat was toch sergeant-majoor Thomas Matoelesia, afkomstig van Saparoea?
Ik mis ook het verhaal over de Molukse knillers te Java. Velen werden niet geïnterneerd, maar ze moesten wel overleven. Hoe verdienden ze hun kostje voor vrouw en kinderen . Konden ze in tangsi blijven wonen of werden die opgeheven door de Jappen.
In augustus 1945 stonden Molukkers ineens op wacht bij de ingang van enkele jappenkampen. Met uniform , met wapens. Men moest in die 40 maanden in contact gebleven zijn met elkaar. Ook met onderofficieren en sergeants die opdracht gaven (?) op wacht te gaan staan.
Vele geïnterneerden zijn nog dankbaar voor hun bescherming uit die periode.
Het verhaal hoor je wel in Indische kringen? Maar boeken, artikelen, films ? Waar toch ?
Ligt het ook niet aan de Molukkers zelf dat ze niet veel spraken over hun oorlogstijd en public in Nederland. Wellicht in eigen kring.
Kom 2e en 3e generatie Maluku…. maak die boeken, artikelen en films.
https://www.youtube.com/watch?v=GtR1PW0KOPo
In Bieb/Museum ”Bronbeek” moet het verhaal aanwezig zijn
over deze periode te Batavia,waar de Nederlandse [Totoks)
dames de Engelse commandant verzochten om de Ambonese
Kampverdedigers niet te deporteren, daar deze mensen [Bruin]de
enigen waren die ”Blanken” in bescherming namen.
[woorden van gelijke strekking]
Bronbeek heeft een ware schat aan verhalen uit deze tijd,maar tja
het strookt niet met het beleidsschema.
siBo
“stonden Molukkers ineens op wacht bij de ingang van enkele jappenkampen.” “verzochten om de Ambonese Kampverdedigers niet te deporteren” Na mijn evacuatie uit Soerabaja was ik tussen 12 november en ca. 26 november 1945 even in Batavia. Voor het Rode Kruis was ik ingeschakeld bij het provianderen van de vrouwenkampen. Bij ons in de vrachtauto reed altijd een Ambonese KNILler mee, met een Lee Enfield. De beschermers van die kampen waren ook Ambonezen, maar die zag je overdag nauwelijks. Ik weet niet waar die Ambonezen vandaan kwamen. Behoorden zij tot de KNIL-eenheden, samengesteld in de krijgsgevangenkampen, die door Sir Philip Christison op 29 september waren toegevoegd aan het bataljon Seaforth Highlanders? Of waren het mensen die zelfstandig uit die kampen waren vertrokken? Maar een paar dagen later landde nog een deel van een Brits-Indische brigade samen met weer enkele kleine KNIL-onderdelen. Wat ik wel heb begrepen is dat de KNIL-eenheden uit Australië voor het merendeel werden ingezet in de latere Malino-gebieden.
Hier moet ,het [nog steeds onder de noemer Knil-Museum]
Museum Bronbeek inspringen.
Er is en dat weet ik pertinent ,veel vraag/belangstelling naar deze
Knil militairen.
Denk maar aan de oprichting van 5e Bataljon Infanterie,
meer bekend als de ”ANDJING NICA” .
In expositie Museum Bronbeek aangeduid als het 22 Bataljon.
en nog meer van die stomme artikelen.!!
Maar het Japans expansie tot de millimeter nauwkeurig,
wel met weglaten van hun militaire misdaden.
En tot grote vreugde,door Nederlandse Hoge militairen
deze expositie aanbevolen en aangeprezen in de Organisatie.
SCHANDE
siBo
Zwarte Hollanders. Afrikaanse soldaten in Nederlands-Indië Ineke van Kessel
KIT Publishers Mauritskade 63 Postbus 95001 1090 HA Amsterdam E-mail: publishers@kit.nl
Dit boek kwam tot stand met steun van Stichting Het Gebaar, de SFMO (Stichting Fondsenwerving Militaire Oorlogs- en Dienstplichtslachtoffers en Aanverwante Doelen) en het Fonds voor Bijzondere Journalistieke Projecten
Merci Surya Atmadja. Het boek is online te lezen en te downloaden.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Orang_Blanda_Itam
Het doet er niet toe hoeveel % Ambinnees was. Het “locale” leger bestond voornamelijk uit Javanen. Kijk maar eens in de Aceh boeken.
Cap
.Voor de belangstellenden.
illustratie
http://www.dbnl.org/tekst/_ind004200401_01/_ind004200401_01_0008.php
siBo
Ik mis in het verhaal van Fred Lanzing de Europese soldaten die in Indië dienst namen en het verhaal van de Ghanese recruten. Dat waren slaven die men kocht .
De KNIL bestaat uit omgeveer 60% Javanen en Soendanesen, 15 % Menadonesen,20% Ambonesen en Timoresen en 5% Indo’s en Nederlanders.Eigenaardig dat de Nederlandeers geen BATAKS( Christenen) hadden gebruikt).Er was een KNIL ,peleton onder een Menadonees Sergeant di in Midden Celebes tot 1945 de een geurila oorlog tegen de Jappaners hadden gevoert.
Cijfers over KNIL ca 1941.
Uitstekend cijfermateriaal.Kende het niet.Het percentage Ambonnezen was toch wat lager, en van de Indo’s(verwacht)veel hoger dan de aangehaalde 5%(!).Wist niet dat Huib Deetman(neef)aan artikel had meegewerkt.
Eigenaardig dat de Nederlanders geen BATAKS( Christenen) hadden gebruikt).
Zie Gonggryp blz.750 Werving pt. c
In 1929 werd een bij wijze van een proef een
beperkt aantal Batakkers aangenomen.
[ in 1923 wegens gebleken ongeschiktheid was
de werving voor dezen landaard gesloten ]
siBo
“5% Indo’s en Nederlanders.” Volgens mij toch veel meer? En een Indo generaal/opperbevelhebber. En wat is het verschil tussen Nederlanders en Indo’s? Ik wist overigens niet dat men wist hoeveel Indo’s er in het KNIL zaten. Een met welke criteria werd je dan onder het kopje ‘Indo’ neergezet? Volgens mij bestonden er vóór de oorlog geen Indo’s. Maar wie ben ik?
@Maar wie ben ik?@
— Protos metaxy ison !!!
Indo-Europees Verbond opgericht 1919
zie Indisch4ever dd.13 Juli 2009
siBo
Ja, een goed verhaal. Die DD is een heel ver aangetrouwd familielid, regelmatig nog een reünie samen met ‘mijn’ Versteegh. Maar die Indo (van o.a. het IEV) komt volgens mij niet in de statistieken voor. Een groot aantal jaren geleden heb ik nog een afschrift gehaald bij de gemeente Surabaya, en het doopregister in Surabaya. Afgezien van mijn naam lijkt niets op ‘Europeaan’ of ‘Indo-Europeaan’. Ook in de gemeentelijke basisadministratie in Delft (en ID-kaart) staat alleen ‘Nederlandse nationaliteit’ en geboorteplaats Soerabaja. Geboorteland hoefde ik niet in te vullen, ‘Nederlandsch-Indië’ kwam niet voor in het computermenu. Probleem opgelost. Maar waar ben ik nou voor licht getint en platte neus geturfd?
“Numerically by far the most important group of Indo-Dutch persons is group (a): those who experienced as ‘Dutchmen’ the Japanese occupation of the Dutch East Indies. Suitable statistical data on this population by age and sex are most recently available from the census of 1930. Therefore, the demographic reconstruction of the Indo-Dutch population starts in 1930. For all four categories the demographic development is decribed in detail, making use of simplifying assumptions wherever direct statistical data are lacking.”
Klik om toegang te krijgen tot nidi-report-64.pdf
.##Een met welke criteria werd je dan onder het kopje ‘Indo’ neergezet?
Volgens mij bestonden er vóór de oorlog geen Indo’s. Maar wie ben ik?##
Op de 17e juni 1919 verscheen als een verlossend woord in het Nieuws van den Dag voor Nederlands-Indi, een vlammend artikel van de hand van de redacteur, de heer Van LOON een geboren en getogen Hollander , waarin werd gepleit voor de oprichting van een economisch krachtige bond van Indos, wilde deze groep van ingezetenen niet ten onder gaan.
De zucht tot zelfbehoud doet de zwakkere Indo zich
klemmen aan de sterkere Nederlander,
want iedere Indo kent uit eigen ervaring en aanschouwing,
dat het zich laten gaan in andere richting,
betekent het terugzinken tot de zelfkant der Europese samenleving,
welke slechts aanknopingspunt vindt in de kampong.
Krachtens artikel 2 der Statuten stelde het I.E.V. zich ten doel de bevordering van de morele, sociale, intellectuele en economische ontwikkeling van
ALLE Indo-Europeanen in Nederlandsch-Indi, dus ook van de NIET bij het Verbond aangeslotenen,
terwijl in artikel 3 werd omschreven hetgeen onder
Indo-Europeaan diende te worden verstaan.
siBo