
AD.nl: Luitenant-kolonel buiten dienst Jacques Brijl is op zoek naar familieleden van sergeant-vlieger Frits van Balen. Hij kwam op 3 februari 1942 boven Soerabaja in gevecht met een overmacht aan Japanse jachtvliegers om het leven.

AD.nl: Luitenant-kolonel buiten dienst Jacques Brijl is op zoek naar familieleden van sergeant-vlieger Frits van Balen. Hij kwam op 3 februari 1942 boven Soerabaja in gevecht met een overmacht aan Japanse jachtvliegers om het leven.
...........𝓘𝓷𝓭𝓲𝓼𝓬𝓱𝟒𝓮𝓿𝓮𝓻
Berichten van het heden, maar ook uit het verleden




Thomson
Nassauschool Soerabaja
Depok
Wie is deze familie
Wolff
Tankbataljon Bandoeng 1939
Is de bruid Günther?
Wilde en Waldeck
Brouwer en Hagen
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
Kerst 1930 a/b Baloeroan naar Indië
Bertha Lammerts van Bueren-de Wit
XXXXXXXXXX zwieten 214
Bisch
Detachement Verbruiksmagazijn,
Hollandia
Deze slideshow vereist JavaScript.
Heb je nieuws, foto of een oproep?
Mail ons !
Heer Brijl,
Dat zingen [Schreeuwend] was nodig om kenbaar
te maken dat je met vredelievende bedoeling aankwam.
Vond het altijd mooi het beantwoorden door de
dorpsbewoners ,heel in de verte tussen de bergen in.
Onze luitenant kreeg zelfs een vrouw aangeboden
voor het overnachten.
Tsja,heerlijke tijden waren het.
siBo
Goedemorgen Heer Bo Keller,
Uw patrouille- verhalen hebben bij mij weer oude heinneringen opgeroepen, die ik had opgedaan tijdens mijn verblijf in de vijftiger jaren op Nw. Guinea.
Ik heb toen o.a. een hele lange patrouille gelopen vanuit Sorong – pal Oost – naar de Ajoemaroe- meren
en vervolgens van daaruit – pal Zuid – richting Inawatan.
Naast de lokale papoeadragers, was ook bij mijn patrouille een Papua- militair ingedeeld, Mooté, die oorspronkelijk afkomstig was uit het gebied vd Wisselmeren.
Doel vd patrouille was onder meer om contacten te leggen met Papua- stammen in het binnenland.
Ik herinner mij nog, dat wij ook enkele vrouwelijke draagsters hadden; later begreep ik van Mooté, dat je daarmee aan vreemde stammen duidelijk maakte, dat wij niet “op sneltocht” waren.
Zodra wij in de buurt van het gebied van stam kwamen, begonnen de dragers zo nu en dan een kreet te slagen; ook nu weer deed men dat om de lokale stam duidelijk te maken dat onze patrouille niet op “sneltocht” was.
Voorts kreeg ik op mijn “vechtpet” een tak van een speciale vaarn opgeprikt. Mooté legde mij toen uit, dat de bospapua’s konden vastellen wie de…..”majooroo….was, het Hoofd van de patrouille.
In de meeste dorpen, hielden we soort “ziekenrapport” en hielpen dan dorpsbewoners met wat medicijnen of legden verbanden aan als ze gewond waren.
Op een dag wilde een stamhoofd met alle geweld, dat wij hem ook een medicijn moesten geven, omdat hij meende ook ziek te zijn en daarbij wijzen op een groot oud litteken op zijn buik.
Ik heb dat probleem kunnen oplossen door onze “hospik” te vragen mij een tube tandpasta te geven. Dat heb ik er toen keurig opgespoten en vervolgens een pleister daarop geplakt.
Gelukkig gingen we direct weer verder op stap met onze patrouille.
Op de Ajoemaroe – meren aangekomen, moest ik een militair achter laten die ernstig ziek was geworden ( vlekkentyphus); hij werd door de MLD opgehaald en naar het ziekenhuis in
Hollandia overgebracht. In Inawatan aangekomen werden wij opgehaald door een Higginsboot van het Ned. Gouvernement.
Daar hoorden wij ook dat een andere Higginsboot, een schip van de olie- maatschappij NNGPM had geholpen gevluchte Papua’s , die hadden verteld dat zij door andere Papuastammen werden achtervolgd terug te brengen naar hun eigen leefgebied; toen het a/b vh NNGPM schip echter erg stonk, vertrouwde de gezagvoeder vh schip, de situatie niet en waarschuwde Politie, die toen de extra Higginsbootmet gewapende Politiemensen te hulp kwam.
Uit het toen ter plaatse gehouden onderzoek bleek toen, dat de z.g. vluchtelingen op “sneltocht” waren geweest, maar toen zij wilden terugkeren naar hun eigen gebied, bleek de terugweg te zijn afgesloten door krijgers van andere stammen. Het moge tenslotte duidelijk zijn, dat de stank a/b van het NNGPM – schip werd veroorzaakt door………….recent “gesnelde” koppen!!!
Ik zal mijn korte avonturenroman maar hiermede stoppen.
met hartelijke groet,
Jacques Z. Brijl
Heer Bo Keller,
Hartelijk dank voor de namenlijst van de verzetsgroep van Kokkelink, die tijdens WOII in NW. Guinea heeft gevochten; ik zag dat als nr. 19 een Löwisse vermeld staat.
Ik heb intussen de Staat v Dienst van sgt. Henk Lówissen bij mindef opgevraagd en hoop dan
vast te kunnen stellen, dat het hier mogelijk inderdaad om de vader gaat van Gabrielle.
mhgr.
Jacq. Z. brijl
Citaat uit het boek van Kokkelink, pag. 110:
“Ik werd door de Commandant naar Wekari ontboden. Het was maar een korte mars. Ik vond de Commandant in de grootste opwinding. Geen wonder. Er was een Ambonees bij hem, Roehoelessen genaamd, die de vorige dag van de Kebarvlakte was aangekomen met het ontstellende bericht, dat Löwisse door de Karoners – een Papoeastam op de Kebarvlakte – was vermoord en opgegeten”.
Pak Pierre
In 1950 achtervolgenden wij militairen met enkele honderden
Papoea’s vrijwijlligers , ongeveer een week lang
een toen nog loslopende moordenaar in en omstreken van Manokwarie.
Een heel ingewikkelde geschiedenis en mss. zijn hier verslagen van.
Ondertussen werd ook het Perceel van de Familie Kokkelink te Manggo-api door ons beveiligd. Nodig was het niet, want de Papoese medestrijders hielden alles in de gaten.
Voor mij dus een mooie gelegenheid om van de Hr. kokkelink zelf
te vernemen over deze guerrillastrijd in de Vogelkop.
Toen wij naderhand zelf naar de Kebar vlakte en Anggi-meren tot
aan Steenkool patrouilles liepen,onderkennen we de verschrikkelijke
guerrillastrijd in deze oerbossen.
Alleen al,dat wij zonder Papoea steun deze patrouilles niet konden
uitvoeren zegt al heel veel over het woeste gebied.
siBo
Gelukkig maar niet opgegeten ……
Pak Pierre
Wet honger geleden als onervaren officieren en
kaderleden de meegedragen rantsoenen niet
afgepast hielden.
De eerste dagen valt het niet op je hebt eigen etenswaren
op de man, en wat ritselen in de kampongs, maar als
dat na enkele dagen op is en je zit in de Oetan dan ga
je anders piepen.
Water gebrek was ook een probleem. Ga dat maar zoeken
als je in de Rimba en Goenoeng zit te ploeteren.
Dorst kan je nog met water uit lianen lessen,maar eten koken.
Tsja,nog een klein probleempje is,dat de papoeadragers soms
niet achter ons aan wilden lopen. Zo hard stonken wij na enkele
dagen, maar andersom idem dito.
De Papoealucht is berucht .Ja zo heeft elk volkje zijn eigen
specifieke lichaamsgeur.
siBo
In het boek van Kokkelink de foto van een naamloze Papoeagids (pag. 113) “…. die ons in de jungle onschatbare diensten bewees. O.a. was hij in staat water te ruiken”.
Pak Pierre
INTERMEZZO.
Ik heb meelij met de mensen die de laatste evacuatie in Tjilatjap moesten meemaken. Terwijl de HOGE OMES die al maamden geleden naar Autralia zijn gevlucht. Onder ander zelf de Commandant van de Militaire Luchtvaart Generaal Mayoor L.H.van Ooyen die een maand geleden al naar Australia was gevlucht onder mom van hulp te vragen aan de Australie.De Luchtmacht was alleen maar toevertrouwd aan Kolonel E.T. Kengen met obsolete matraal die zeker niet tegen de supperieure JAPANSE ZERO’S aan kunnen gaan.Met het resultaat was de gesneuvelde Kapitein Vlieger J.P.Van Helsdingen en zijn groep sgr G.M Bruggink,Luit. A.G.Deibel en J,.G,Scheffer. En nog vele anderen( hopelijk ook genoemd de RECENTE HERRINERINGS CERMONNIE).Weer iets anders maar de zelfde tijds periode en dat is de request van Ir Soekarno toen hij in Bekoelen was verbannen, om ook naar Australie geevacuweerd te worden. De brief is geadresseerd aan de RESIDENT VAN BENGKOELEN voor doorzending aan de Gouverneur Generaal te Batavia ( de brief licht nu het Rijks Archief in Leiden . Zie GIEBES, Biografie van Soekarno).Maar natuurljk door de GG blunt geweigerd met misschien de woorden van: ” HOE DURFT EEN INLANDSE POLITIEKE GEVANGENE DIT REQUEST TE DOEN! Hij denk zeker dat hij een gelijke is met de Hollanders!”. Was Soekarno geevacueerd naar Autralie, dan was er GEEN PROCLAMATIE van de Repbliek Indonesia, want ze konden zelfs geen andere persoon vinden met de zelf integriteit dan Soekarno.Hij moest zelfs gedongen worden omdat Soekarno NOOIT kan indenken dat de zo geliefde Japanse oude broer( saudara tua) ooit voor de Gealllieerden(Amerika, Inggris, Belanda) kon capituleren Omdat hij niet van de atoom bom wist.
Hr Suparmo, helaas is mijn informatie anders:
Van Oyen is samen met Van Mook op 7 mrt 1942 naar Australië vertrokken. Dus 6 dagen na de invasie op Java.
Verder had de luchtmacht nog weinig vliegtuigen over. De meesten zijn ondergegaan bij de slag om Singapore. Het weinige wat rond 7 maart nog kon vliegen waren in hoofdzaak de Dorniers vliegboten ( en een een stuk of wat Catalina’s) van de MLD die naar Australië mochten uitwijken, om daar ten dele te worden vernietigd tijdens een raid van de Japanse luchtmacht.
Een aanvulling op bovenstaande: de meld verloor op 3 mrt tijdens een Japanse raid op Broome in totaal 9 vliegboten
“raid van de Japanse luchtmacht” Zie over Broome ook mijn reactie hier in I4E van 2 maart 2013.
@Op 3 maart 1942 vond er in Broome, Australië, een Japanse luchtaanval plaats waarbij 68 Nederlanders om het leven kwamen. Wat was daar aan de hand?@
verder lezen:
Er bestaan m.i.twee mogelijkheden; 1) deze vlieger vloog vanuit Australie of onbezet oost-nw.guinea “NEFIS” vluchten boven de Vogelkop (de genoemde vlakte is op de Vogelkop) zoals te lezen in “Wachters boven het stenen tijdperk” 2).Maar meer voor de hand liggend is dat deze (reserve?)sgt.KNIL onderdeel was van een (66 militairen en burgers)eenheid die de Japanners op de Vogelkop tot aan de capitulatie van Japan bleef bestrijden (verhaal van Molukse Coosje Ayal;Verzetskruis,Kruis van Verdienste,Ereteken voor Orde en Vrede,Bronzen Kruis,Mob.Oorlogskruis(MOK) in “Eregroet”,bijlage bij “Checkpoint” Mei 2016).
In het rijtje van Coosje Ayal niet vergeten sergeant, later adjudant M.Ch. Kokkelink, RMWO 4. Hij overleed in vergetelheid ergens in Guyana (voormalig Brits Guyana, buurland van Suriname).
Ik ben in het bezit van zijn boek “Wij vochten in het bos”, over die guerilla op Nieuw Guinea, tegen Japan. Gekregen van een totok vriendje uit Den Haag dat het bovenop een container zag liggen, vol afgedankte spullen van iemand die uit zijn flatgebouw was getrokken. Zelfs de uitdrager had er kennelijk geen belangstelling voor. “Weer zo’n Nederlandse Indiër met een boek dat niemand leest” moet hij hebben gedacht.
Toch wil ik bij deze gelegenheid de lezertjes en lezers van I4E het eerste stukje uit de inleiding van de schrijver niet onthouden:
Quote
Ik ben wat men noemt “een Indische jongen”, geboren en getogen op Java en in mijn bloed Nederland en Indië verenigd, maar in hoofd en hart vóór alles Nederlander.
Als jong kereltje heb ik 3 jaar bij het toenmalige Koninklijk Nederlands-Indische Leger gediend, het KNIL zoals iedereen het nog altijd noemt, ook nu het voorgoed tot het verleden behoort.
Mijn diensttijd was geen succes. Althans niet voor het KNIL. Ik had goede wil, zelfvertrouwen, en zelfs overmoed genoeg, maar het blindelings gehoorzamen aan bevelen, die soms geen enkele zin hadden, lag mij niet en prikkelde mijn gezond gevoel van eigenwaarde.
Ik was zeker niet wat de militairen “een goed soldaat” noemen en het KNIL en ik waren allebei opgelucht toen ik mijn uniform aan de wilgen hing en mijn burgerpakje uit de kamferkist haalde.
Unquote
Tja …… zo begint een heldenleven. Kokkelink wilde goud zoeken op Nieuw Guinea en als hij geen goud zou vinden, dan “waren er altijd nog de paradijsvogels die bij duizenden rondzwermden en hun gewicht in goud waard waren. Zouden ook de paradijsvogels verstek laten gaan, dan kon ik er toch nog als God in Frankrijk leven van de goede gaven van Moeder Natuur”.
Ik moet denken aan de beginregel van het mooie liedje “Guantanamera”:
“Yo soy un hombre sincero, de donde crece la palma ……”. Op zoveel Indische jongens (en meisjes) van toepassing.
Pak Pierre
Zij die Nieuw Guinea(al was het van hun diensttijd)kennen, zullen Kokkelink nooit vergeten. Een van onze, vele, helden die voor Koningin en het(verre)Vaderland hun leven in de waagschaal stelden.Opdat wij hem, en al die onbekende helden, herinneren.
Blij dat onze sudarih Malukku Coosje Ayal een formele militaire begravenis kreeg.Zij verdiende het,net als de (nog levende)MWO,Bronzen Leeuw en Bronzen Kruis dragers, als hun tijd is gekomen.
Tsja,en Staf- en Directie Museum Bronbeek lieten het beiden afweten.
dan loopt er nog een andere ploeg,I.H.C. ?????
Niet interessant genoeg waarschijnlijk.
siBo
Tja … nog te weinig gebrontak, Bo?
Pak Pierre
Beste Rob,
Toen ik indertijd vernam dat Coosje Ayal eerst in een ziekenhuis in Rotterdam was opgenomen en vervolgens weer naar haar huis was gebracht, toen bleek dat zij niet meer – medisch gezien – behandelbaar was, heb ik contact opgenomen met de Directie van het Veteraneninstituut en die hebben er toen voor gezorgd, dat zij nog tijdig bloemen thuis aangeboden kreeg.
mhgr,
JZB
.Zie namenlijst gevechtsgroep Kokkelink
19. Löwisse, soldaat
Door kannibalen vermoord en opgegeten
DE GUERILLASTRIJDERS
1. J. B. H. Willemsz Geeroms, Kapitein der Infanterie
April 1944 te Wekari gevangengenomen en later te Manokwari geëxecuteerd
2. H. Roborgh, Reserve Luitenant
April 1944 te Wekari gevangengenomen
3. Maas, sergeant~majoor der Infanterie
Eind 1942 in Meorani aan ziekte overleden
4. Kapteyn, militiesergeant
Begin 1943 tijdens hongertocht overleden
5. Van der Muur, militiesergeant
Te Sorong gevangen genomen en later te Manokwari geëxecuteerd
6. De Beaufort, foerier
September 1944 nabij Wekari door de Amerikanen bevrijd
7. M. Ch. Kokkelink, sergeant
Na de overval te Wekari in april 1944 met de resterende manschappen een nieuwe groep gevormd en doorgevochten tot het eind van de oorlog
8. Mandala, Timorees korporaal
Begin 1944 zich met zijn post overgegeven aan de Japanners
9. E. Griet, soldaat
November 1942 bij aanval op Wasirawi gesneuveld
10. Soentpiet, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
11. De Kock, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
12. I. Koch, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
13. F. Koch, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
14. D. Hamar de la Bretonnier, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
15. O. Gybels, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
16. Ch. Ross, soldaat
November 1942 gesneuveld te Tjosi
17. Hordijk, soldaat
Tijdens hongertocht overleden
18. Guus de Mey, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
19. Löwisse, soldaat
Door kannibalen vermoord en opgegeten
20. Jan Holman, soldaat
November 1942 bij de overval in Wasirawi gesneuveld
21. E. van Kraaienoord, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
22. R. Mellenberg, soldaat
September 1944 nabij Wekari door de Amerikanen bevrijd
23. T. van Genderen, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
24. E. van Genderen, soldaat
November 1942 bij de overval in Wasirawi gesneuveld
25. P. van den Broek, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
26. G. Waayenberg, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
27. P. van der Star, soldaat
November 1942 bij de overval in Wasirawi gesneuveld
28. Arends, soldaat
November 1942 gesneuveld te Tjosi
29. J. Werdmuller von Elgg, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
30. L. Attinger, soldaat
Tot het einde door gevochten met groep Kokkelink
31. F. Coenraad, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
32. R. Jacquard, soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
33. Von Biela, soldaat
Eind 1942 in Wasirawi aan zwartwaterkoorts overleden
34. E. de Vrede, soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
35. I. Tuinenburg Sr, soldaat
Gedeserteerd
36. B. Tuinenberg Jr, soldaat
Eind 1942 bij de Anggi meren door Papoea’s vermoord
37. Sagran, Menadonees soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
38. Kalempo, Menadonees soldaat
In 1943 te Wekari aan ziekte overleden
39. Manenkey, Menadonees soldaat
April 1944 in Wekari gevangengenomen
40. Saep, Soendanees soldaat
Eind 1942 bij de Anggi meren gesneuveld
41. Soeha, Soendanees soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
42. Hoessein, Soendanees soldaat
Eind 1942 bij de Anggi meren gesneuveld
43. Wardi, Soendanees soldaat
November 1942 gesneuveld te Tjosi
44. Sabin, Javaans soldaat
November 1942 gesneuveld te Tjosi
45. Doellah, Javaans soldaat
April 1944 gesneuveld te Wekari
46. Sahin, Javaans soldaat
November 1942 bij de overval in Wasirawi gesneuveld
47. Paiman, Javaans soldaat
Tijdens hongertocht krankzinnig geworden en later in zee verdronken
48. Sandiman, Javaans soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
49. Saddat, Javaans soldaat
April 1943 wegens sabotage gefusilleerd
50. Martinus, Papoea soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
51. Jaki, Papoea soldaat
Gedeserteerd
52. Jaksa, Papoea soldaat
Gedeserteerd
53. Jordaan, Papoea soldaat
1943 gesneuveld bij Masni
54. Rumsajor, Papoea soldaat
Gedeserteerd
55. Mika, Papoea soldaat
Eind 1944 gesneuveld bij Aroepi
56. Frederik Rumberbiar, Papoea-soldaat
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
57. Kasim, Cerammer dwangarbeider
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
58. Nahuay*), Ambonees Bestuursambtenaar
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
59. Roehoelessen*), Ambonees Bestuursambtenaar
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
60. Mevrouw Nahuay*)
April 1944 te Wekari gevangen genomen en later te Manokwari geëxecuteerd
61. Koos Ayal, nichtje van Nahuay*)
Tot het einde doorgevochten met groep Kokkelink
62. Matsuro, Amerikaanse Kapitein der Infanterie
Eind 1943 in Wesoei aan ziekte overleden
63. Mc Fadden. Amerikaanse Luitenant der Artillerie
April 1944 te Wekari gesneuveld
64. Sheahan, Amerikaanse radio-telegrafist
April 1944 te Wekari gesneuveld
65. Augustinus, Filippino
Tijdens hongertocht na het eten van vergiftige knollen overleden
66.(Naam ontschoten), Filippino
April 1944 te Wekari gesneuveld
*) Nahuay, Roehoelessen door De Kock gespeld als Nuhuwae en Ruhulessin
N.B. Deze lijst is afkomstig uit het boek “Wij vochten in het bos” door sergeant Kokkelink jaren later met onvolledige gegevens en uit zijn geheugen samen gesteld. Dus bestaat de mogelijkheid dat er enkele onjuistheden in geslopen zijn.
siBo
Tja …. je wordt stil na het lezen van zo’n lijst.
“Gesneuveld”, “geëxecuteerd”, “hongertocht”, “overleden door ziekte”, “vermoord en opgegeten”. Toch volgehouden. Voor vorst en vaderland. Op nuchtere wijze, vaak gelardeerd met humor, doet Kokkelink in zijn boek gedetailleerd verslag.
Pak Pierre
Beste Pierre,
Ouderdom komt met gebreken en daarom conform onze afspraak blijft het natuurlijk gewoon
je en jij, alsmede Pierre en Jacques.
hartelijke groetjes.
Jacques alias “der Alte”
“Der Alte” of “Frère Jacques”, maar niet “dormez vous”.
Gewoon doorgaan met wel doen en niet om zien.
Pak Pierre
De “Kebar vlakte” ligt volgens google info in het gebied bij Manokwari (Volgelkop),een in 1943 nog door de Japanners bezet gebied.In het boek “Wachters boven het stenen tijdperk”, wordt gesproken van NEFIS (Intelligence)vluchten boven Nw Guinea en kleine Soenda eilanden (december 1943).Mogelijkheid bestaat ook dat deze (reservist)sgt.KNIL zich had aangesloten bij de eenheid die, met de Molukse Coosje Ayal (Verzetskruis, Kruis van Verdienste, Ereteken voor Orde en Vrede,Bronzen Kruis, en Mobilisatie Oorlogskruis) “als enige groep(66 militairen en burgers),de strijd in de Vogelkop tot aan de overwinning heeft volgehouden” (bijlage “Eregroet”, bij veteranenblad “Checkpoint mei 2016).(Opdat wij hen niet vergeten)
Dank voor de tip Robert; ik zal het doss. van militie sgt.Henk Löwissen bij de SAIP opvragen.
mhgr. Jacq.
Overste, http://1.bp.blogspot.com/_5IsWWvtdYQg/TK0zpYdfH6I/AAAAAAAAASs/jZOhkNHzxH8/s1600/jempol.jpg
siBo
Heer Bokeller,
Dank voor Uw mooie waarderingebaar,; de 21ste v deze maand word ik 89, ik hoop dat ik
tenminste t/m mijn 90ste door mag/kan gaan.
mhgr en nog fijne Pinksterdagen gewenst
Jac. Z. Brijl
Nou …. hopelijk tot ver over de 100 Jacques.
Ga door, zo lang er mensen zijn die de bintang voor zichzelf of voor hun overleden (over)(groot)vaders op prijs stellen. Het is een bloody shame dat om die bintang moet worden gevraagd en dat de overheid (defensie) haar militairen niet uit zichzelf eert.
Pak Pierre
Meer dan 100% mee eens.Zonder zijn,niet aflatende ,inzet had de jongere generatie in onze familie,en anderen niet de verschrikkingen kunnen vernemen die veel Japanse krijgsgevangen hebben ondergaan.Door zijn taaie doorzetting,op zijn respectabele leeftijd (respect), komen “onze mannen” weer( virtueel) tot leven.”Salute” Jacq !
Pagi Pierre,
Allereerst dank voor Uw goede wensen, ik hoop met een kleine kumpulan aan familieleden, in het weekend in de Veur (Gem. recreatiegebied) in Zoetermeer een klein feestje te “bouwen”.
Alhoewel ik mij niet geroepen voel om de “Nederlandse Staat” te verdedigen en ik grotendeels met U eens ben, gebied de eerlijk mij ook te vertellen, waarom door allerlei omstandigheden, deze Staat haar EREPLICHT om onderscheidingen aan haar militairen, die tijdens WOII hun PLICHT hadden gedaan, uit te reiken, niet altijd (tijdig) heeft kunnen uitvoeren. Een aantal redenen zijn o.a. dat:
– Nederland en Indië bezet waren geweest, waardoor onze Adm. instellingen niet direct in staat waren om direct en tijdig te functioneren en te registreren;
– de Japanse bezetter zo veel mogelijk alle gegevens heeft vernietigd rond de personen die in de kampen waren overleden, dan wel die zij hadden doodgeschoten of onthoofd/ en waar deze begraven lagen;
– de gegevens van duizenden ned. kgvn, die waren verdronken, nadat hun schip op zee was getorpedeerd, door de Japanners waren vernietigd dan wel verborgen gehouden, zodat het jaren heeft geduurd alvorens o.a. de OGS over deze gegevens kon beschikken.
Voorts het o.m. ontbreken van gegevens over onze militairen en hun hele gezinnen, die tijdens WOII en de “Bersiaptijd” waren omgekomen en de emigratiegolf van onze landgenoten naar het buitenland; mogelijk tenslotte, zijn er ook nog doss. van onze militairen in Indonesië achtergebleven.
Na deze periode had onze Staat echter maatregelen moeten treffen, om alsnog aan hun verplichtingen te kunnen voldoen! Maar dat heeft men helaas nagelaten!!!
Afsluitend wens ik U en Uw gezin tenslotte nog hele fijne Pinksterdagen
mhgr.
Jacq.
Dag Jacques,
Point taken, maar …. wee de wolf die in een kwaad gerucht staat. Nederland stond nu niet bekend als een land dat zijn soldaten eert. Het begint nu een beetje te komen met structurele veteranen zorg en het in het openbaar eren van de dapperen en alle andere veteranen (helaas nog niet die van de ijs en ijskoude oorlog), maar het hield in de decennia na de oorlog toch echt niet over, met als dieptepunt de jaren ’70.
Als het land een beetje meer oog zou hebben gehad voor hen die in tijd van grote nood onder de wapenen waren geroepen, hun plicht deden en velen meer dan die plicht, dan zou het al direct na de oorlog kunnen zijn begonnen met het zoeken naar ontbrekende gegevens van betrokkenen en met de uitreiking van MOK’s aan hen, wier gegevens al bekend waren.
In mijn militaire tijd (1962 – 1970) moest ik als kleine mier wel eens q.q. bij iemand op Defensie in Den Haag zijn. Het viel mij toen op wat een reusachtige moloch het ministerie was; een bijenkorf met veel koninginnen en nog meer werkbijen. Was er uit die immense massa mannetjes en vrouwtjes die allemaal “iets” bij defensie deden niet een bureautje te formeren dat zich met veteranenzaken en in het bijzonder MOK’s bezig zou kunnen houden?
Tenslotte: Ik heb me veroorloofd om jou te tutoyeren omdat je het me eens hebt aangeboden (ik meen in de zaak Beets). Anders had ik het uit respect voor je senioriteit (ik ben pas 77) en staat van dienst niet gedaan. Nu zie ik dat je mij braaf “u” noemt, zodat ik weer maloe ben geworden. Wat zal het in toekomstige contacten zijn, “jij” of “u”? Little things can mean a lot.
Pak Pierre
Heer Brijl.,
Ik loop alleen een jaartje achter op uw leeftijd.
Maar wens U het allerbeste toe .
siBo
Heer Bo Keller,
Hartelijk dank voor U warme en welgemeende woorden;
U ook nog vele Gezonde en Gelukkige jaren gewenst.
mhgr.
Jacq. Z. brijl
Gabriele LOUWISSEN is de direct dochter van de marine vlieger Louwissen met een Menadonese moeder.Die in Holland is gestorven. Maar nu zit Gaby weer in Indoneia.
Ik heb nog eens heel goed in het Slachtofferregister van de OGS gekeken en hem toen uiteindelijk de naam van de Militie sergeant KNIL, Henk Löwissen gevonden.
Hij werd op 4 feb 1903 te Soerabaja geboren en overleed (neergestort ?) in de KEBAR- vlakte in Nieuw- Guinea in december 1943.
Het is belangrijk als U aan Gabriella wil vragen of dit misschien haar grootvader is geweest..
Zo ja, dan kan ze dat in een berichtje dtv U aan mij doorgeven; misschien heeft zij nog aanvullende gegevens over haar Opa (misschien zelfs een foto).
Als ik dat allemaal hebt en haar huidige adres in Indonesië, dan zal ik mijn best doen, dat zij alsnog de bintang voor haar Opa krijgt.
mhgr. Jacq. Z. Brijl
Wat blijft u toch bezig! Met nog zoveel onbekende zaken in het verschiet!
Beste Heer Jan Zomers,
Het heeft mij eigenlijk heel veel pijn gedaan , dat ik kortgeleden er pas achter kwam, dat hele jonge Nederlandse vliegers van net 23 lentes -die nog nauwelijks met deze Curtiss
vliegtuigen hadden gevlogen – onverschrokken hun zeer ervaren en overmachtige vijand tegemoet gingen, terwijl zij heel goed wisten, dat zij het onderspit moesten delven…..en zij een zekere dood tegemoet gingen ! Nooit hebben zij eigenlijk persoonlijke erkenning gekregen voor hun moedige daden.
Gelukkig worden sommige van hen in herdenkingsmonumenten vermeld; ik wil echter nog proberen, dat de families van deze moedige vliegers, alsnog een “BINTANG”, als EERHERSTEL mogen ontvangen en dat deze Vliegers tevens daardoor aan de vergetelheid worden onttrokken. Meer kan ik helaas niet meer voor ze doen! Wij kunnen
genieten van onze Vrijheid, waarvoor zij zich hebben opgeofferd!
met hartelijke groet,
Jacq. Z. Brijl.
Nogmaals het is niet haar grootvader maar wel haar VADER. Gaby was belletdanseres en( persoonlijk).Ik had ooit verkering met haar en kent de hele famile god. Er was en oom van haar die als spijtoptant naae Holland gegaan.
De California Phone Directory geeft 28 Van Balen’s in Californie aan (verschillende ouder dan 65)Misschien naar de VS geemigreerde familie? Ron Geenen; zou dat mogelijk zijn? Weet niet of de Phone Directory up-to-date is,dat merkte ik toen ik op zoek was naar iemand die ik zocht.
Beste Robert,
Dank voor je warme en sympathieke woorden; Mies en ik hebben het bijzonder fijn gevonden, dat we met jou en je familie kennis hebben kunnen maken; en natuurlijk heel fijn, dat we gelukkig het waar hebben kunnen maken dat je vader en zijn broer alsnog de Eer hebben gekregen waar zij al jaren recht op hadden.
met hartelijke groetjes en nog fijne Pinksterdagen gewenst,
Mies & Jacq.
Wordt er niet naar de erfgename gezocht van de Mariner Vlieger LOUWISSEN di op het zelfe ongenblik was geneuveld. Zijn dochter de weduwe GABRIELE LOUWISSEN leeft hier nu onbemild
Goedemorgen mijnheer Wal Suparno,
Bij de aanval van een groot Japans Luchteskader, b.u. bommenwerpers en jagers begin feb. 1942 op Soerabaja vlogen 13 Curtiss “Interceptor”jagers van de Mil Luchtvaartafd. vd KNIL de vijand tegemoet. Tijdens dit hevige luchtgevecht verloren 3 jonge MLA/KNIL
vliegers hun leven, t.w. Sgt. Vl. Robert Christiaan HALBERSTADT (afk. uit Alkmaar), Vaandrig KV Vl. Johannes HOGENES (afk. uit Leek/Gr.) en Sgt. Vl. Frits VAN BALEN, (afk. uit Utrecht).
Voor Robert C. Halberstadt gelukte het mij intussen alsnog postuum het MOK toegekend te krijgen. Ik wil proberen, dat ook voor de andere 2 vliegers te doen, maar daarvoor moet ik eerst de adressen van hun families te weten zien te komen.
Natuurlijk wil ik ook heel graag proberen omdat ook voor de Opa van Gabriella Louwissen gedaan te krijgen. Het probleem is echter, dat de naam van haar Opa niet vermeld staat in het z.g. “SLACHTOFFERREGISTER” van de OORLOGSGRAVENSTICHTING.
Om aan haar verzoek te kunnen voldoen, heb ik zo spoedig mogelijk de volledige naam en voornamen van haar grootvader nodig en zo mogelijk zijn rang bij de KM; tevens heb ik verder nog de naam en adresgegevens van Gabrielle nodig.
Deze gegevens kan U en/of Gabrielle naar mijn adres sturen.; mijn gegevens zijn bekend bij Boeroeng.
met hartelijke groet,
Jacq. Z. Brijl