Paradiso

Welk nummer uit deTop 2000 raakt u persoonlijk? Vandaag Sonja Nolten (72) van toko Rasasari over nummer 396, Paradiso van Anneke Gronloh.
Paradiso met je palmenstrand ach die tijd vergeet ik niet. Wat geluk was, werd verdriet…
“In Soerabaya woonde ons gezin vredig. We waren er gelukkig: pa, ma en hun tien kinderen. Ik ben nummer zeven in de rij. Toen de Jap kwam, was ik acht jaar oud.

Dit bericht werd geplaatst in diversen. Bookmark de permalink .

2 Responses to Paradiso

  1. Nelly schreef:

    Paradiso
    Welk nummer uit deTop 2000 raakt u persoonlijk? Vandaag Sonja Nolten (72) van toko Rasasari over nummer 396, Paradiso van Anneke Grnloh.
    Paradiso met je palmenstrand ach die tijd vergeet ik niet. Wat geluk was, werd verdriet…
    “In Soerabaya woonde ons gezin vredig. We waren er gelukkig: pa, ma en hun tien kinderen. Ik ben nummer zeven in de rij. Toen de Jap kwam, was ik acht jaar oud. Eerst werd vader weggehaald. Hij moest naar Japan en wat later ‘verdwenen’ mijn twee oudere broers. Moeder en dochters plus een baby-broertje bleven over. We werden in ons huis opgesloten zonder eten. Daarna in een kamp. Ik kan er nog steeds niet over praten. Het was verschrikkelijk. Broodmager werden we van het ‘zwarte water.’ Dat was kookvocht van Indische spinazie. Soms kregen we er een lepel rijst bij. Na de oorlog werden we als Indische Nederlanders door de Indonesirs genterneerd. Mijn broers zaten inmiddels bij het KNIL en vochten tegen Soekarno’s leger. In dat Indonesische kamp leden we anderhalf jaar lang net zo erg als onder de Jap. In 1955 kwam ik in Nederland. Het was herfst, koud en het waaide heel erg hard. In Indi aten we naast de Indische keuken ook vaak de Hollandse pot, maar hier smaakte het toch anders. Niet echt lekker en er was altijd soep. Ik begon op het Eiland een toko waar ik ook Indisch eten bereidde. Dat deed ik om geld voor mijn studie medicijnen in Nijmegen te verdienen. Na twee jaar studie kreeg ik last van trauma’s. Ik kon niet meer met zieke mensen omgaan. Alle ellende uit de kampen kwam terug. In dromen, maar ook als ik wakker was. Afgelopen Kerstmis heb ik in de kerk nog erg moeten huilen. Mijn baby-broertje Willy, waar ik voor zorgde in de kampen, is later gestorven. Die pijn voel
    ik nog steeds. Het beeld van zijn broodmagere lichaampje tegen het mijne krijg ik niet van mijn netvlies. Uiteindelijk ben ik schoonheidsspecialiste geworden. En ik ben blijven koken in Rasasari.”

  2. Blauwvogeltje schreef:

    Ik kan het artikel niet openen, want de loginservice blijft steken..

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *