Hier rusten
Wilhelmus Johannes Cornelis Groos (1841 Rotterdam – 1912 Den Haag), zoon van de wijnkoper Johannes Groos (1807-1867) en Adriana van Zon (1803-1851) uit Rotterdam.
Wilhelmus werd in september 1862 aangesteld als ambtenaar te Indië en vertrok in oktober 1862 met het schip Aeolus. Aan boord was zijn toekomstige eerste echtgenote Johanna Maria van Rijck de Groot (1841 Japara- 1922 Soekaboemi) met haar moeder. Weduwe van een bestuursambtenaar te Indië.
Wilhelmus werd in 1867 aangesteld als controleur van landelijke inkomsten en cultures, in 1877 benoemd tot assistent resident in Bawean en in 1886 werd hij resident van Rembang, gepensioneerd in 1890 en vertrok hij enkele jaren later met de 3e echtgenote en twee kinderen definitief naar Den Haag
Gehuwd in 1864 met eerder genoemde eerste echtgenote. In 1870 was er een tweede huwelijk met Eliza Maria Wolf (1846 Brummen-1877 Soerabaja) en als weduwnaar hertrouwde hij in 1882 met …..

Antoinette Johanna Broekman (1860 Soerabaja-1928 Den Haag), dochter van de koopman Pieter Broekman (1826 Wassenaar – 1875 Soerabaja) en Jacoba Petronella Walburga Loust (1835 Amsterdam -1901 Soerabaja). Jacoba was 14 jaar toen ze in 1848 te Indië arriveerde met haar ouders, die het Marine Hotel te Soerabaja gingen beheren. Antoinette werd stiefmoeder van een zoon van Wilhelmus en twee jaar na het huwelijk werd ze moeder van haar enigst kind…..

Johanna Antoinette Groos (1884 Brebes – 1973 Den Haag) die in 1912 in Indie was toen haar vader overleed in Den Haag. Waar ze in 1907 huwde en in 1908 met ss Grotius naar Indië ging . Wel moet ze haar moeder begraven hebben in 1928 toen zij definitief in Den Haag bleef wonen, dus de oorlog 40-45 in Nederland doorgekomen. Ze had geen kinderen met haar echtgenoot….

Alfred Arathoon Galestin (1881Soerabaja – 1965 Den Haag) van Armeense afkomst, zie imexbo.site
Zoon van de koopman Gasper Galestin (1845 Nieuw Julfa, Perzië – 1908 Batavia) en Carolina Martha Arathoon (1859 Soerabaja -1919 Batavia). Alfred studeerde rechten in Leiden. In Indië aangesteld tot voorzitter van landraden te diverse plaatsen, en werd ca 1918 particuliere advocaat. Was actief lid van de IEV . Later commissaris bij de Javaasche bank.