Moedig,Stilgezwegen & Onbesproken

15 augustus N-I Herdenking (Moedig,Stilgezwegen & Onbesproken)

door Darah Ketiga

dklogoIn aanloop op dr Herdenking op 15 augustus hierbij een aantal persoonlijke verhalen van wat er in die periode voor, tijdens en na de Japanse Bezetting en Bersiap gebeurde: verhalen van Indische Nederlanders die vol hoop en moed vol bleven houden. Door dit topic hopen wij dat de mensen die we op 15 augustus herdenken een gezicht krijgen en jullie kunnen voorstellen wat zij hebben doorstaan. Ons verleden maakt ons heden, dus sta even stil met respect bij deze verhalen.

Er zullen drie edities komen deze aankomende maand voor 15 augustus met allemaal een ander thema. Het eerste thema is Moedig.

Moedig, naast de duizenden militairen in Nederlands-Indi waren er nog eens miljoenen burgers. Zij waren ongewapend, hadden geen militaire training en waren dus vaak het kwetsbaarst tijdens de Japanse bezetting en de Bersiap-periode. Er zijn meer burgers omgekomen tijdens deze periode dan militairen. Vaak wordt de strijd in Indi gezien vanuit een militair oogpunt, wij willen met deze mail ook even stilstaan bij de burgers zoals jij en ik.
De Indische Nederlanders waren een doelwit; eerst voor de Japanse bezetter, daarna voor de nationalistische Indonesische groepen. Met gevaar voor eigen leven hebben Indische Nederlanders, burgers, zich aangemeld voor militaire taken of besloten spontaan tot acties van verzet over te gaan om hun aanvallers het moeilijk te maken. Hieronder een aantal voorbeelden van de honderden moedige acties.

Naam:Rene Hermanus
Geboren: onbekend
Burger: Indisch Jongerenverzet Batavia 1944- kamp Glodok 1945.
Onderscheiding: geen

Een opvallend voorbeeld van ‘Indisch verzet’ deed zich voor in 1944. De Indische Nederlanders, ook wel Indo-Europeanen of kortweg Indo’s genoemd, werden steeds meer onder druk gezet door Japanse organisaties als Djawa Hokukai, als door mede-Indo’s (NS als v.d. Eeckhout van de Pagi-groep en Dahler van het KOP: Kantor Oeroesan Peranak.: ze moesten de Japans-Indonesische kant te kiezen. In september 1944 werden de Indische jongemannen in Batavia opgeroepen om zich te laten registreren. Maar ‘registratie’ bleek niet het enige doel van de oproep. Japans gezinde Indo’s eisten dat de jongeren zich bereid zouden verklaren om voor ‘Nippon en het Indonesische volk’ te werken en te strijden (Nippon is Japan).
Vijftig Indische jongeren (14-18 jaar) onder aanvoering van de Indische jongen Rene Hermanus weigerden. Zo’n verklaring zou hen, naar hun overtuiging, tot collaborateurs en landverraders maken. De weigeraars werden prompt genoteerd als ‘anti’s’. Twee weken later werden ze opgepakt, om uiteindelijk gevangen te worden gezet in Glodok, een oud gebouwencomplex in Batavia.
Vele honderden anderen zijn met de razzia’s in april en september 1944, en in januari en februari 1945 opgepakt en ter werk gesteld op verschillende plantages en strafkolonies onder Japanse en Indonesische bewaking.

De omstandigheden waren daar doorgaans veel ongunstiger dan in de gezinskolonies als Kesilir, vooral als gevolg van ontoereikende organisatie.

Naam: Jacobus Lambertus (Jack) de Boer
Overleden: 5 september 1993
Burger: spontaan aangemeld als Reserve-kapitein bij het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger
Onderscheiding: geen

Op 10 november 1945 vind in de Werfstraatgevangenis in Soerabaja in voormalig Nederlands-Indi, een spectaculaire bevrijdingsactie plaats. Een aanvoerder in een Engels uniform en tien Britse Gurkha soldaten, redden in die vroege ochtend, 2384 onschuldige en ten dode opgeschreven Nederlanders. Opgehitste Indonesirs dreigden hen in de Werfstraat-gevangenis te doden. De gevangenis werd door 200 Pemoeda bewaakt. Echter met n tank en enkele Britse soldaten wist Jack deze bewakers uit te schakelen. Jack de Boer was werkzaam bij de Bataafsche Petroleum Maatschappij. De oprukkende Engelse bevrijdingsmacht hadden echter behoefte aan een Engelstalige gids die hun door het vijandige Soerabaja kon leiden. Jack meldde zich hier vrijwillig voor aan.

Naam: Frans Paul Willem van Nouhuys
Geboren: Tandjong Pinang, Riouw, 16 mei 1905
Burger: Assistent-resident voor Zuid-Kedoe
Onderscheiding: Ridder der 4de klasse der Militaire Willems-Orde (Ridder)

In de nacht van 16 op 17 januari 1949 werd de politiekazerne te Poerworedjo aangevallen door een bende van 100 gewapende rondtrekkende Javanen. Op de moment waren slechts acht politieagenten ter bewaking van de kazerne aanwezig. Door automatisch vuur van de plunderaars werden de twee leidinggevende politie Inspecteurs dodelijk verwond. Omstreeks 1 uur ’s nachts kreeg van Nouhuys het bericht dat er geen leidinggevende was. Nouhuys heeft daarna direct met slechts enkel een chauffeur zich naar de politiekazerne gereden en is door de vijandelijke menigte en bestookt door vijandelijk geweervuur de kazerne binnengereden om de leiding van de verdediging op zich te kunnen nemen. Vervolgens door zijn leiding en raad hebben de overige paar politieagenten zich staande weten te houden tegenover een overmacht van plunderaars die hen constant bestookte met militaire wapens. Hierop met zeer beperkte munitie stand weten te houden totdat rond half vier ’s morgens KNIL-troepen ter ondersteuning kwamen toegesneld. Hierop vluchtte de bende plunderaars. Door Nouhuys leiding en invloed op zijn medestrijders weigerde zij zich over te geven aan de vijand en wisten zij de moed erin te houden om elke stormaanval van de plunderaars af te weren en de kazerne te behouden.

Stilgezwegen, in Nederland heerst het beeld dat het Koninklijk Nederlandse Indisch Leger (KNIL) bestond uit een stel Nederlandse officieren die een groep Indische en Molukse soldaten bevel gaven om de Indonesische bevolking te onderdrukken en het koloniaal systeem te hanteren. Dit beeld is onterecht. De waarheid is echter altijd stilgezwegen. Hier een aantal feiten over de soldaten en officieren van het KNIL:

-40% was inheems van Java
-18% was Indisch/Indo-europees
-15% was Menadonees
-12% was Ambonees (zuid-Moluks)
-4,7% Soendanees
-3,8% Timorezen
-0,6% Batakkers
-0,3% Madoerezen
-0,3% Boeginezen
-0,2% Atjehers

-39.030 Europese en inheemse onderofficieren/soldaten:

-16.100 inheemse reservisten
-4.700 inheemse oud-militairen
-6.600 inheemse vrijwilligers
-27.500 stads- en landwachten
-2.200 vrijwilligers
-21.300 Europese dienstplichtigen

Ondanks dat het koloniaal systeem was verloren en het Nederlands bestuur was verdreven bleven enkele duizenden Indonesische KNIL-soldaten / Politieagenten hun vrienden, belofte en de Koningin trouw. Hieronder volgen een aantal voorbeelden van deze eervolle Indonesische KNIL-soldaten en politieagenten die zich bleven verzetten tegen de Japanse overmacht of hun mede Indonesirs.

Naam: Kemis Bin Panoe
Geboren: Tapos-Tjibinong, Buitenzorg, 1921
Rang: Korporaal der Infanterie van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger
Onderscheiding: geen

Op 3 oktober 1946 nabij Tjampea (west-Buitenzorg) werd het Nederlandse vrachtwagentransport waar Kemis meereed overvallen door geweervuur van een bende Javaanse plunderaars. Hoewel alle andere inzittende uit de auto wegvluchtte, bleef Kemis samen met een KNIL-soldaat in de auto om zich te verzetten. Zij laden eigenhandig een coltmitrailleur uit en begonnen onmiddellijk terug te schieten. Ondanks dat zijn helper werd geraakt en de mitrailleurmunitie op was heeft Kemis zich vervolgens verzet door alle aanwezige munitie vervolgens met een handpistool te lossen. Hierbij raakte hij zelf verwond door vijandelijk vuur. Volgens getuigen heeft hij zich ondanks zijn verwondingen blijven verzetten tegen de vijand en heeft zich wederom zonder bedenkingen in de strijd geworpen toen toegesnelde hulptroepen een tegenaanval opende op de vijand.

Naam: Kalid bin Sastrooetomo
Geboren: Java, onbekend
Rang: Politieagent eerste klasse
Onderscheiding: geen

Op 3 september 1948 lag zijn politieafdeling van enkele Nederlandse agenten te Karangmontjol in een verdedigende opstelling tegenover een 200 man sterke Indonesische T.N.I. militaire eenheid die vanuit naburige desa Bodjongsari optrok. In afwachting van Nederlandse militaire hulp uit de kazerne te Poerbalingga namen de agenten stelling in om zich tegen de Javaanse militairen te verzetten. Door hun inzet en felheid slaagde de agenten erin om een deel van de militairen te laten terugtrekken naar de open sawah buiten Bodjongsari. Daarop besloot een groep van vier man, onder leiding van Kalid, een stormaanval te openen op deze militairen waarbij zij wapens en munitie van de vijand buit maakte en zware schade aan wisten te richten.

Naam: Wilhelmus Polii
Geboren: Manado, Sulawesi, onbekend
Rang: Menadonese Soldaat der 1e klasse der Infanterie van het KNIL.
Onderscheiding: geen

Op 16 November 1948 tijdens een doorzoekingactie slechts samen met een soldaat 2e klasse, bij kampong Margasari (Midden-Java) zich verzet tegen een bende van zes plunderaars, waaronder twee Japanse deserteurs, die zich in een verstevigde en bewapende bunker hadden verstopt.
Polii nam de beslissing om alleen de bunker binnen te gaan om de bende leden uit te schakelen.
Dit gebeurd in totale duisternis en onder rook van granaten, geweervuur. Tot tweemaal toe kwam Polii onder dekking van zijn medesoldaat naar buiten om zijn geweer te herladen en vervolgens weer naar binnen te gaan. Hierbij maakte hij een geweer van een van de vijanden buit. Vervolgens is Polii tijdens zijn acties in beide onderarmen door kogels geraakt maar wist toch zijn eigen Owen-gun in veiligheid te stellen voor de vijand. Vanwege zijn standhouding kon de vijand niet vluchten en konden zij later door toegesnelde hulptroepen alsnog worden uitgeschakeld waardoor men weer veilig door de omgeving zich kon verplaatsen.

Derde deel en laatste deel voor 15 augustus Indi Herdenking

Op dit derde en laatste bericht in de aanloop van de Indi Herdenking op 15 augustus wil ik even stilstaan bij het volgende:

Onbesproken, Op Nederlandse scholen wordt slecht een paar bladzijden in het geschiedenisboek besteed aan de strijd in Nederlands-Indi. De Duitse bezetting, die al na enkele dagen weerstand van het Nederlands leger was gerealiseerd, krijgt alle aandacht. De strijd van de KNIL-militairen, soms zelfs jaren nadat het Nederlands bestuur was verdreven, wordt nauwelijks belicht. Hieronder enkele voorbeelden van de honderden Indische militairen die na de Japanse bezetting met hun collega-soldaten, soms tegen bevel van hun officieren, na overgave van het Nederlands bestuur bleven doorvechten om zich tegen Japanse overmacht of optrekkende Indonesische groepen te verzetten.

Naam:Jan Marie Lodewijk Ignatius Chmpff
Geboren: Ngliran, 21 december 1904
Overleden: Op een vlot door uitputting in de zeestraat van Bandoeng,24 februari 1942
Rang: Luitenant ter zee der eerste klasse
Onderscheiding: Ridder der 4de klasse der Militaire Willems-Orde (Ridder)

Zich tegen een overmacht van Japanse marineschepen verzet op 19 en 20 februari 1942 in de zeestraat van Lombok. Als commandant van de torpedojager ?Piet Hein? zware schade aangericht aan vijandelijke zware kruisers voordat hij met zijn schip ten onderging. Weigerde zich over te geven aan de Japanse Marine. Door zijn weerstand kregen militairen aan land de tijd om o.a. de olieraffinaderijen en andere economische en strategische punten te saboteren zodat zij niet in Japanse handen vielen.

Naam: Giovanni Narcis, Hakkenberg
Geboren: Soerabaja, 6 december 1923
Rang: Korporaal der Mariniers
Onderscheiding: Ridder der 3de klasse der Militaire Willems-Orde (Ridder)

Op 17-jarige leeftijd meldt Hakkenberg zich met een broer en een aantal neven in Nederlands-Indi aan bij de Nederlandse Marine om in Europa tegen de Duitsers te gaan vechten. Het is dan 1941, in Indi is nog geen oorlog. Na hun opleiding waren deze elf jongens nodig in eigen land, de dreiging van de Jappen is te groot geworden. Aan boord van HR MS Kortenaer gaat hij op 27 februari 1942 naar de Java zee. De Kortenaer wordt getorpedeerd en zinkt binnen een paar minuten. Hakkenberg heeft een zwemvest en overleeft.
Op 8 maart 1942 capituleert Nederlands-Indi. Hij komt in een krijgsgevangenkamp in Thailand en wordt te werk gesteld aan de Birma lijn. In 1944 wordt hij naar een steenkolenmijn in Japan overgeplaatst. Aan het einde van de oorlog weegt hij nauwelijks 40kg.
Zijn ouders hebben beiden de oorlog overleefd. Na de oorlog vertellen zij hem dat hij de enige overlevende is van de groep van elf. Hakkenberg blijft bij de Marine en komt bij de veiligheidsdienst van de Mariniersbrigade.

Door slechts met enkele mariniers (twee tot vijf man) gehele groepen vijanden in de periode september 1947 tot mei 1949 te bestrijden. Op 24 augustus 1948 in Daragowak de bendeleider Pa Tai en vijf van zijn T.N.I-officieren gevangen te nemen. Op 25 oktober 1948 in een kampong te Jakarta een genfiltreerde militaire T.N.I.-groep te overmeesteren en gevangen te nemen, op 7 en 19 april in zuid-Mentoeroes een heersende vijandengroep aanvallen en zware schade toe brengen, op 14 februari 1949 te Bodag belangrijke T.N.I-officieren gevangen nemen en belangrijke administratie van de chef staf T.N.I. in handen krijgen, op 6 maart 1949 te vijandelijke stad Nitikan met een kleine groep de republikeinse resident van Madioen te arresteren en deze met enige andere gevangen genomen kopstukken onder zwaar en hevig vijandelijk vuur naar het eigen KNIL-hoofdkwartier te brengen.

Jullie zijn van harte welkom om aanwezig te zijn op de Indi Herdenking te Den Bosch waarbij extra aandacht wordt besteed aan Darah Ketiga die het Monument zal adopteren die dag.
Bekijk www.HONI.nl of www.darahketiga.nl voor meer info.

Dit bericht werd geplaatst in Herdenkingen. Bookmark de permalink .

2 Responses to Moedig,Stilgezwegen & Onbesproken

  1. Pauline van Till schreef:

    Hakkenberg is Ridder MWO, dat is 4de klasse, niet 3de klasse

  2. Chris Carli schreef:

    Tr.kasih, kan je de foto’s er nog eventueel bij plaatsen ?

Laat een reactie achter op Chris Carli Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *