Een frisse neus

gastpikirans_oud

gila2_1
100% Gila is zijn nickname op het internet. Hij is 21 jaar, moderator op Indoweb en studeert te Leiden Asianstudies “Talen en Culturen van Zuidoost-Azi” met als hoofdvak Indonesi. Vorig jaar publiceerden we zijn reisverhalen uit Indonesie en sinds begin Juli is hij weer te Java. Waar hij nu zit is het moeilijk een snelle goedkope internetverbinding te vinden . Daarom arriveren zijn columns te laat.  In de rechterkolom is hij ‘de Singer’ op de pasar malam te Den Haag.

Tanggulangin, 27 Juli

De gemiddelde Indonesie-reis houdt een bezoek aan het Toba-meer in, daarna vlug naar Jakarta, Yogyakarta en als eindbestemming Bali. Op een beetje luxe heeft men immers wel recht na de voorafgaande anderhalve week van afzien. Hitte, slechte wegen, moslims, smerige wcs (Het is gewoon zon gat in de grond!), enge beesten en natuurlijk al dat rare eten nee, het is beslist geen pretje hier. De echte avonturiers doen vanuit toevluchtsoord Bali nog een paar daagjes Lombok of gaan lekker snorkelen, doch de grote meerderheid verzucht zich aan een welverdiend biertje en een smakelijke boterham met kaas. Een goede voorbereiding voor de terugreis. Wat zullen de buren weer groen zien van jaloezie, dit is toch wel even andere koek dan dat jaarlijkse weekje Salou van hun. Desondanks ben ik niet van mening dat bovenstaande plaatsen, voor zover ik er voet heb gezet, meer te bieden hebben dan Oost-Java. Integendeel. Wanneer men de grote steden verruilt voor het platteland ervaart men het echte Indonesi, niet dat slappe aftreksel ervan dat ten behoeve van toeristische doeleinden onherstelbaar is misvormd.

Dit alles is pas goed tot mij doorgedrongen tijdens de reis die ik afgelopen twee weken dwars door Oost-Java heb gemaakt. De rijken Singosari en Majapahit vinden beiden hun oorsprong in deze streek, wat te merken is aan honderden tempels verstopt tussen de sawahs. Voor diegenen die een wat lager peil van beschaving zijn toegedaan is er echter nog veel meer te vinden, zoals een prachtige natuur, aardige mensen, lekker eten (hoewel geen McDonalds) en armoede pardon, ik bedoel natuurlijk: lage prijzen. In tegenstelling tot de bloedverziekende hitte van Surabaya en omstreken is het in de bergen goed toeven. Al wanneer de eerste berg in zicht is roepen de Javanen in koor Koud h?, in het Javaans dan natuurlijk. Een gesprekje over het weer is hier snel afgelopen, het is altijd panaaaaas of dingiiiiin, andere mogelijkheden bestaan niet. Het is alsof ze voorgeprogrammeerd zijn: in de bergen is de temperatuur lager dus moeten ze bibberen. Indonesische logica. Al bibberend reden we het vijfendertig graden warme Batu binnen, al sinds mensenheugenis een vakantieoord. Al sinds de koloniale tijd weten vakantiegangers het te vinden. Dan gingen ze even naar boven, een Hollandse uitdrukking die veel mensen hier nog kennen.

Hoe erg het ons ook spijt, we moeten de kolonialen in n ding gelijk geven: Batu en omstreken vormen het ideale weekendje weg. Wat is er nu leuker dan een frisse neus te halen in de bergen, om vervolgens met hernieuwde moed weer noest aan de arbeid te gaan onder de verzengende hitte van den Koperen Ploert? Niet alleen Batu, maar ook Trawas, Pacet en Lawang vervullen de functie van lokale trekpleister. Maar waarom zijn de natuurparken, de luxe hotels, de markten, souvenirwinkels, de pretparken en de zwembaden dan leeg? Met een beetje goede moed zou er van deze relatief arme streek een internationaal toeristenparadijsje gemaakt kunnen worden, zoals dat ook met zo veel gebieden aan de Middellandse Zee is gebeurd. Ik zie het al voor me: De Javaanse Rivira. Waarom is dit niet al lang gedaan? Als je het mij vraagt omdat de geachte zakkenvullers van de regering alhier nergens verstand van hebben en bovendien vrij onverschillig staan tegenover dingen waarvan ze geen direct profijt hebben, dat wil zeggen op korte termijn. Erg jammer.

Over apen gesproken, even buiten Ngawi stopten we even op een terrein vol met houtsnijwerk, zangvogels en natuurlijk warungs. Heb je de show met de herten en de apen al gezien?, klonken van diverse kanten enthousiaste stemmen. Nieuwsgierig liep ik op de kooi af waarin het spektakel vermoedelijk zou plaatsvinden, op de voet gevolgd door een opdringerig omaatje dat bananen verkocht alsof haar leven er vanaf hing, misschien was dat ook wel zo. Maar ik wilde eerst waar voor mijn geld, waar zijn de beesten? Het omaatje maakte een vreemdsoortig geluid, waarna tientallen herten op me af stormden. Gelukkig zat er een hek tussen. En waar blijven de apen dan? Het opperhert is gek geworden en hij heeft ze allemaal aan zijn gewei geregen!, vertelde het bananenvrouwtje alsof het de gewoonste zaak van de wereld was. Het grote bord bij de ingang kreeg opeens een geheel nieuwe dimensie. Er stond letterlijk: Atraksi kera bermain dengan rusa (De attractie van de apen die met de herten spelen). Achteraf gezien best een bijzondere plek, toch? Na deze zeer aangename vakantie in de bergen reden we volle vaart naar Sidoarjo, de stad van de kroepoek.

Dit bericht werd geplaatst in Gast Pikirans. Bookmark de permalink .

2 Responses to Een frisse neus

  1. Blauwvogeltje schreef:

    Een Javaanse Riviera heeft zijn voordelen en nadelen.
    Al was ik, rustig wonend in kampong, weinig auto’s en geschreeuw, zou ik niet zo geweldig vinden ineens in een vakantieoord voor dronken australische jongeren te wonen…
    Gil, weejewel zeker dat je omaatje goed verstaan hebt ..hahaha

  2. sigeblek schreef:

    Over de Javaanse Riviera.
    De (plaatselijke) regering hebben kennelijk of geen geld of hebben andere prioriteiten.
    Als je bijvoorbeeld naar de Regio Gunung Kidul gaat kijken , zou men verbaasd zijn over de potentie op de toeristische gebied.
    Gunung kidoel was vroeger bekend als een arme en droge streek . Er heerst soms honger, maar de natuur aan de kust is mooi.
    Men kan op dit moment alleen maar rekenen op de wil van de particulire sector om te gaan investeren.
    Voorlopig valt er niks te verwachten , je kan investeren wat je wilt, maar er zijn toch te weinig potentiele klanten. De klanten , mensen met geld gaan liever naar Costa del Kuta .Of Batam (in de buurt van Singapur).
    Je kan met een pontboot oversteken naar Singapur voor een dagtoer .
    Trouwens Kuta (Bali) was 25 jr geleden ook een slaperige vissersdorp.
    Ik durf te wedden dat alle mooie plekken (vooral met toeristische potentie) AL Lang in bezit zijn van de project developpers . Op dit moment gaan ze liever investeren in Nusa Dua en Noord of oost bali , of Kuta-Senggigi Beach op Lombok.

Laat een reactie achter op Blauwvogeltje Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *