Nederlands-Indië en de Eerste Wereldoorlog

indischhistorisch_logoindischhistorisch:
De onrust kende een bijna hysterisch moment in de eerste oorlogsdagen. Door geruchten verspreid in de kranten Java Bode, Preanger Bode en De Locomotief dachten velen dat er 15 Japanse schepen lagen in de Wijnkoopsbaai in het zuiden van West-Java. Uit onderzoek op last van de resident van Soekaboemi bleek er totaal geen sprake van zo’n Japanse aanwezigheid. 20)
Dat er een gevoel van oorlog heerste uitte zich in de eerste dagen door het massaal hamsteren van eten en andere eerste levensbehoeften. Ingeblikt voedsel was snel uitverkocht of slechts tegen hoge prijzen te koop. Toen het besef was doorgedrongen dat de kolonie niet direct in gevaar was, ebde de paniek snel weg

Dit bericht werd geplaatst in diversen. Bookmark de permalink .

1 Response to Nederlands-Indië en de Eerste Wereldoorlog

  1. Jan A. Somers schreef:

    Het massale bloedvergieten en de verwoestingen van de eerste wereldoorlog waren aan Nederland voorbijgegaan, maar hadden toch een diepe indruk gemaakt. De vele vluchtelingen gaven een blik op het leed direct over de grenzen. De Nederlandse overheid was genoodzaakt diep in te grijpen in de economie, maar ook in het dagelijks leven. De schaarste en de armoede, en tegen de borst stuitende oorlogswinsten, leidden tot onlusten. In Indië was er eveneens onbehagen ondanks de installatie van de Volksraad op 18 mei 1918 en de inrichting van democratisch bestuurde provincies.
    De politieke gebeurtenissen in Nederland van november 1918 waren al snel doorgetelegrafeerd en gouverneur-generaal Van Limburg Stirum begreep dat ook in Indië wat werd verwacht. Op 18 november 1918 legde de regeringsgemachtigde voor algemene zaken Talma in de Volksraad een verklaring af waarbij ingrijpende hervormingen in het staatsbestuur van Nederlands-Indië in het vooruitzicht werden gesteld, de zogenaamde novemberbeloften van de gouverneur-generaal. Op 17 december werd de Commissie tot herziening van de Staatsinrichting van Nederlandsch-Indië ingesteld; in zijn installatierede op 28 december sprak Van Limburg Stirum in die commissie over ‘De evolutie op staatkundig gebied die zich elders voltrok ook hier te lande den wil versterkte om staatkundige verhoudingen aan te passen aan gewijzigde omstandigheden.’ Het is dan een jaar na de Russische revolutie, een paar maanden na de Duitse nederlaag en de roerige novembermaand ligt nog vers in het geheugen. Maar hij sprak ook over ‘feitelijke verschuivingen anderzijds in de organisatie van het Indisch staatswezen door de ontplooiing van den Volksraad veroorzaakt, (…) de meest gewenschte orde van zaken, zij die hier leven en werken, (…), zij zijn geroepen daaraan uiting en vorm te geven’.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *